Het ministerie van Onderwijs en Wetenschappen (OCW) moet meer moeite doen om ict-onderzoek te stimuleren. Dat zegt professor Martin Rem, een van de leden van de taakgroep Ict-en-kennis. De taakgroep pleit voor het structureel verdubbelen van het geld voor onderzoek. "OCW concentreert zich teveel op verbetering van het lager en middelbaar onderwijs."
Het door de overheid gefinancierde ict-onderzoek moet met 230 miljoen gulden worden verdubbeld, zo wil de taakgroep. Het maakt nu nog een kans mee te tellen in onderzoeksvelden als vierde generatie mobiele netwerken, software engineering en ingebedde systemen. Met minder geld kan Nederland echter niet tot de ict-wereldtop kunnen behoren, stelt de taakgroep.
Bij de ontvangst van het rapport van de taakgroep op 12 juli, maakten noch minister Annemarie Jorritsma van Economische Zaken (EZ) noch minister Louk Hermans van OCW een enthousiaste indruk. Volgens Rem is die impressie onterecht: "EZ wil echt wel. Van de twee ministers zei Hermans het minst toe."
Rem was tot afgelopen vrijdag rector magnificus van de Technische Universiteit Eindhoven. Met ingang van deze week is hij directeur van het Eindhoven Embedded System Institute, een nieuwe onderzoekschool van de faculteiten Elektrotechniek en Informatica.
Goed ontvangen
De positieve opstelling van EZ is volgens hem onder meer duidelijk door het toewijzen van een deel van het geld uit het budget van Ices-kis. Dat is de overheidscommissie die de kennisinfrastructuur van Nederland moet versterken. Een kwart van de benodigde fondsen komt van de bedrijven, een kwart van de kennisinstellingen en de resterende helft wordt bijgepast door EZ. "Maar we kunnen niet alles op het bord van EZ leggen. Het budget van Ices-kis is niet structureel."
Rem stelt dat het rapport van de taskforce door het ministerie van Economische Zaken goed is ontvangen. "De kunst is nu om OCW zover te krijgen dat het structureel bijdraagt aan dit soort onderzoek."
De taakgroep heeft nog geen langetermijntactiek voor de beleidsverandering bij OCW. "Maar voorlopig ziet het er goed uit. Er komt zestien miljoen gulden vrij voor onderzoek op de drie terreinen.
Vóór de verkiezingen verwacht Rem van het onderwijsministerie geen extra gelden. "Het is bezig meer leerkrachten te regelen, hogere salarissen." Bij het opstellen van de verkiezingsprogramma’s gaat echter het pleidooi van de universiteiten meetellen, hoopt Rem. Dat pleidooi is opgesteld door de Vsnu (Vereniging van Samenwerkende Universiteiten) en vraagt de politieke partijen om meer steun voor onderzoek. "In Nederland lopen de publieke middelen terug. Zo maak je echter van dit land geen ‘Kennisland’; dat moeten de partijen toch wel begrijpen."
Alleen met een hoog opgeleide beroepsbevolking zal Nederland erin slagen een hoogwaardige industrie met een sterke ict-component te scheppen, veronderstelt Rem. Een hoog opleidingniveau is gerelateerd aan goed wetenschappelijk onderzoek. "Op de lijstjes waarmee OCW de stand van zaken in Nederland vergelijkt met andere landen, dalen we. Dat is gewoon stom."
Brug slaan
De grootste kloof ligt volgens de hoogleraar tussen softwarehuizen en universiteiten. "Om een brug te slaan, moet er geld in onderzoek naar software-engineering. En via een forum moeten we de twee partijen met elkaar in contact brengen." Rem: "Bedrijven hebben te weinig oog voor de betekenis van de wetenschap. Anderzijds is het onderzoek van de universiteiten wat te fundamenteel."
De contacten tussen bedrijfsleven en wetenschap zijn op eigen onderzoeksterrein, dat van ingebedde systemen, beter. "Nederland is hier nu nog goed in. Japan of de VS nemen die positie echter zo over." De Nederlandse ict heeft zich te veel beperkt tot dienstverlening. Het land staat niet bekend als de maker van internationaal toegepaste applicaties. "Met de erp-software van Baan liep het helaas mis. Maar stel dat we erin slagen een product te ontwikkelen dat in veel landen wordt toegepast. Die markt is heel aantrekkelijk. Zoiets slaagt alleen als je de eerste bent, of duidelijk de beste. Op het gebied van crm ligt er wellicht nog een kans. Daar is nog niet duidelijk één pakket de favoriet."
Fuseren
Nederland moet kunnen concurreren met universiteiten als Stanford en het Massachusetts Institute of Technology. Zo vat dr. Kees le Pair, voorzitter van de werkgroep, de aanbevelingen in het rapport samen. Rem ziet dat er niet van komen. "MIT is misschien wel de beste universiteit van de wereld, zoiets kan in Europa niet."
De internationale concurrentie tussen de kennisinstituten leidt er volgens Rem toe dat de universiteiten in Europa zich steeds meer beperken tot de sterkste punten. Zo richt de Eindhovense universiteit zich op ingebedde systemen en bewijst Delft zich op het gebied van telematica. De internationale concurrentie leidt tegelijk tot meer samenwerking, ziet Rem. "Willen we toch nog een brede opleiding bieden aan onze ingenieurs, dan zullen de Europese universiteiten wel moeten samenwerken en over tien jaar zelfs fuseren. Die ontwikkeling is wel grappig."