Total-e werd mede door grootaandeelhouder Harold van Arnem de afgrond ingesleurd. De grote vraag is waarom niemand van de direct betrokkenen eerder op de rem heeft getrapt. In dit tweede artikel analyseert Rik Sanders opkomst en ondergang van de vermeende e-handelspecialist.
Eind december 2000 raakt de Nijmeegse ijshockeyclub Tigers in financiële problemen. De sponsor kan niet aan zijn verplichtingen voldoen. Het blijkt automatiseerder Total-e Nederland uit Capelle aan den IJssel te zijn. De in augustus benoemde directeur Gerco Homburg, wiens neef – een bekende oud-ijshockeyer – in de club actief is, had beloofd een paar ton in de Tigers te steken. Terwijl op dat moment het geld allang op was. Homburg werd in de rug gesteund door Woody Buckner, op dat moment bestuursvoorzitter van Total-e. Deze omstreden Amerikaan was gecharmeerd van het idee: ijshockey deed hem immers herinneren aan thuis. Hij wilde er gelijk drie ton tegenaan gooien.
Als het de Nijmeegse Tigers duidelijk wordt dat de toegezegde sponsorgelden uitblijven en de barrekeningen van Total-e voor eeuwig onbetaald, raken ze gefrustreerd. De sponsorauto – een Smart – verdwijnt 'spoorloos', al verschijnen er op de website van de club foto's van eenzelfde vehikel, maar dan zonder Total-e stickers. De Tigers rekenen echter buiten curator Anneloes Groen van advocatenkantoor Houthoff Buruma. Die laat de Smart begin 2001 terughalen en veilen.
Overname Byelex
Terug naar het begin: de Amerikaanse bedrijvenopkoper Harold van Arnem verwerft met zijn trouwe handelskompaan Philip McKnight begin 1997 de Franse firma Decision Systems International (DSI). Dit is een it-dochter van het Italiaanse computerbedrijf Olivetti, gespecialiseerd in het leveren van AS/400-systemen. Het duo ziet voor deze 500 medewerkers tellende IBM-dozenschuiver een rol weggelegd als toonaangevende leverancier van e-handel-oplossingen en infrastructuurdiensten voor het midden- en kleinbedrijf in Europa. Maar het tweetal krijgt al gauw te maken met tegenslag. DSI Frankrijk, de grootste divisie, gaat bankroet. In 1998 gaat DSI, dat nog divisies heeft in Groot-Brittannië, Nederland, België, Duitsland en Spanje, verder onder de naam Total-e. Voor de nieuwe koers van het bedrijf is veel geld nodig. Internet en e-handel moeten de toverwoorden zijn om de poorten van investeerders te openen. Bij vaste partner IBM weten ze een lening van twee miljoen dollar los te peuteren en een kredietlimiet van 5,8 miljoen dollar. Bovendien ontbreken de emissieplannen natuurlijk niet, begeleid door de prestigieuze investeringsbank Robertson Stephens International.
Het goeddraaiende Total-e Nederland speelt bij dit alles een centrale rol. De directeuren Tjeerd Bloembergen en Rob Christ helpen de charismatische chief executive officer Phil McKnight mee met zoeken naar investeerders en acquisities om de dienstverlening in te kleuren. Tot de overnames behoren twee kleine leveranciers van relatiebeheerpakketten: het Bredase Icon Systems en het Britse E4. Bovendien zet Total-e zijn zinnen op het Nederlands/Engelse bedrijf Byelex, een leverancier van kwaliteits- en expertsystemen. Via de gemeenschappelijke business-partner Lotus komen de twee partijen begin 1999 met elkaar in contact. De overnamegesprekken lopen in eerste instantie voortvarend. Commercieel directeur Aldo Wink reist met Tjeerd Bloembergen naar de Verenigde Staten en spreekt met grootaandeelhouder Van Arnem. Hij keert terug met een intentieverklaring op zak. "Total-e had prachtige verhalen over de mogelijkheden die er lagen als ze ons konden overnemen", vertelt Herman Vissia, een van de oprichters van Byelex. "Pricewaterhouse Coopers voerde een boekenonderzoek uit: die keerde ons binnenstebuiten. Zo'n grondige aanpak: dat moest wel wat zijn."
