De neergang in de telecomindustrie noopt de producenten van telecomapparatuur nog dieper te snijden in hun organisaties. Eerdere ontslagen blijken onvoldoende om de neergaande lijn te stuiten.
Ericsson ontslaat in totaal 2100 personeelsleden in moederland Zweden. Het gaat om 1500 banen in de vestiging in Kumla en zeshonderd arbeidsplaatsen in Linköpig. Eerder al kondigde Ericsson aan dat negenhonderd banen in de laatste vestiging verdwijnen, omdat het bedrijf stopt met de productie van mobiele telefoons. Flextronic neemt deze activiteit over.
De jongste afslanking is gericht op het uitdunnen van het consultant-bestand. Dit moet de onderneming vanaf volgend jaar op jaarbasis een besparing van twee miljard dollar opleveren. Naast de herstructurering zoekt Ericsson kopers voor zijn twee fabrieken in het Britse Carlton en Scunthorpe. De producent wil deze vestigingen, waar in totaal 1200 mensen werken, in het derde kwartaal van dit jaar verkocht hebben.
Ook Nokia, dat in eerste instantie aangaf dat de malaise in de telecomsector aan zijn deur voorbij ging, heeft aangekondigd banen te schrappen. Slechte resultaten van zijn bedrijfsonderdeel voor breedband-technologie in met name de Verenigde Staten dwingen de onderneming tot actie. Bij deze reorganisatie komen tussen de driehonderd en vierhonderd banen op de tocht te staan.
Bij het Amerikaanse Motorola zijn tot nu toe de meeste ontslagen gevallen. De laatste ontslagronde betreft vierduizend banen in de drie divisies voor communicatienetwerken. Een week eerder had de fabrikant van telecommunicatieapparatuur aangekondigd zevenduizend werknemers, werkzaam bij zijn tak voor mobiele telefoons, te zullen ontslaan. Sinds december heeft de onderneming in totaal 22 duizend werknemers op straat gezet. Dat is 15 procent van het totale personeelsbestand.