Ook al zijn de meeste draadloze netwerken niet ouder dan twee jaar, nu al wordt gekeken naar nieuwe technieken. Vooral de beperkte capaciteit van de bestaande 802.11b-standaard wordt door velen gelaakt. Eigenbelang van de hardwarefabrikanten speelt daarbij een niet uit te vlakken rol, aangezien voor de snellere draadloze netwerkapparatuur de huidige hardware ongeschikt is.
De komst van de 802.11b-standaard twee jaar geleden heeft de prijs van wlan-producten (wireless local area networks) in korte tijd naar beneden gehaald." Dit zegt Urs Keller, senior adviseur telematica bij M&I/Partners, een organisatie en ict-adviesbureau. "Een aanvaardbare overdrachtssnelheid van 11 Mbps gecombineerd met een gunstige prijs heeft voor de doorbraak gezorgd die we nu zien. Grotere productievolumes van draadloze netwerkapparatuur hebben de prijs verder naar beneden gehaald."
De VS en Europa zijn elk bezig met hun eigen standaard: aan deze kant van de oceaan Hiperlan 2 en aan de andere kant 802.11a, die de gegevensoverdracht in de toekomst flink moeten versnellen. Keller verwacht dat 802.11a uiteindelijk de meeste aanhang krijgt, omdat de Hiperlan-standaard teveel afwijkt van de overal toegepaste pakketgestuurde Ethernet-netwerktechnologie. "De 802.11a borduurt voort op de pakketgestuurde technologie, waarbij kleine en grote informatiepakketten op een zelfde manier zijn te versturen. De Hiperlan-standaard maakt gebruik van de ATM-technologie, die informatie in cellen stopt. Deze techniek, die wel tot de backbone is doorgedrongen, heeft lan-netwerken nooit weten te bereiken. Ethernet is de dominante netwerktechnologie. Hierdoor geef ik de 802.11a-standaard meer kans."
Aanpassen
"Dat 802.11a in Europa in zijn huidige vorm onacceptabel is, zie ik niet als een onoverkomelijk probleem", vervolgt Keller. "Reden voor dit schisma is het feit dat de 5 GHz frequentie in Europa gebruikt wordt voor onder andere defensiedoeleinden en satellietcommunicatie, terwijl deze in de VS nog helemaal niet in gebruik is. Het is waarschijnlijker dat de Etsi (European Telecommunications Standards Institute) voorstellen doet om de 802.11a-standaard aan te passen, zodat de verschillende toepassingen elkaar niet bijten op de 5 GHz frequentieband."
Lynn Chroust, director commercial networks business unit bij Proxim, een Amerikaanse fabrikant van draadloze netwerkapparatuur, kan alleen maar hopen dat het tot een compromis komt. "Ik verwacht dat de Amerikaanse Ieee (Institute of Electrical and Electronic Engineers) en de Europese Etsi tot een vergelijk komen, omdat er veel op het spel staat", aldus Chroust. "Als dat niet zo is, kunnen we ondersteuning inbouwen voor beide standaarden in onze basisstations. Wat betreft de netwerkkaarten is die dubbele ondersteuning niet mogelijk."
In ieder geval zorgt de standaardenkwestie ervoor dat de nieuwe generatie draadloze netwerken langer op zich laten wachten. "Elke discussie die je kunt vermijden levert tijdswinst op", stelt Keller. "Verder verwacht ik dat bedrijven die net geïnvesteerd hebben in 2,4 GHz frequentieband-apparatuur deze investering een tijd willen gebruiken voordat zij op nieuwe apparatuur overstappen, ook al is die sneller."
Manipulatie radiogolf
Frequentie, zendkracht en afstand bepalen de mogelijkheden om informatie door de ether te versturen. De hogere frequentieband op 5 GHz zorgt ervoor dat er meer bits in dezelfde tijd te versturen zijn. Daarnaast is er minder storing door interferentie, omdat de 5 GHz-frequentie niet zo druk bezet is als de 2,4 GHz-frequentie, die nu voor de huidige wlan-standaard in gebruik is. Draadloze netwerkproducten moeten deze frequentie momenteel delen met magnetrons, Bluetooth-apparatuur en mobiele telefoons.
Manipulatie van radiogolven zorgt ervoor dat fabrikanten meer bits per radiogolf kwijt kunnen. De encodering van informatie in de fysieke laag van de 802.11a standaard wijkt af van zijn voorgangers. De nieuwe techniek Codfm (coded orthogonaal frequency division multiplexing) hakt een verbindingskanaal op in kleinere subverbindingen die parallel verstuurd worden door de ether. Deze opdeling zorgt uiteindelijk voor de hogere capaciteit van draadloze netwerken.