In augustus 1999 is alles rond, op de handtekening van Van Arnem na. Een formaliteit, denken ze bij Byelex. "Hij ging plots mierenneuken over allerlei details", zeft Edwin Quarles van Ufford, directeur van Byelex Workgroup Technologies. Door de vertraging komt Byelex in financiële nood. Alle inspanningen zijn op de overname gericht, waardoor de omzet terugvalt. Daar komt bij dat de firma vooruitlopend op de zaken alvast een aantal marketinguitgaven heeft gedaan, zoals de sponsoring van een Lotus-beurs en het aantrekken van Joop van Leeuwen, een ervaren verkoopmanager. Van Ufford: "Pas in februari 2000 zette Van Arnem zijn handtekening. De verkoopprijs was noodgedwongen gezakt." Uiteindelijk neemt Total-e Byelex over via een tweestappen-plan. Er worden nieuwe aandelen van de Byelex-holding uitgegeven, die een belang van 50 procent vertegenwoordigen. Total-e neemt dit over voor 1,4 miljoen gulden. Op termijn, na een beursgang, zouden de aandeelhouders van Byelex hun belang inruilen tegen aandelen van Total-e en kunnen cashen.
Ongeleid projectiel
Total-e (omzet ruim honderd miljoen gulden) praat ook met een andere Nederlandse overnamekandidaat: het business consultancy-kantoor Spyros uit Zeist. De adviseurs van Spyros werken intussen aan een nieuwe Europese organisatieopzet in samenwerking met Rob Christ en Peter Lundi, afkomstig van Byelex en werkzaam als technologiemanager bij Total-e. Het wordt een drietraps-bedrijfsmodel: advisering (Spyros), oplossingen (Byelex, Icon en E4) en infrastructuur (het 'oude' Total-e). Het model komt eigenlijk te laat: aan het eind van de rit zal blijken dat de metamorfose van Total-e niet slaagt: het blijft slechts een voortzetting van de oude Olivetti-club.
Intussen reist McKnight, met de door Robertson Stephens gemaakte prospectus in de hand, langs vele investeerders. Met hulp van Bloembergen vindt hij eindelijk gehoor bij de Nederlandse investeerders Parcom (ING) en Residentie Investments (het tegenwoordige Residex, onderdeel Achmea). Zij verstrekken in april 2000 een investering van tien miljoen euro in ruil voor een belang van circa 15 procent. Daarbovenop komen nog bijdragen van de durfkapitalisten Ben van Leent (aandeelhouder Spyros) en Leo Geeris, die elk respectievelijk twee miljoen en één miljoen euro in Total-e stoppen in ruil voor opties op aandelen. Het gaat Total-e van een leien dakje, maar schijn bedriegt.
Vlak daarop ontstaan de eerste moeilijkheden. Ceo Phil McKnight vertrekt met de noorderzon na een onduidelijk conflict met Van Arnem. De verbazing van investeerders groeit als de grootaandeelhouder zelf op de bestuursvoorzittersstoel gaat zitten. "Van Arnem leefde in een droomwereld. Hij kwam van een andere planeet en was als ceo een ramp", typeert Peter Lundi hem. De investeerders eisen een nieuwe kracht en schakelen een headhunter in. Van Arnem toont zich de baas: hij benoemt Woody Buckner, een maatje van hem, als zijn opvolger. Een regelrecht tranendal, en niet alleen vanwege zijn voorliefde voor ijshockey.
In mei 2000 vindt een Europese managersbijeenkomst plaats in Naaldwijk. In plaats van McKnight verschijnt Buckner ten tonele. Hij voert het woord samen met Van Arnem en zijn broer Kenny, die tot directeur van de opgerichte Amerikaanse Total-e Inc vestiging blijkt te zijn benoemd. Het trio is goed in het houden van peptalks. Vooral de langharige Buckner is een fenomeen. Terwijl de managers verplicht in pak moeten verschijnen, draagt hij een T-shirt dat zijn bierbuik niet kan verhullen. "Hij hield een soort Emiel Ratelband-bijeenkomst met van die drukke tjsakka-gebaren," zegt Quarles van Ufford.
