De Nederlandse deskundigen blijven het oneens over de voor- en nadelen van softwarepatenten. In het debat vorige week woensdag in de Waag in Amsterdam brachten speculaties over de nieuwe richtlijn van de Europese Commissie, die deze maand verwacht wordt, geen uitkomst . "Ontsla commissaris Bolkestein nog niet, die richtlijn is slechts een voorstel."
De belangrijkste twee deelnemers aan de door Waag Society georganiseerde discussie waren Leo Steenbeek, onderzoeker bij Philips en voorstander van de huidige patent-mogelijkheden, en zijn tegenpleiter Luuk van Dijk van de Vereniging Open Source Nederland (Vosn). Beiden begonnen hun presentatie met artikel 52 van het Europese octrooiverdrag. Dat staat patenten toe op iedere nieuwe uitvinding waar een industriële toepassing voor is, op wat uitzonderingen na, zoals in lid 2, onderdeel c: programma’s voor computers.
Steenbeek beet de spits af met zijn Powerpoint-presentatie van artikel 52. De uitzondering in lid c kan wat Steenbeek betreft worden gewist. Lid 1 en lid 3 van hetzelfde artikel sluiten volgens hem verkeerde octrooien uit. In lid 1 wordt patenteerbaarheid beperkt tot alleen technische terreinen. Lid 3 maakt volgens hem duidelijk dat software alleen patenteerbaar is als een programma als zodanig een technische, industrieel toepasbare uitvinding is. "De Luuken van Dijk van deze wereld zijn zich niet bewust van die twee beperkingen. Dit verdrag maakt software niet patenteerbaar. Wat wel een octrooi kan krijgen, is een onderdeel van een televisie, dat met behulp van software het beeld scherper maakt."
Vrede
Wat het Europese verdrag ook vermag, volgens Steenbeek zijn de meeste Europese landen die dit verdrag ondertekenden, gehouden aan het Trade-Related Intellectual Property rightS (Trips)-verdrag, opgesteld door de Wereldhandels Organisatie (WTO). "Europese landen komen er niet onderuit. Artikel 27 lid 1 van Trips maakt alles octrooieerbaar als het een uitvinding is op enig technologisch gebied; als het nieuw is, uitvinderswerk en industrieel toepasbaar."
Nadat Van Dijk op zijn beurt zijn (linux-)laptop op de beamer had aangesloten opende ook hij zijn LaTex-presentatie met artikel 52. "Dit is een prima artikel. Als de wereld eruit zag zoals hier beschreven, dan hadden wij er vrede mee." De praktijk is echter anders, vervolgde de lobbyist. Of de software een technische oplossing is, doet er volgens hem voor de ambtenaren van het Europese Patentbureau (EPB) niet toe. "Zij definiëren ’technisch’ als iets dat een technische oplossing is voor een technisch probleem. Daarnaast staan ze onder grote druk om zo snel mogelijk patenten toe te kennen."
De toekomst wordt nog erger, vreest Van Dijk. Volgens hem maakt de Europese Commissie deze maand nog een nieuw leidraad bekend, waarin patenten op computerprogramma’s makkelijker dan ooit worden toegestaan.
Zinloos
De Philips-onderzoeker verwierp de Vosn-claim dat het EPB totnogtoe dertigduizend zinloze octrooien op computerprogramma’s heeft verleend. "Dat zijn geen software-patenten. Het zijn technische uitvindingen waar software een onderdeel van uitmaakt." Dat er door de octrooigemachtigden hier en daar toch een onjuist patent wordt verleend, valt volgens hem niet te voorkomen. "Slechts programmeurs die altijd foutloze programmacode aanleveren, mogen het EPB vragen geen fouten te maken." De Vosn noemt deze dertigduizend octrooien triviaal. Het zijn patenten die de houder ervan in staat stellen elementaire processen te belasten, zoals bijvoorbeeld het downloaden van software van internet.
Van Dijk heeft onder meer problemen met de huidige regels vanwege de volgende reden. "Met het publiceren van de broncode van computerprogramma’s geef je niet alleen de beschrijving van de uitvinding, maar maak je de uitvinding zelf ook bekend. Praat je met een collega over de ingrediënten van zijn medicijn tegen hoofdpijn, dan heb je nog geen machine die dat pilletje maakt. Daarmee schend je dan ook geen patent-regel. Maar wissel je programma-code uit, dan schend je de regels wel."
Van Dijk voorspelt een toekomst waarin juristen ontwikkelaars en bedrijven dreigen met rechtszaken over al dan niet terechte schendingen van patenten, iets dat volgens hem in de Verenigde Staten al praktijk is. De huidige octrooiregels pakken volgens Van Dijk nadelig uit voor vrijwel alle bedrijven "kleiner dan IBM, SUN en Microsoft".