Leen Zevenbergen zegde zijn baan als bestuursvoorzitter van Origin op om als investeerder en consultant startende bedrijven op de rails te zetten. ‘Ik vind het creëren van een bedrijf leuker dan het leiden ervan.’
Het is zonder meer een opmerkelijke manier om de komst van het nieuwe millennium te vieren; je bent de baas van een automatiseringsbedrijf met 6.500 werknemers en besluit voor jezelf te beginnen; Leen Zevenbergen deed het. Bestuursvoorzitter zijn van een grote onderneming is blijkbaar ook niet alles. ‘Het bleek heel moeilijk een organisatie als Origin Nederland te vernieuwen’, zegt Zevenbergen. ‘Mijn stelregel is dat je in een veranderingsproces ongeveer tien procent van de werknemers meteen meekrijgt. Zeventig tot tachtig procent moet worden overgehaald, de rest van de werknemers wil helemaal niet. De meeste mensen houden namelijk niet van nieuwe dingen. Dat maakt een grote organisatie – en zeker een hiërarchisch vormgegeven organisatie – per definitie log.
Bas Vlugt
‘Wat ik wilde was een nieuwe organisatie opstarten; een solutions provider op het gebied van e-business. Dat wilde ik multidisciplinair doen, IT is immers slechts een onderdeel van de oplossing. Het bedrijf dat ik voor ogen had kon ik onmogelijk binnen de Origin-organisatie bouwen. Ik ben toen voor mezelf begonnen.’
Als investeerder is Zevenbergen betrokken bij bedrijven als Ealing Digital, Privacom, Newminder en Escador. Zijn betrokkenheid reikt verder dan alleen maar het verstrekken van venture capital: ‘Ik investeer niet alleen vanuit financieel oogpunt, maar ook omdat ik me ermee wil bemoeien. Ik vind het creëren van een bedrijf leuker dan het leiden ervan.’
Sleutelposities
Zevenbergen vindt dat bestuurders van grote bedrijven veel meer betrokken moeten zijn bij ontwikkelingen op internetgebied. Tot voor kort gebeurde het regelmatig dat hij bestuursvoorzitters ontmoette die er een zekere trots in schepten dat ze geen pc op hun bureau hadden staan. ‘Het is ongekend dat er mensen zijn die hun bedrijf het internettijdperk moeten binnenloodsen, zonder dat ze ook maar weten hoe hun eigen website eruit ziet. De laatste tijd lijkt het belang van het internet tot bestuurders door te dringen. Ze weten nog niet precies welke kant het opgaat, maar er zijn er nog maar weinig die zeggen dat het internet voor hun bedrijf weinig relevant is.’
In de afgelopen vijtien jaar heeft Zevenbergen de positie van de IT drastisch zien veranderen. ‘Halverwege de jaren tachtig was het tamelijk moeilijk om een goede baan te krijgen. Je zag in die tijd dat studenten die nergens aan de slag konden de automatisering ingingen. Het was een beetje een vak voor sufferds.’
Inmiddels zitten automatiseerders binnen veel bedrijven op sleutelposities. Niet altijd terecht, vindt Zevenbergen: ‘Over het algemeen denken automatiseerders alle problemen met techniek te kunnen oplossen. Keer op keer blijkt echter dat IT maar een onderdeel, en vaak een tamelijk onbelangrijk onderdeel van de oplossing is. Automatiseerders zien dat niet, hun blik is veel te nauw. Ze lijken voorop te lopen in bepaalde ontwikkelingen. Maar in werkelijkheid zijn ze juist niet zo veranderingsgezind en kijken ze weinig naar de ontwikkelingen om zich heen. Automatiseerders zouden hun vak veel meer moeten integreren in andere vakgebieden.’
Als voorbeeld noemt Zevenbergen de invoering van een crm-systeem. Er wordt veel aandacht en geld besteedt aan de verandering in bedrijfsstructuur en bedrijfsprocessen, terwijl de aanschaf van het crm-pakket beduidend minder aandacht krijgt. Zevenbergen: ‘De toepassing van een crm-systeem leidt tot een ingrijpende verandering in de communicatie met de klant. Niet alleen in de communicatie naar de klant toe, maar ook en vooral in de communicatie van de klant naar het bedrijf. Veel ondernemingen weten zich geen raad met de hoeveelheden e-mails, faxen, brieven, telefoontjes en voicemails die op hen afkomen. Illustratief is de gang van zaken bij Centraal Beheer. Het concept van "Even Apeldoorn bellen" was goed. Maar de eerste twee jaar van de campagne stond het telefoonnummer dat je dan zou moeten bellen, niet eens vermeld. Centraal Beheer was doodsbang dat mensen ook echt zouden gaan bellen. En daar was de organisatie destijds helemaal niet op ingericht.’
