High tech-goeroe George Gilder schreef ooit dat internet de dood van de stad betekent. Mensen prefereren idyllische plekjes met een breedband aansluiting boven de file. Craig McCaw, de man achter het wereldomspannende satellietnetwerk Teledesic, zegt dat de mens in wezen een nomade is die het liefst ongebonden over de steppe wil zwerven met een handzame PDA (personal digital assistant) in zijn rugzak. Met McCaws internet-in-the-sky zou die droom realiteit worden. Droom maar lekker verder, McCaw!
Voor mensen die hun beroep uitoefenen achter een computerscherm zal er op den duur geen enkele organisatorische belemmering zijn om zich in de Okavango-delta of op de vlakte van Boemtang te vestigen. Schrijver dezes is ooit een paar dagen in Boemtang geweest, een zeer afgelegen vallei in Bhoetan. Mijn jonge gids Jigme (Jimmy) Singye had één groot ideaal: hij wilde zo snel mogelijk de frisse lucht van de Himalya’s en de geur van Yakboter verruilen voor de smog van de Santa Monica snelweg. Hij wilde ‘iets’ met computers doen maar zeker niet in Boemtang.
De makke van verlaten oorden is dat er niemand op je zit te wachten.
Steden daarentegen willen je dolgraag hebben als je mooi, rijk, getalenteerd, veelbelovend, hardwerkend of ambitieus bent. In de VS bestaan zo’n 3300 organisaties die zich louter en alleen toeleggen op het verlokken van mensen en bedrijven zich in hun stad te vestigen. De middelen die daarbij worden ingezet: golftoernooien, mooie meiden, cadeautjes en veel (des)informatie.
Mensen met geld, talent, ideeën en brandende ambities kruipen het liefst bij elkaar op schoot. Wie echt iets wil in de film gaat naar Hollywood. Wie echt iets wil in de reclame gaat naar New York of Miami Beach. Wie echt iets wil in de ict gaat niet naar Pittsburgh, Sneek of Boemtang maar naar Silicon Valley. Wat geeft het dat de huren en de babysitters onbetaalbaar zijn. Wat geeft het dat het licht af en toe uitgaat. Palo Alto en contreien, daar moet je zijn. De digerati willen misschien wel naar de Himalaya op vakantie, maar zeker niet om er te werken.
Negenentachtig bedrijven in Silicon Valley kregen in mei een brief in de bus met daarin een 9-volts batterijtje. "Is het nog duister waar u uw bedrijf wilt vestigen?", zo begon de begeleidende brief met een weinig subtiele verwijzing naar de stroomuitval. De brief kwam van de Kamer van koophandel in Raleigh en was bedoeld bedrijven warm te maken voor een verhuizing naar The Triangle, North Carolina’s versie van de Silicon Valley waar de energietoevoer een stuk betrouwbaarder is.
Ook andere regio’s sprongen op ludieke wijze in op de energieproblemen van Californië. Het stadje Plano in Texas stuurde bedrijven in Silicon Valley brochures met zaklantaarns zodat de tekst eventueel ook in het donker te lezen zou zijn. De staat Michigan stuurde 4500 muismatjes die oplichten in het donker. Of dit nu een slimme of een domme zet is geweest staat nog ter discussie. Wie wil er nu een muismatje in het donker kunnen zien?
De commissie die probeert de goede stad Pittsburgh op te stoten in de vaart der volkeren had het idee getalenteerde techneuten uit Californië een gratis reis aan te bieden waarbij ze ‘in het duister zouden tasten’ over de eindbestemming. De bestemming zou dan uiteraard Pittsburgh zijn. Dat plan ging niet door omdat een lokale krant erover schreef en daarmee was de lol er natuurlijk af. Ik denk dat de commissie nu wel weer de traditionele kielbasa (poolse worstjes) zal sturen.
Zolang mensen bij elkaar willen wonen en zolang steden vechten om mensen binnen te halen zal het wel niet zo’n vaart lopen met de ontbinding van de steden. Nobelprijswinnaar Arno Penzias, jarenlang de baas van Bell Labs, zegt dat mensen altijd het tempo van de technologische ontwikkeling onderschatten. Hij meent ook dat mensen tegelijkertijd de veranderingen die technologie teweeg brengt altijd overschatten. Penzias: "Mensen vinden eigenlijk steeds nieuwe dingen uit om hun gewoonten juist niet te hoeven veranderen."
Volgens de stelling van Penzias zullen wij internet dus waarschijnlijk gebruiken om in steden te kunnen blijven wonen. Misschien wil een meerderheid van de mensen wel zwerven over de steppen van McCaw, maar dan als kuddedier.
Tenslotte moet ik nog kwijt dat ik in Boemtang een reïncarnatie van een lama (een boeddhistische heilige) heb ontmoet, die volgens zijn volgelingen reisde op de stralen van de zon. Het ene moment zat-ie in Boemtang en een seconde later in Manhattan. Kijk, dat is nog eens technologie die de wereld wel ingrijpend zou veranderen.
Teake Zuidema, medewerker van Computable