Ondanks de aanhoudende stroom winstwaarschuwingen, lukte het de Amerikaanse technologiebeurs Nasdaq toch in de plus te eindigen.
De Nasdaq Composite Index sloot 1,2 procent hoger op 2142,92 punten. De Nasdaq werd dit keer, behalve door een flinke sneeuwstorm, wederom geteisterd door een nieuwe reeks winstwaarschuwingen. Maar het begint erop te lijken alsof beleggers een beetje immuun raken voor het slechte bedrijfsnieuws. Dat was zeker het geval in de halfgeleidersector, waar een reeks van kleinere chipbakkers, waaronder Vitesse Semiconductor, waarschuwde voor lagere toekomstige omzetten. Desalniettemin stegen de koersen op basis van onder andere cijfers over een afname van de chipvoorraden. Van dit vleugje goed nieuws wisten ook de grotere spelers in de chipsector te profiteren. Zo steeg chipgigant Intel met 3,6 procent naar 29,3 dollar en won Applied Materials 5 procent op 47,5 dollar. Over de gehele linie steeg de Philadelphia semiconductor index met 5,2 procent.
De computer- en netwerksector liftte dankbaar mee op de halfgeleiderrally. Zo steeg PC-leverancier Dell met 6 procent naar 23,4 dollar en won Cisco ruim 4 procent op 23,07 dollar. Ook branchegenoot JDS Uniphase won bijna 2 dollar op 28,3 dollar. In de softwaresector wist Microsoft een terreinwinst te boeken van 1,32 procent op 57,4 dollar. In de internetsector koersten de meeste fondsen in mineur, maar internet-boekverkoper Amazon vormde een positieve uitzondering. Vorige week moest Amazon nog flinke verliezen incasseren, maar dit keer kreeg het aandeel een opkikker van maar liefst 26 procent op 12,63 dollar, nadat bekend was geworden dat Amazon gesprekken voert met de winkelketen Wal-Mart over een eventuele samenwerking.
Hoewel de Nasdaq dit keer positief wist af te sluiten, is de kou volgens analisten nog lang niet uit de lucht. Het probleem is dat het gros van de bedrijven niet alleen over het huidige, eerste kwartaal tegenvallende cijfers verwacht, maar dat het ook stuk voor stuk aangeeft niet te weten wanneer het beter zal gaan.