De pensioenfondsen ABP en PGGM hebben gisteren in alle openheid de strijdbijl tegen kabelaar UPC opgenomen. Eerder lekte al uit dat de pensioenfondsen mede achter de acties van het onderzoeksbureau Deminor van Paul Frentrop tegen UPC zaten.
De fondsen spelen het via de stichting Corporate Governance Onderzoek voor Pensioenfondsen (SCGOP), die de onafhankelijkheid van de commissarissen aan de orde wil stellen op de eerstkomende aandeelhoudersvergadering. In een verklaring vraagt de SCGOP zich af of de raad van commissarissen voldoende evenwichtig is samengesteld. Minderheidsaandeelhouders moeten erop kunnen vertrouwen dat de toezichthouders voor hun belangen opkomen en die veilig stellen, aldus de bekendmaking. Vorig jaar is het onderwerp ook al ter sprake gekomen op de aandeelhoudersvergadering, aldus de stichting, maar zonder resultaat.
UPC is voor 51 procent in handen van United Global Com (UGC). De commissarissen van UPC zijn op een na verbonden aan UGC. In het prospectus van UPC bij de beursgang van 1999 staat dat ‘wij door UGC gecontroleerd blijven’ en ‘UGC kan andere belangen hebben dan de overige aandeelhouders’.
Een paar weken geleden kwam Deminor al met hetzelfde commentaar. Het bureau gaf de opdracht terug, omdat een grootaandeelhouder in het bedrijf banden heeft met UPC-concurrent Canal+. SCGOP baseert zich overigens wel op het rapport dat Deminor over UPC geschreven heeft. Logisch, want het ABP en PGGM hadden Deminor ingehuurd.
UPC wil wel aan de kritiek tegemoetkomen, zegt het bedrijf. Nu zijn er vijf commissarissen, dat moeten er zes worden. Drie commissarissen werken bij UGC, een vierde zit in de raad van commissarissen van UGC en is volgens UCP dus onafhankelijk. De vijfde komt van toeleverancier Philips en is ook onafhankelijk, net als de nieuwe zesde commissaris die erbij komt. Die verhouding past in de eigendomsverhoudingen van UPC, dat in meerderheid eigendom is van UGC, aldus UPC.