Microsoft geeft deze week de aftrap voor een omvangrijk programma waarbij universiteiten gedeeltelijk toegang krijgen tot de broncode van zijn .Net-initiatief.
De voor Microsoft ongebruikelijke stap – meestal schermt de softwarereus zijn technologische schatten zo goed mogelijk af – wordt algemeen beschouwd als een poging terrein terug te winnen vanopen sourcesoftwareprogramma’s als Linux. Het laatste systeem is vanwege zijn open karakter erg populair bij studenten en dus op universiteiten.
Om te voorkomen dat academici massaal verknocht blijven aan Linux, heeft Microsoft een deel van de .Net-broncode beschikbaar gesteld voor colleges in computerwetenschappen en praktijklessen in de universitaire laboratoria. Hoewel Microsoft vergeleken met Linux slechts een tipje van de sluier oplicht, is de actie toch bijzonder, zeker als je het vergelijkt met de karigheid waarmee delen van de Windows-broncode tot dusverre zijn vrijgegeven. Studenten wordt zelfs gevraagd met suggesties voor verbeteringen te komen.
De ‘vrijgevigheid’ moet ook worden gezien als een zet van Microsoft om een deel van de Java-liefhebbers terug te winnen. De programmeertaal van Microsofts rivaal Sun Microsystems is erg populair op universiteiten, met name als het gaat om het schrijven van op internet gebaseerde programmatuur.