Buckner blijkt een ongeleid projectiel met bizarre ideeën. Hij beveelt bijvoorbeeld Total-e Duitsland om vestigingen in München en Berlijn te openen, want 'daar moet je zijn als je in Duitsland zaken doet.' Woody dient torenhoge declaraties in. Hij bivakkeert in de duurste hotels in Londen, waar het hoofdkantoor van Total-e zetelt, laat zich in limo's rondrijden en vliegt altijd business class en laat – als gescheiden vader – zijn dochtertje met haar nanny overvliegen. Ook zij vliegen eerste klas en krijgen onderdak in het Metropolitan. Daarbovenop mag het dochtertje op kosten van Total-e paardrijlessen nemen.
De Nederlandse betrokkenen steken op een zondag de koppen bij elkaar, Ze stellen een brief aan Van Arnem op met de strekking: 'hij weg of wij weg'. "Maandagochtend was Woody verdwenen. Vanaf toen stonden zij bekend als the Dutch maffia," vertelt Quarles van Ufford.
In één opzicht spreekt Buckner wel heldere taal: hij meldt de managers dat behoudens de Nederlandse vestiging Total-e een chaos is en zware verliezen lijdt. De Duitse vestiging staat op een miljoenenverlies, onder meer door veel te hoog gewaardeerde voorraden. Total-e België kampt met zwak management en een belastingschuld van enkele miljoenen. Ook de Spaanse en Engelse vestigingen zijn feitelijk failliet en er moet een schuld bij IBM worden afgelost. "Eigenlijk had er veel eerder een rücksichtslose sanering doorgevoerd moeten worden," stelt Lundi. "Duitsland dicht, België verkopen en andere rotte delen wegsnijden. Nu is veel investeringsgeld in een bodemloze put verdwenen."
Laatste reddingspoging
Met Byelex loopt het eveneens niet goed. Na de gedeeltelijke overname wordt de organisatie halfslachtig geïntegreerd in die van Total-e. Van de overnamesom van 1,4 miljoen gulden komt slechts 1 miljoen binnen. Verder moet de net aangetrokken verkoopmanager Van Leeuwen het veld ruimen, omdat de sales-organisatie van Total-e de kar gaat trekken. "We verkochten daarna niets meer. De verkopers van Total-e, van oudsher hardwaregericht, waren niet in staat om ict-oplossingen te verkopen", stelt Quarles van Ufford. Daarbij verandert de organisatie van Total-e om de haverklap, waarbij medewerkers in steeds andere rollen terecht komen. Dat het later niet botert tussen de nieuwe verkoopmanager Douwe Dijkstra en zijn team, draagt ook niet bij tot een hogere omzet.
Op initiatief van Byelex voert Total-e ook met andere business partners van Lotus overnamegesprekken, zoals Brein uit Haaksbergen en het Amsterdamse Passage Projects. Maar het bedrijf wil alleen acquireren via een aandelenruil, waarbij de contracten voor 30 juni ondertekend moeten zijn, met oog op de afsluiting van het lopende boekjaar. Zowel Brein als Passage Projects haken onder deze druk af.
Dat is maar goed ook. In augustus blijkt het geld op: een investering van 13 miljoen euro is er in krap een half jaar doorheen gejaagd. Opgegaan aan achterstallige managementbeloningen en het compenseren van zware verliezen, heet het officieel. Dat de omzet versneld is aangetast door de neergaande ict-markt, maakt de zaak er niet beter op. Onder aanvoering van Tjeerd Bloembergen wordt nog een laatste reddingspoging gedaan. De vestigingen in Spanje, Duitsland en België worden gesloten. De beursgang is een utopie. Total-e kan alleen overleven wanneer het in afgeslankte vorm opnieuw een kapitaalinjectie krijgt. Die is onder andere nodig om de overname van Spyros te bekostigen, die nog steeds niet is afgerond door een dralende Van Arnem. Bloembergen – die inmiddels de leiding in handen heeft – en Spyros-oprichter Ted de Jong geven nieuwe presentaties aan Parcom en Residentie. Ze overwegen een tweede financieringsronde onder de voorwaarde dat Harold van Arnem zijn meerderheidsbelang opgeeft. De grootaandeelhouder – bang dat de kip met de gouden eieren geslacht wordt – gaat niet door de knieën, ondanks toezeggingen na een bemiddelingspoging van ict-industrieel Adrie Reinders. De participatiemaatschappijen trekken zich begin november terug. Het doek valt. Van Arnem benadert daarna zelf Sven Parsser, de ex-topman van Brunel, om een lijmpoging te doen. Parsser weigert omdat Total-e "een gepasseerd station bleek. Er was niets meer van over."
