Het halve internet draait op Perl-scripts en er zou geen Linux-applicatie starten zonder deze programmeertaal. Toch blijft de taal vrij onbekend, zeker in managementkringen. Een groep Perl-liefhebbers probeert daar verandering in te brengen.
Op vrijdagmorgen 3 augustus staan voor het gebouw van de Hogeschool Holland in Diemen groepjes mensen koffie te leuten of een sigaretje te roken. Voor hogeschoolstudenten zijn ze te oud. De meesten zien er daarvoor ook te slordig uit: ruimvallende t-shirts slobberen over vale spijkerbroeken, veel ongekamde haren en menig alternatief baardje. In de hogeschool vindt de Yapc-conferentie plaats, afkorting van Yet Another Perl Conference.
Op de tweede dag van het congres trapt Daniel Karrenberg op het podium de dag af, nonchelant achterover gezeten in een stoel. De internet-goeroe, die dit jaar de Jonathan Postel Service Award van de Internet Society kreeg, gebruikte Perl bij zijn werk aan de Ripe NCC, een registratiesysteem voor Europese IP-nummers en DNS-informatie. De software stelde gebruikers in staat om in eerste instantie via e-mail en later direct via een browser de naam en contactgegevens van de IP-nummers te achterhalen. Hij drukt zijn toehoorders op het hart vooral simpele programma’s te schrijven.
Het huidige werk bij Ripe NCC is erop gericht om software geschikt te maken voor gebruik met andere gedistribueerde databases als creditcards. Ook authenticatiesleutels voor het beveiligingsprotocol Ipsec, bedoeld voor de beveiliging van IP-verkeer, moeten van zo’n opzet profiteren. Een ontwikkelteam heeft Karrenberg het meeste werk uit handen genomen.
Nietszeggend
Wendy van Dijk, één van de organisatoren van Yapc, weet uit haar vorige werk maar al te goed dat Perl de meeste mensen niets zegt. "Grote bedrijven vragen naar Microsoft-software en snappen niet dat op internet-hostinggebied deze software niet toonaangevend is", aldus Van Dijk. Zij gebruikte in haar hosting-bedrijf Xxlink, dat inmiddels aan het Franse Integra is verkocht, voornamelijk Linux en Perl. Ze moest klanten veel uitleggen voordat ze overtuigd waren van de gekozen richting. Commerciële software blijft het middel om ict-bedrijven op waarde te schatten. De bekendheid en reputatie van Perl in Nederland kunnen wat Van Dijk betreft een flinke zet gebruiken.
Het Yapc-congres, dat vorig jaar in London de eerste editie kende, moet de tegenhanger worden van het O’Reilly-congres. Door zijn commerciële en mondiale karakter is dit congres onbereikbaar voor de meeste Perl-liefhebbers in Europa, aldus Leo Grapendaal, die ook aan de organisatie van het congres meewerkt. Grapendaal is lid van de Amsterdamse Perl-mongers, een groep Perl-liefhebbers die eens in de zoveel tijd bijeenkomt om gezamenlijk aan softwareprojecten te werken of elkaar in levende lijve te zien. De meeste communicatie geschiedt immers via internet. ‘Monger’ staat voor ‘verkoper’, een geuzennaam aldus Grapendaal, omdat geïnteresseerden zich het liefst afzetten tegen elke vorm van commercie.
Grapendaal is gecharmeerd van Perl omdat de taal het programmeren leuk maakt. De taal is ontwikkeld door Larry Wall, van oorsprong een taalkundige die bij zijn ontwerp van de programmeertaal de logica van natuurlijke taal gevolgd heeft. Een reden voor de groeiende populariteit van de taal is de brede inzetbaarheid. Er zijn compilators beschikbaar die programma’s voor de meest courante platformen kunnen samenstellen. Daarnaast is veel Perl-software gratis beschikbaar op een centrale bewaarplaats op internet, in de Cpan (comprehensive perl archive network).
Op dit moment is in deze Cpan de zogenaamde Inline-software vrij populair. Met deze software zijn programma-onderdelen uit andere programmeeromgevingen als C, Java en Python aan te roepen als een Perl-programmaopdracht. Verder buigt de Perl-gemeenschap zich veelvuldig over het beveiligen van netwerken. Een voorbeeld daarvan zijn scripts die het ethernetverkeer analyseren op mogelijke inbraken door hackers.