Innovatie
In nieuwe en oude economie heeft Zevenbergen nooit geloofd, wel in een veranderende economie en een veranderende wereld. ‘Ik denk dat de manier waarop mensen werken voor een belangrijk deel wordt beïnvloed door technologie. De uitvinding van de telefoon – begin vorige eeuw – heeft leven en werken echt veranderd. Hetzelfde geldt voor de auto en hetzelfde zal gelden voor het internet. Het internet kan een belangrijke reden zijn waarom iemand niet naar kantoor hoeft te gaan. Daar denken de meeste mensen niet over na; ze gaan gewoon iedere morgen in de file staan. Als je die mensen zou vragen wat voor werk ze doen en je praat daar over door, zal vaak blijken dat ze dat werk ook best vanuit huis kunnen doen. De gevolgen van de komst van het internet zijn nog lang niet uitgekristalliseerd. Toch zijn er al tal van veranderingen merkbaar. Dankzij het internet is het bijvoorbeeld veel gemakkelijker geworden een onderneming te starten. Dat geldt met name voor kleine zelfstandigen en freelancers, mede dankzij de democratisering van informatie via het internet. Ook kunnen ze via het internet snel en goedkoop communiceren.’
Veel mensen kijken op het internethype terug als op een gekte. Een paar mensen hebben er een fortuin aan verdiend, heel veel anderen hebben er een fortuin aan verloren. Zevenbergen ziet dat iets anders. ‘Natuurlijk heeft de hype heeft een heleboel slechte dingen gebracht, en inderdaad hebben veel mensen een heleboel geld verloren. Maar een positief effect is dat er een enorme stimulans van uit is gegaan. Er zijn veel innovatieve projecten van de grond gekomen. Aan vrijwel iedere mislukking zit toch iets goeds. Er waren leerprocessen, er zijn zinvolle dingen tot stand gebracht.
‘De mentaliteit om geld te investeren in startende bedrijven is duidelijk anders dan bijvoorbeeld tien jaar geleden in Nederland. Toen ik met mijn eerste bedrijf begon waren er nog geen investeerders zoals je die nu hebt. Als je mazzel had was er nog wel ergens een oom die wat over had. Mede omdat particulieren in de afgelopen tien jaar massaal in de aandelen zijn gestapt, hebben ze veel meer affiniteit met het bedrijfsleven gekregen. Men is nu dus ook veel meer bereid om te investeren in startende bedrijfjes.’
Het kaf en het koren
Aanvankelijk wilden we er niet aan, maar inmiddels geeft iedereen het toe: we zitten in een recessie. Daarbij worden de IT, telecommunicatie en media hard getroffen. Wat betekent dat voor automatiseerders? ‘Voor goede automatiseerders; niets. Er zal altijd vraag blijven naar toppers. Goede software-architecten en slimme programmeurs zijn altijd al schaars geweest. Mochten goede automatiseerders hun baan verliezen, dan hebben ze zo weer iets anders. Het kaf wordt wel van het koren gescheiden. Mensen die alleen maar wat meebrullen en eigenlijk niet weten waar het over gaat, krijgen problemen.
‘Het is natuurlijk ook niet zo dat alle automatiseringsprojecten nu worden stopgezet. Maar als je kijkt naar de vijf grote Nederlandse automatiseringsbedrijven, dan zitten er honderden mensen op de bank. Die hebben niks te doen. Dat kan een groot probleem worden. Over het algemeen heb je bij bedrijven als Atos Origin, Cap Gemini, CMG en Pink Roccade een frictie die wordt veroorzaakt door werknemers die tussen twee projecten een periode zonder werk zitten. Bij een bedrijf met tienduizend werknemers met twee procent frictie, heb je het toch over tweehonderd mensen.
‘Het kan overigens ook z’n positieve kanten hebben. Zo zal de gekte op het gebied van salarissen wel wegebben, net als de druk om mensen bij andere bedrijven weg te kopen. Automatiseerders als Pink Roccade ondervinden nu het voordeel van reccuring revenue; terugkerende omzet uit bijvoorbeeld servicecontracten. Bedrijven gaan niet opeens hun computers uitzetten omdat er een recessie is.’
Volgens Zevenbergen gaan er wel harde klappen vallen in wat hij ‘franje-automatisering’ noemt. ‘Er zijn enorme bedragen geïnvesteerd in fancy websites waar niemand iets aan heeft. Dit soort uiterlijk vertoon, zoals Money Planet van ABN Amro en KPN, werd voor een deel gevoed door de hype en is weer snel verdwenen. Vervelend voor de betrokken automatiseerders, want in een project als Money Planet zou een miljard worden geïnvesteerd. Daar staat tegenover dat investeren in zinvolle innovatie nu extra effectief kan zijn. Zo kondigde Jack Welch van General Electric onlangs aan dat het bedrijf zich op grote schaal gaat richten op innovatie, juist omdat de concurrentie er op dit moment niet toe in staat is. Het effect is dat dit soort bedrijven – als de recessie eenmaal achter de rug is – nog verder voorliggen op de concurrentie.’