Vliegtuigbouwer Airbus laat een internetportaal ontwikkelen voor het uitwisselen van informatie over het ontwerp en de bouw van zijn nieuwe A380. Daarmee wil het alle betrokken partijen sneller en makkelijker toegang bieden tot project- en productgegevens, en moet het handmatig invoeren van papieren formulieren tot de verleden tijd behoren. Voor het opzetten van zo'n informatiemarktplaats gebruikt het software van PTC.
De Airbus A380 – 's werelds eerste volledige dubbeldekker – wordt geheel elektronisch ontworpen. Dat betekent een grote druk op de datadistributie, vertelt Dwaraka Srinivasan, hoofd van de productdatamanagement groep bij Airbus UK. "Je kunt je voorstellen dat er een enorme hoeveelheid gegevens vrijkomt. Dat varieert van driedimensionale modellen, tekeningen en andere cad-data tot analyse- en projectmanagementgegevens. De data komen niet alleen van de verschillende Airbus-vestigingen, maar ook van vele toeleveranciers. De grote vraag is hoe je hierover controle houdt."
Airbus wil af van de huidige logge en complexe manier van datadistributie. Daarbij worden nog veel formulieren, zoals een verzoek om uitwisseling van informatie of een lijst met onderdelen, handmatig ingevuld, in de computer ingevoerd en via tapes en FTP verspreid. De vliegtuigbouwer koos voor het met behulp van webtechnologie ontwikkelde Windchill van de Amerikaanse softwareleverancier PTC. Met dit product zijn internetportalen te ontwikkelen waarmee bedrijven, klanten en leveranciers in een beveiligde omgeving gegevens kunnen uitwisselen over de gehele levenscyclus van een product: vanaf concept, ontwerp, ontwikkeling en productie tot aan beheer en onderhoud. PTC heeft de Windchill-oplossing ook verkocht aan Boeing en Lockheed Martin.
Airbus maakt nu nog gebruik van twee cad/cam-systemen, een databeheersysteem van PTC en het IBM-mainframesysteem Dpds (Design Product Definition System). De Windchill-oplossing zal dit laatste managementsysteem vervangen. Een proxyserver fungeert als managamentserver en stuurt opdrachten en data naar de verschillende deelsystemen. Srinivasan meldt dat zijn bedrijf ervoor gekozen heeft om de oplossing eerst intern uit te proberen. Eind 2001 moet de tweede fase zijn afgerond, waarbij ook alle toeleveranciers toegang krijgen tot de informatiemarktplaats.
De implementatie van de Windchill-toepassing duurt ongeveer een jaar. In Engeland werkt automatiseerder CSC met PTC aan de invoering van het systeem. Airbus Frankrijk heeft de hulp van Cap Gemini Ernst & Young ingeschakeld.
C-handel
Het via internet gezamenlijk werken aan de ontwikkeling van een product heet collaborative product commerce, of c-commerce. Het gaat feitelijk om groupware-toepassingen voor productinformatie via internet, met name gericht op industriële producenten. "Het gaat verder dan alleen documentenbeheer", stelt Kees Bos. "Ons Windchill-product kent bijvoorbeeld ook productontwikkeltools en functionaliteit voor het opslaan van tekeningen en online-vergaderen. Ook beschikt het over diverse MS Office-koppelingen voor de integratie met cad/cam-systemen."
"Ontwerpen is wijzigen", stelt Robin Verbeet, directeur PTC Nederland. "Waar het eigenlijk omdraait is dat die wijzigingen snel en feilloos worden overgebracht."
Begerig
De omzet van PTC viel vorig jaar terug van 1,1 miljard naar 928 miljoen dollar. De cad/cam-markt is over zijn hoogtepunt heen en het softwarebedrijf merkte dat de economische flauwte ook de klantenkring treft, zoals de vliegtuig- en automobielindustrie en met name de hightech. Volgens directeur Verbeet is zijn bedrijf zich daarom meer gaan richten op informatiebeheer via internet voor industriële klanten. Windchill is inmiddels goed voor 175 miljoen van de omzet.
Volgens Verbeet kijken erp-leveranciers met een begerig oog naar deze markt, waar volgens analisten in 2003 dertig miljard dollar te verdelen valt. Hij meent dat alleen SAP er tot nu toe in is geslaagd een interessante productdatamanagament-toepassing te lanceren. De naaste concurrentie, zoals het door EDS overgenomen Sdrc, Agile en Matrix One, probeert eveneens internet-groupware-systemen aan te bieden, net als Filenet en Livelink, twee leveranciers van documentbeheersoftware.
Overigens is dit soort toepassingen niet alleen bedoeld voor aparte bedrijven, maar zijn ook te gebruiken in de zogeheten elektronische marktplaatsen. Covisint, bijvoorbeeld, het inkoopportaal voor de automobielindustrie, zocht naar een aanvullende mogelijkheid voor gebruikers om informatie over productontwikkeling te verspreiden binnen hun bedrijf of tussen medewerkers en toeleveranciers. Het werd een gecombineerde oplossing van de twee kleine Amerikaanse softwarebedrijven Nexprise en Engineering Animation. PTC levert op zijn beurt een Windchill-oplossing aan Exostar, een elektronische marktplaats voor de ruimtevaart- en defensie-industrie.
Russisch genie
PTC (Parametric Technology Corporation) is in 1985 opgericht door Samuel Geisberg. Deze Rus doceerde aan de universiteit van Leningrad, voordat hij in 1974 naar de Verenigde Staten emigreerde. Daar werkte hij bij de cad/cam-leverancier Computer Vision als hoofd onderzoek & ontwikkeling. Geisberg vond dat de software van Computervision teveel was gericht op onderdelen van een ontwerpproces, zoals sterkteberekeningen, tekeningen en het aansturen van productiemachines. Hij wilde een nieuwe generatie software introduceren waarin het maken van een driedimensionaal model van het gehele product centraal stond. Computer Vision zag daar niets in, waarna Geisberg vertrok en PTC oprichtte. Het bedrijf groeide uit tot een leverancier van cad/cam/cae-software en oplossingen voor productdatamanagement. Door de overname van concurrent Computer Vision begin 1998 kreeg PTC de Windchill-technologie in bezit.
Wereldwijd werken er bij PTC vijfduizend medewerkers, waaronder duizend softwareontwikkelaars. In Nederland telt PTC 35 medewerkers en heeft het als standplaats Den Bosch.