Failliet
De aandeelhouders van Byelex zien de bui al hangen. Ze willen voorkomen dat Total-e eerder failliet gaat dan Byelex, omdat het bedrijf aansprakelijk kan worden gesteld voor de openstaande schulden. De werkmaatschappij Workgroup Technologies gaat eind november in liquidatie. Een geluk bij een ongeluk is dat 50 procent van de holding niet in handen is gekomen van Total-e: Herman Vissia kan na een management-uitkoop een doorstart maken met de werkmaatschappij Multimedia.
In december gaan Total-e plc en Total-e UK in surseance. In Nederland besluiten Christ en Bloembergen de onderhoudactiveiten voor oudere AS/400-machines te verkopen. IBM en ICL tonen geen interesse, maar ict-onderhoudsbedrijf Microfix van Wim van Leenen hapt toe. Met de opbrengst van de verkoop kan Total-e de salarissen in december van de ongeveer zestig medewerkers uitbetalen. Christ wacht niet af totdat grootaandeelhouder Van Arnem het faillissement van Total-e Nederland bij de rechtbank aanvraagt. Hij vindt een schuldeiser bereid om dit op 16 januari 2001 te doen.
De afhandeling van het faillissement krijgt in Nederland voor menigeen nog een vervelend staartje. Naast de vele gedupeerde crediteuren – van broodjeszaak tot belastingdienst – worden sommige betrokkenen geraakt door het bankroet. Zo blijkt Total-e vergeten te zijn bij de Belastingdienst en het GAK een betalingsonmacht voor Byelex Workgroup Technologies te melden, waardoor Quarles van Ufford en Aldo Wink verantwoordelijk blijven voor het betalen van loonbelasting. Ze blijven met een schuld van een paar ton zitten.
Ook Guy Horsley, de directeur van Icon Systems, verliest een hoop geld. Total-e heeft haast met de overname en wil deze alleen meenemen in het boekjaar dat op 30 juni 2001 eindigt. Horsley gaat overstag, maar krijgt het overnamegeld nooit te zien. Hij heeft dat geld nodig om oude fiscale schulden van zijn eenmanszaak af te betalen. Nadat Total-e kopje onder gaat, duiken die schulden weer op.
Curator Anneloes Groen draait bovendien de Total-e directeuren Bloembergen en Christ de duimschroeven aan. Ze beklaagt zich over de weinig bereidwillige medewerking van beide heren. "Beide lieden lijken aan een lichte vorm van grootheidswaanzin te lijden en zijn erg overtuigd van hun eigen gelijk. Ze beseffen niet voldoende dat bestuurders een verantwoordelijkheid hebben en dat dit soort faillissementen het GAK en de gemeenschap veel geld kosten."
Woedend
Wanneer Groen hoort dat Christ met vijftien medewerkers overstapt naar IBM-wederverkoper Memorex Telex, wordt ze woedend. "Hij bleek al voor het faillissement bezig te zijn om zichzelf en een groepje medewerkers ergens onder te brengen. Ik wist hier niets van en ben er nota bene op gewezen door medewerkers van Total-e die niet meegingen. Een gemiste kans: bij een faillissement bestaat er namelijk altijd belangstelling van andere partijen voor het overnemen van personeel of een divisie. In dit geval had ik Christ en zijn team als groep kunnen verkopen en de opbrengst in de crediteurenpot kunnen stoppen."
