Icann (Internet Corporation for Assigned Names and Numbers), nu nog een non-gouvernementele non-profit organisatie krijgt de komende jaren een andere structuur.
Na gisteren twee uur onder vuur gelegen te hebben tijdens een hoorzitting van de congrescommissie voor telecommunicatie en consumentenbescherming (een sub-commissie van de congrescommissie voor Energie en Handel), gaf zelfs bestuursvoorzitter Vint Cerf van Icann toe dat de organisatie en de processen (voor het toewijzen van nieuwetop level-domeinnamen) nogal wat gebreken vertonen.
De hoorzitting zou aanvankelijk gaan over de vraag of eind vorig jaar het toewijzen van nieuwetop level-domeinnamen (TLD’s), waaronder .biz, .name, .pro en .info, wel eerlijk is verlopen. De discussie ontsteeg dat praktische probleem al snel en kwam uiteindelijk uit bij het bestaansrecht van Icann. Wat voor organisatie is het eigenlijk? Wat doet Icann? En waar mag de organisatie eigenlijk wel en niet over beslissen? Niemand weet het, want tot vorig jaar had niemand ooit zo’n TLD-toekenning gedaan.
John Dingle, een Democraat uit Michigan en lid van de congrescommissie, wees erop dat Icann vandaag de dag in internet een cruciale rol speelt – domeinnamen bepalen nu eenmaal voor een deel het succes van e-commerce – maar dat niemand weet aan wie Icann verantwoording aflegt. Of waar het zijn keuze voor nieuwe domeinnamen op baseert. Zo werd.iii als TLD afgewezen omdat het niet uit te spreken zou zijn. Het publiek zou graag weten waarom en heeft daar ook recht op, betoogde Michael Froomkin, een professor aan de Universiteit van Miami. En als Icann.kid als TLD uitgeeft, moet het expliciet ook aangeven wat kinderen zijn en wat die wel en niet online mogen bekijken.
Dat zijn politieke beslissingen, aldus Froomkin, en daarom zou Icann moeten handelen volgens de US Administrative Procedures Act, die regelt hoe semi-gouvernementele organisaties het publiek moeten inlichten en voorlichten. Of het zou een KEMA-achtige organisatie moeten worden die standaarden controleert. Froomkin voelt het meeste voor de laatste oplossing.
Vint Cerf kan daar een eind in meegaan. Hij vindt dat het proces van domeinselectie in elk geval simpeler en consequenter moet worden. Als Icann daardoor een ‘saaie’ organisatie wordt die alleen nog technische specificaties toetst, dan moet dat maar, aldus Cerf.