Na Lissabon is binnenkort Barcelona aan de beurt om Europa op te stuwen in de digitale vaart der volkeren. Op de Europese top in Lissabon werd voor het eerst een samenhangende ict-agenda voor de Europese Unie vastgesteld. Europa liep en loopt nog steeds achter bij de Verenigde Staten als het gaat om innovatie. Tussen de Europese landen onderling zijn ook nog steeds grote verschillen. Nederland blijft steken in de middenmoot. De ambities van Lissabon zijn ook hier niet allemaal waar gemaakt.
Met het uit elkaar spatten van de dotcom-hype verdween ook de investeringsbereidheid bij banken en bedrijven. De overheid had tot dan toe slechts een aanjaagfunctie op afstand vervuld. De gewijzigde omstandigheden leidden echter niet tot een gewijzigde taakopvatting. Resultaat was vervolgens dat iedereen naar iedereen ging zitten kijken. Afwachtende bedrijven kregen te maken met een afwachtende overheid. Niemand nam de regie in handen.
Zo ontstond er een vicieuze cirkel. Met de mond en mooie overheidscampagnes werd beleden dat Nederland digitaal moest, maar veel geregeld werd er niet. De directe overheidsdienstverlening via internet verloopt nog moeizaam. Veel overheidssites zijn nog niet eens interactief. Onlangs is bekend geworden dat de proef met digitaal stemmen bij de volgende Provinciale Statenverkiezingen wordt uitgesteld. Ook de ontwikkeling van breedband (glasvezel) bevindt zich ergens in de vicieuze cirkel. Dat is jammer. Snelle internetverbindingen dragen bij aan economische bedrijvigheid. Maatschappelijke toepassingen waarvoor bandbreedte een vereiste is, zoals in de gezondheidszorg of toepassingen voor zelfstandig wonende ouderen, komen veel te langzaam van de grond.
Particulieren die snel willen internetten hebben nu maar een beperkte keuze. Adsl is er niet op het platteland, terwijl je voor internetten via de kabel juist weer niet al te dichtbevolkt moet wonen omdat het gevaar reëel is dat je dan met je buren in de elektronische file komt te staan. In beide gevallen geldt dat de prijs hoog is en de service niet altijd even fijn. Door de hoge prijzen en zeker de recente prijsverhogingen blijft het aantal gebruikers beperkt. Dat maakt het weer minder interessant om allerlei toepassingen te ontwikkelen.
De bestaande aanbieders hebben zo hun eigen problemen waardoor investeringen op dit moment uitblijven. De telecombedrijven hebben last van de umts-schuldenlast. Bovendien is het de vraag of zij er brood in zien te investeren in een techniek die, al dan niet terecht, ook als potentiële concurrentie voor umts kan worden gezien. De kabelbedrijven hebben, soms voor veel geld, de netwerken van overheden gekocht. Vervolgens is er geïnvesteerd in het geschikt maken van deze netten voor tweewegverkeer. UPC voerde een agressieve expansiestrategie die de klanten niet echt ten goede is gekomen.
Gemeenten als Amsterdam, Rotterdam en Appingedam gaan nu zelf een glasvezelinfrastructuur aanleggen. De bestaande marktpartijen zijn bang voor concurrentievervalsing. Als dat aan de orde zou zijn, zou dat natuurlijk ook niet terecht zijn. Maar in plaats van het met argusogen bekijken van ieder overheidsinitiatief zou er juist veel en goed kunnen worden samengewerkt. Om te beginnen bij het opzetten van meer grootschalige proeven met glasvezel. Kenniswijk in Eindhoven is een geslaagd experiment. Maar er moeten meer proeven komen, grootschaliger en ook op het platteland. Van de landelijke overheid vereist dit meer dan het opzetten van een subsidieregeling, zoals het Ministerie van Economische Zaken onlangs heeft gepresenteerd. Ook moet een natuurlijke politieke rol worden aangenomen: die van regisseur. Dat betekent: niet alles zelf willen doen, maar wel initiatieven willen nemen, plannen maken stimuleren, risico’s dragen, zonodig (mede)financieren, altijd de vinger aan de pols houden en zonodig zelf de spade in de grond steken. Dan ontstaat de mogelijkheid om de vicieuze cirkel te doorbreken. Nederland digitaal is een uitstekend initiatief, maar dan wel graag in een opwaartse lijn en lekker snel!
Marja Wagenaar is Tweede-Kamerlid voor de PvdA en ict-woordvoerder.