De curator, voor wie deze gang van zaken nog niet is afgedaan, heeft een punt. Rob Christ vertelt namelijk dat Inter Access en Getronics ook belangstelling toonden. Volgens hem is er echter geen sprake van een doorstart, omdat elke medewerker op individuele basis is overgestapt naar Memorex. Hij is hevig verontwaardigd over de bejegening van Groen. "Pure intimidatie. Ze riep dat ik persoonlijk aansprakelijk kon worden gesteld, waardoor ik mijn huis en huwelijk zou kwijtraken. Ze wil er kennelijk zoveel mogelijk geld uitslepen." Ook Bloembergen vindt de handelswijze van Groen ongepast. "Ze plaatst ons onterecht in het verdachtenbankje".
Waar Groen in de ict-wereld nog steeds aan moet wennen, zijn de exorbitante salarissen van managers die niet in verhouding staan tot de activiteiten van het bedrijf. Bloembergen en Christ trakteerden zichzelfs zelfs vlak voor het faillissement op een salarisverhoging. "Enkele managers van Total-e trakteerden zichzelf vlak voor het faillissement op een salarisverhoging. Bij Total-e liepen er zo'n veertig managers rond tegen een salaris waar je u tegen zegt." Ze denkt de zaak 'Total-e' in het voorjaar van 2002 te kunnen afronden.
Vervolging bank onhaalbaar
De grote vraag is natuurlijk waarom niemand van de direct betrokkenen eerder op de rem heeft getrapt? Herman Vissia is daar stellig in: "Hebzucht was de belangrijkste motor achter het gehele proces. Iedereen werd gouden bergen beloofd en liet zich gek maken. Maar in de praktijk gebeurde er niets." Volgens Quarles van Ufford hanteerde de top van Total-e een tactiek waardoor je geen tijd kreeg om na te denken. "Dan kreeg ik een telefoontje uit Engeland en moest ik halsoverkop naar Londen om een presentatie te geven aan een potentiële investeerder uit de Verenigde Emiraten. Dat liep dan weer op niets uit." Maar tegelijkertijd vinden hij en andere Byelex-managers dat de top van Total-e en de investeerders te lang mooi weer hebben gespeeld, terwijl ze wisten hoe de vlag er bij hing.
Roeland Brokking, adjunct-directeur van Parcom, wijst ter verdediging op de de dubieuze rol die Robertson Stephens heeft gespeeld. De investeringsbank heeft in zijn ogen een rammelende prospectus opgesteld die de situatie bij Total-e te rooskleurig afschildert. "Bovendien", vertelt zijn collega-investeerder Paul Schröder van Residex, "deed de bank het voorkomen alsof de Bank of Boston en andere Amerikaanse participatiemaatschappijen mee zouden doen. We zijn ook daardoor op het verkeerde been gezet."
De investeerders vragen een paar keer om opheldering, maar krijgen nul op het rekest. Het kantoor in Londen is pas geopend en blijkt onderbezet. Robertson Stephens geeft als excuus dat de contactpersonen ziek zijn, op huwelijksreis of met zwangerschapsverlof. Vervangers worden niet aangewezen. Wat extra steekt, is dat de bank wel commissie opstrijkt, maar uiteindelijk nog geen euro heeft binnengebracht. Een vervolging van de bank acht Brokking niet haalbaar. "Juridisch is alles afgetimmerd. Wel zijn er nog harde woorden gevallen en is een deel van de kosten niet betaald."
Robertson Stephens wil eigenlijk niet op de zaak ingaan, maar woordvoerster Ann Gale laat toch weten dat de bank "een goede job heeft gedaan. De werkelijkheid is zo goed mogelijk gepoogd weer te geven. Wij begeleiden zoveel bedrijven. Er kan altijd iets fout gaan." De kritiek van de Nederlandse investeerders vindt ze niet terecht, omdat die zelf ook een boekenonderzoek hebben uitgevoerd.
