De vakbond FNV vreest een toename van rsi-klachten door het gebruik van laptopcomputers. Tien van de 120 rsi-procedures bij het vakbondsbureau voor beroepsziekten zijn het gevolg van het werken met een draagbare computer. De bond weet niet hoeveel de laptop gebruikt wordt en begint daarom een onderzoek.
De vakbond krijgt steeds meer signalen dat het werken met een laptop extra rsi-klachten veroorzaakt. Volgens de FNV gebruiken werknemers de draagbare computer zonder ergonomische aanpassingen. De toetsen van laptops zitten te dicht bij elkaar, stelt de bond. Verder is het beeldscherm niet in hoogte verplaatsbaar. Voorlichting over hoe de laptop te gebruiken met minder rsi-risico ontbreekt veelal.
"Ik zie steeds vaker mensen in een ongelukkige houding achter een laptop zitten", zegt bestuurder Mariska Stuivenberg. Ze meent dat het probleem gebagatelliseerd wordt, en wil met de enquête op de website van de vakbond in kaart brengen hoe werknemers hun laptop gebruiken. "Wetenschappelijk is deze aanpak niet, maar je krijgt er zo wel aandacht voor." De vragenlijst is nog drie weken lang in te vullen. Over zes weken wil de bond de resultaten openbaren.
Australië
Niet alleen de FNV maakt zich ongerust over het toenemen van het aantal rsi-klachten. De laatste dag van februari was het voor de tweede maal internationale rsi-dag. Twaalf landen, waaronder Nederland, de Verenigde Staten en China, willen op deze dag werkgevers en werknemers bewust maken van de gevaren van de beroepsziekte. Dit jaar werd speciale aandacht gevraagd voor de basisschool; het gevaar van rsi ligt voor kinderen op de loer, zo stelt de Nederlandse rsi-patiëntenvereniging. "Kinderen van nu groeien op met computers, terwijl hun spieren en botten zich nog ontwikkelen." De eerste kinderen met rsi-aandoeningen zijn volgens deze belangenvereniging gesignaleerd in Australië. Scholieren werken daar al jaren met computers.
Of er in Nederland kinderen zijn met rsi is de vereniging niet bekend. Dat is geen reden om te wachten met maatregelen, vindt de vereniging. Ze wijst daarom op twee lespakketten die rsi bij kinderen helpen te voorkomen: ‘Muisje Max wil geen muisarm’ van ergotherapeuten Dorrit Jansen en Janneke van Druten, en ‘De klas beweegt’ van fysiotherapeut, Elise Sijthoff.
Vragenlijst
Het onderzoeksinstituut TNO publiceerde begin maart een standaard vragenlijst over rug- en rsi-klachten. De kosteloos ter beschikking gestelde checklist moet bedrijfsartsen, bedrijfsfysiotherapeuten, arbeidshygiënisten en ergonomen in staat stellen snel vast te stellen wat voor medewerkers van een bedrijf de risico’s zijn klachten te krijgen aan hun ‘bewegingsapparaat’.
De vragenlijst (de verkorte versie telt negen pagina’s met vragen, de uitgebreide versie negentien) is het resultaat van promotieonderzoek van TNO-onderzoeker Vincent Hildebrandt. Via het invullen van de vragen worden alle lichamelijk en psychisch belastende werkomstandigheden in kaart gebracht, aldus TNO. Zo moeten opsporing en aanpak van de belangrijkste risico’s eenvoudiger worden.
Schattingen
De schattingen van het aantal rsi-patiënten lopen uiteen. Het Centraal Bureau voor de Statistiek meldde in 1999 dat één op de vijf leden van de beroepsbevolking rsi-klachten had. Een speciale commissie van de gezondheidsraad schat dat 11 procent van de beroepsbevolking rsi-klachten heeft in nek en schouders, en 5 procent in elleboog, pols of hand.
Eind vorig jaar meldt het Europese Netwerk voor Veiligheid en Gezondheid op het Werk dat in Nederland 46 procent van alle ziekteverzuim te maken heeft met klachten aan het skelet, spieren en zenuwstelsel, waaronder rsi. De totale kosten van al deze klachten bedraagt 2,019 miljard gulden. De kosten zouden volgens dit EU-instituut in Duitsland 24 miljard mark bedragen, en in het Verenigd Koninkrijk 32- tot 104 miljoen pond.