De snelle groei van ‘open source software’ (oss) heeft een interessante schokgolf teweeggebracht, met name bij de softwarehuizen. Er bestaat natuurlijk een legitieme angst voor oss, naar aanleiding van de vraag: waarom zou iemand al die inspanningen gratis doen?
Vandaag de dag is het antwoord eenvoudig. Het is een hobby van een hoop toegewijde, professionele programmeurs die genoeg hebben van de beperkingen, opgelegd door de commerciële eisen van het conventionele programmeren. Misschien zouden ze meer aandacht moeten schenken aan hun families, maar zo zijn deze mensen nu eenmaal. De grote vraag luidt echter of deze vrolijke stand van zaken tot ver in de toekomst zal voortduren. Indien niet, wat zal dan de bron van technische expertise zijn?
Met gratis ‘open source software’ zou er altijd een leger vrijwilligers zijn, maar nu beginnen enkele grote bedrijven geld te verdienen met oss door deze in pakketten op te nemen. De amateur-programmeurs zien dat een bedrijf als Caldera of Suse kopieën van Linux verkoopt. In feite verkopen ze diensten rond Linux, in het bijzonder ondersteuning, installatie, documentatie, enzovoort, en niet Linux zelf. Maar dat onderscheid zal niet door iedereen op prijs worden gesteld die betrokken is bij het ontwikkelen van software. Om dit potentiële probleem te ondervangen, is er een aantal licentieschema’s in gebruik die erop gericht zijn om de inkomsten terug te sluizen wanneer iemand een deel gebruikt van de broncode van een oss-product in een commercieel product. Dit is een eerlijk concept, en daar zat Microsoft zo mee in zijn maag. Ze verwachtten niet dat een licentiesysteem zou worden geaccepteerd, zeker niet op zo’n korte termijn.
De aan oss gerelateerde licentiesystemen bevatten echter enkele onvolkomenheden, waarop Microsoft zijn pijlen kan richten. Allereerst bestaan er, zoals gebruikelijk, meerdere systemen. Microsoft heeft klanten expliciet verboden om hun software te gebruiken samen met ‘mogelijk geïnfecteerde’ software die beschikbaar is onder de volgende oss-licenties: General Public Licence (GPL), Lesser GPL, Mozilla PL, en (uiteraard) de Sun Industry Standards License. Er is ook sprake van problemen tussen verschillende oss-systemen, in het bijzonder bij het samenvoegen van verschillende bibliotheken. Microsoft heeft een punt door te stellen dat verschillende licentiesystemen verwarring scheppen, maar hoe halen ze het in hun hoofd om oss te typeren als ‘geïnfecteerde software’! Het zijn Microsofts wanordelijke producten, zoals Windows NT, Exchange en IIS, die de belangrijkste doelen vormen voor een aanval door hackers. Veel bedrijven hebben NT vervangen door Linux, simpelweg omdat het betrouwbaarder en veiliger is. ‘Senior executives’ van Microsoft maken zich ernstig zorgen, zoveel mag blijken uit het groeiend aantal gelegenheden waarbij ze oss proberen zwart te maken. Dit afgeven op oss verontrust me, en geeft me de indruk dat ze de zaken niet onder controle hebben.
In ieder geval heeft de bedreiging van oss en zijn licentiesystemen Microsoft en anderen, bijvoorbeeld Oracle, gedwongen hun strategie te heroverwegen. In zekere zin is de strategie van Microsoft zwalkend, want het gaat uit van een toekomst waarin het Web domineert. Oracle hoeft niet zo’n radicale koerswijziging te maken vanwege de aard van zijn producten: grote servers. Ze hebben echter hun eigen problemen. Graag zouden ze oss-databases willen ondersteunen om SQL Server aan te pakken, maar dat zou de verkoop van hun eigen databases op de lange termijn ondermijnen. Sun heeft een vergelijkbaar probleem. Virtueel geeft het Star Office weg, maar het moet zich ook op de langere termijn zorgen maken wanneer Linux op multiprocessor Intel-machines een aanval doet op zijn kernactiviteiten. IBM lacht in zijn vuistje omdat oss simpelweg de verkoop van hardware stuwt en verliezen uit de verkoop van softwareproducten compenseert.
Microsofts laatste zet, het ‘Shared Development Process’ heeft tot doel om de betrokkenheid te vergroten bij .Net, waarmee software over het Web te distribueren is. In dit nieuwe scenario zal software niet langer op cd’s worden verkocht, hetgeen Microsoft naar het hoopt in staat stelt licentiegelden beter te controleren – op zich een goede zaak.
De sleutel tot de nieuwe technologieën is XML. Microsoft heeft zich gerealiseerd dat door zijn nieuwe softwareleveranties te baseren op een open standaard, dat dát de juiste aanpak is om de vrees voor nog een afschrikwekkend monopolie verre van zich te houden. Hoewel XML slechts een taal is, zullen de daarop gebaseerde producten van Microsoft bedrijfseigen zijn; vandaar de behoefte om ontwikkelaars te laten stoppen met het vermengen van oss-code met hun eigen code.
Martin Healey, pionier ontwikkeling van op Intel gebaseerde computers en c/s-architectuur. Directeur van een aantal it-bedrijven en professor aan de Universiteit van Wales.