Hoofdschuldige
Het feit dat drie gerenommeerde financiële instellingen zich met Total-e inlieten na het uitvoeren van due diligences, was voor de particuliere investeerders Ben van Leent en Leo Geeris een teken dat het goed zit. Ze kwamen van een koude kermis thuis. Toch wijst Van Leent, net als elke andere gedupeerde, als hoofdschuldige van het debacle grootaandeelhouder Harold van Arnem aan. Hij zou grote geldstromen naar Total-e Inc in de VS hebben gesluisd. "De man schijnt een krankzinnig uitgavenpatroon te hebben door speculaties en rechtszaken. Hij kon zijn gang gaan omdat bij Total-e een Europees dekkend financieel systeem ontbrak. Ik ben eigenlijk gewoon bestolen."
Probleem was ook dat alle Total-e vestigingen gedwongen waren om hun inkomsten af te dragen aan de holding in Engeland. Die functioneerde als een soort bank, waarbij aanzienlijke sommen naar Total-e Inc in de VS werden overgeboekt. Ulf Seiler, ex-directeur Total-e Duitsland herinnert zich nog dat zijn bedrijf een overeenkomst sloot met het printerbedrijf QMS. "Wij zouden geld krijgen dat door een advocatenkantoor in Breda werd beheerd. Toen alles geregeld was, bleek die 1,3 miljoen D-mark naar Total-e in Engeland te zijn overgeboekt. Ik heb er nooit meer iets van gezien."
Toch laat de Engelse curator Stewart Baird van accountantskantoor HLB Kidsons weten dat hij tijdens zijn onderzoek niet in de boeken heeft gezien dat Van Arnem geld naar persoonlijke rekeningen heeft doorgesluisd. De Nederlandse hoofdrolspelers hebben nog een advocatenkantoor laten uitzoeken of het zinvol was Van Arnem te vervolgen. Maar die adviseerde negatief, omdat de slaagkans klein is. Opmerkelijk is dat ze zich nooit hebben verbonden met andere zwaar gedupeerden, zoals IBM ("geen commentaar") en AT&T, dat het schip inging door tegen grote kortingen dure telecommunicatievoorzieningen te leveren.
Harold van Arnem tenslotte weet van de prins geen kwaad. In een e-mailreactie meldt hij zich niet verantwoordelijk te voelen voor de zware verliezen van Total-e. "Daar hadden we juist capabele lokale managers voor ingehuurd, dachten we, die onder de hoede stonden van Philip McKnight." Verder vindt hij dat Robertson Stephens een accurate prospectus heeft afgeleverd en stelt hij dat àlle investeringen voor de herstructurering zijn gebruikt. Zijn slotsom: Total-e is gestrand op het niet verkrijgen van additionele fondsen waarop wel was gerekend.
Rik Sanders Redacteur Wat doen ze nu?
Alle in het artikel aangehaalde hoofdrolspelers werken nog steeds in de ict-branche. Een overzicht van huidige werkgevers:
- Tjeerd Bloembergen (Plus Integration)
- Rob Christ (Memorex Telex)
- Ted de Jong (Spyros)
- Gerco Homburg (Spyros)
- Guy Horsley (Spyros)
- Edwin Quarles van Ufford (Spyros)
- Aldo Wink (Siebel)
- Peter Lundi (Peregrine Systems)
- Ulf Seiler (Duitse it-distributeur voor Oost-Europa)
- Herman Vissia (Byelex Multimedia)
Opkomst & ondergang Total-e
In een serie artikelen belicht Computable de achtergronden en gevolgen van het faillissement van Total-e:
- Ondergang Total-e; 'Er had veel eerder gesaneerd moeten worden' (07/12/01)
- Grootaandeelhouder Harold van Arnem helpt Total-e Nederland naar andere wereld (23/11/01)
- Spyros houdt aan flop Total-e kater en erfenis over (24/08/01)
- Belarus. Byelex wist het vege lijf ternauwernood te redden (10/08/01)
- Plussen en minnen. Haarlems softwarehuis bouwt aan adviespraktijk voor business intelligence (03/08/01)
- Comeback. 'Good old' Memorex Telex wil in Nederland positie failliet Total-e innemen (25/05/01)
- Total-e roemloos ten onder. Overname adviseur Spyros uit Zeist is nooit doorgegaan (05/01/01)
where can I reach by e mail mr Leo Geeris in Holland