Veilen doe je niet op een achternamiddag. Dat blijkt duidelijk uit het onderzoek naar de veiling van Umts-frequenties dat de Rotterdamse Erasmusuniversiteit heeft verricht in opdracht van de Tweede Kamer. De veiling was slecht voorbereid. Er werd onvoldoende gebruik gemaakt van expertise van buitenaf. De gekozen veilingopzet droeg er sterk aan bij dat er voor nieuwkomers geen ruimte was. Bij een andere gang van zaken had de opbrengst wellicht ook nog hoger kunnen zijn. De conclusies van de onderzoekers liegen er niet om.
De Umts-veiling vond ruim een jaar geleden plaats, op een moment dat het voor de telecomsector niet op kon. De aandelenkoersen stonden hoog. Het vertrouwen van beleggers in alweer nieuwe technieken was onbegrensd. Geld lenen om de Umts-licenties in Nederland en elders in Europa te financieren vormde op dat moment voor vrijwel geen enkel telecombedrijf een probleem.
Inmiddels is de stemming geheel omgeslagen. In de telecomsector heerst een diepe malaise. Deze is voor een groot deel te wijten aan de hoge bedragen die de bedrijven hebben moeten betalen voor de Umts-frequenties. Frequenties waar pas over een aantal jaren geld mee kan worden verdiend. Al is onduidelijk hoeveel. Het is immers volstrekt onduidelijk of consumenten zich enthousiast op iets als mobiel internetten zullen storten. Een ding is zeker: dat enthousiasme zal zeker ook van de kosten afhangen. Een van de redenen dat sms-en zo populair is onder jongeren, is dat het niet alleen een snelle, maar ook een goedkope manier is om met elkaar contact te hebben.
Alle reden dus voor bezinning. Ook de Nederlandse overheid zal moeten willen leren van datgene wat er zich de afgelopen anderhalf jaar in de telecomsector heeft afgespeeld. Net als bij de beleggers was ook bij de overheid het vertrouwen in de toekomstmogelijkheden van de sector en de daaraan gekoppelde financiële draagkracht groot. Bij de verdeling van de Umts-licenties ging het simpelweg om degenen die daarvoor het meest konden betalen. Een veiling is een transparant verdeelmechanisme. Maar dat voordeel is tevens een nadeel. Het allerbelangrijkste criterium dat wordt gehanteerd is de portemonnee. Voor degene die aan de andere kant staat, zeg maar de verdelende partij, is de opbrengst dan ook hoofdzaak.
Bij de Umts-veiling is die opbrengst als hoofddoel echter nooit keihard benoemd. Dat geeft dan ook het dilemma aan waar een veilende overheid zich in bevindt. De hoofdtaak van een overheid mag nooit alleen maar bestaan uit zoveel mogelijk geld verdienen. Zodra er echter andere doelstellingen in het spel zijn, moet het veilinginstrument nauwkeurig daarop worden ingekleed. (Of moet er naar een ander verdeelinstrument worden gekeken). Uit het onderzoek naar de Umts- veiling blijkt dat dat volstrekt onvoldoende is gebeurd. Zo had het voor de einduitkomst van de veiling heel wat uitgemaakt of er bijvoorbeeld een kavel voor een nieuwkomer was gereserveerd. Of dat er via een open in plaats van via een gesloten bod werd geboden tijdens de veiling.
Meer principieel ligt de vraag waar de taak van een overheid ligt. Gaat het alleen om een beetje transparant verdelen van Umts-frequenties, waarbij en passant ook nog ruim 6 miljard gulden wordt binnengehaald? Of heeft de overheid ook een taak als het gaat om het zorg dragen voor economische stabiliteit, of voor een gemakkelijke totstandkoming van innovatieve producten? De laatste twee doelen zijn niet of nauwelijks aan de orde geweest toen vorig jaar het veilinginstrument werd ingezet. De overheid ging enthousiast mee in de hausse die er op dat moment heerste op de telecom- en ict-markt.
De les die valt te leren is dat een overheid zich minder moet laten meeslepen in conjuncturele schommelingen op verschillende markten. We weten nu dat de stemming op een markt als de telecommarkt heel snel kan omslaan. Wijsheid achteraf is natuurlijk altijd gemakkelijk. Maar door het inzetten van het veilinginstrument, met als impliciet doel het ophalen van zoveel mogelijk geld, heeft de overheid onbedoeld meegewerkt aan de huidige malaise in de telecomsector. Aan economische stabiliteit heeft dat niet bijgedragen. Ook de totstandkoming van innovatieve producten is daardoor onzekerder geworden. Het hoofd koel houden tijdens een hausse op de markt en meer oog voor het feilen van veilen zal in de toekomst dan ook meer voorop moeten staan.
Marja Wagenaar, lid Tweede Kamer PvdA , behandelt IT bij de overheid. Zij was parlementair redacteur en universitair docent politiek/bestuurlijk management.