Bij het schrijven van dit stukje moeten de verkiezingen nog plaatsvinden – ik denk dat ik op een kleine partij stem – , maar als u het leest is de uitslag al ruim een week bekend. Een gemeenschappelijk onderwerp in de programma’s en campagnes van zo’n beetje alle partijen was veiligheid.
Het onderwerp staat hoog op de politieke agenda, zoals dat heet. Veel Nederlanders voelen zich onveilig, en met enig recht. Het is buiten lang niet overal pluis; dat zal het ook nooit helemaal worden, maar het zou fijn zijn als het iets beter werd dan het nu is. Hoe de formatie ook uitpakt, geen enkele regering zal de roep om veiligheid meer kunnen negeren. Dus zal het volgende kabinet ongetwijfeld woorden omzetten in daden: meer blauw op straat, maar ook meer mensen, middelen en bevoegdheden voor opsporingsdiensten, toezichthouders en aanverwante organisaties. Nederland wil veiligheid en lijkt daar veel voor over te hebben.
Eén van de dingen die altijd met veiligheid op gespannen voet staat, is privacy. Het is de vraag of we die privacy al bellend, surfend, mailend, fotograferend en filmend niet allang hebben afgeschaft. Feit is dat we onze intiemste gegevens al jaren toevertrouwen aan media die eigenlijk geen geheimen kunnen bewaren. Neem onze e-mail, die door veel meer mensen wordt gelezen dan wij zelf denken. Door de uitzendkracht die naast de printer staat waar jouw mailtje uit komt rollen. Door de collega die toegang heeft tot je inbox, als je een weekje griep hebt. Of door de netwerkbeheerder die zijn nieuwsgierigheid niet kan bedwingen. Dat weten we allemaal best. Maar, zoals je mensen tegenwoordig vaak hoort zeggen: "who cares" – of, beter nog: "duh". Je kunt ook nog een stap verder gaan en je privéleven helemaal openbaar maken. Die openheid zie je wel vaker de laatste tijd. Denk aan al die websites vol persoonlijke informatie, van geinige familieverhalen tot een live webcam in de babykamer.
Hebben we nog wel geheimen? Op zoek naar een recent artikel uit dit blad keek ik laatst op de verkeerde site, www.computable.com (in plaats van www.computable.nl). Kreeg daar niet alleen de melding dat deze domeinnaam gereserveerd was, maar ook een banner met een advertentie voor iets dat zich de Evidence Eliminator noemt. Een vrije vertaling van de reclametekst: "Het weggooien van uw Internet Cache en History biedt geen bescherming!! Al uw webpagina’s, plaatjes, filmpjes, e-mail en chat-logs kunnen op eenvoudige wijze gereconstrueerd worden en kunnen u de rest van uw leven blijven achtervolgen!! Hoe zou u het vinden als een snuffelaar die informatie doorspeelde aan uw echtgenote, ouders, buren, kerk, kinderen, baas of de media!? Dit zou uw leven gemakkelijk kunnen ruineren!! Installeer de Evidence Eliminator en verwijder alle bewijsmateriaal met een muisklik!!"
Kijk, dat intrigeert. Hoe groot is de markt voor dergelijke producten? Zijn er nog wel volwassenen die zich zorgen maken over de digitale sporen die ze achterlaten, op de officieel erkende crimineel na? En hoe betrouwbaar is die Evidence Eliminator eigenlijk? Ruimt dat ding echt alles op? Of stuurt hij misschien voor elke schoonmaakbeurt eerst een korte samenvatting van het te verwijderen materiaal naar de leverancier, voor je weet maar nooit?
Intussen verplaatst de strijd tegen de misdaad zich naar het digitale domein. Maken criminelen al op grote schaal gebruik van encryptie en van handige hulpjes als de Evidence Eliminator om hun digitale sporen uit te wissen, ook de misdaadbestrijders staat de komende jaren een steeds krachtiger arsenaal aan technische middelen ter beschikking. Dat kan ver gaan. Volgens een hardnekkig verhaal in beveiligingsland bestaat er een speciaal virus dat een niet nader te noemen inlichtingendienst toegang geeft tot de geïnfecteerde pc, maar dat niemand ooit heeft gezien omdat de belangrijkste leveranciers van antivirusproducten met de inlichtingendienst hebben afgesproken om het virus niet te detecteren. Broodje aap? In elk geval een sterk verhaal. Net zo sterk als het verhaal van die draadloze digitale camera’s ter grootte van een speldenknop met het interne geheugen van een klein mainframe, bij wijze van spreken. U weet wel, die camera’s die het afgelopen voorjaar op de Cebit in Hannover werden gedemonstreerd.
Beginnen de werkelijke contouren van wat twee jaar geleden nog de nieuwe economie werd genoemd hiermee langzaam zichtbaar te worden? Dat is dan een wereld waar kennis en muziek gratis zijn, maar ook een wereld waarin iedereen alles over iedereen te weten kan komen en iedereen elkaar in de gaten kan houden, dit alles met informatietechnologie als ‘enabler’. Een beklemmende gedachte. Maar misschien zijn we wel toe aan een samenleving waarin gewone mensen weinig tot niets hoeven te verbergen en degenen die wel iets te verbergen hebben dat niet meer kunnen. Als dat zo is, dan zij het zo.
Edo Roos Lindgreen, partner bij KPMG Information Risk Management, en deeltijdhoogleraar IT & Auditing aan de Universiteit van Amsterdam.