Steeds meer IT-bedrijven prediken het evangelie van toegewijde opslagservers (nas) en opslagnetwerken (san). Zonder – veel – opslag immers geen grote databanken en doeltreffende datamining voor elektronische handel. Serverleveranciers reppen zich naar de opbloeiende markt voor opslagsystemen. Opslagdirecteur Janpieter Scheerder van Sun Microsystems neemt een opvallend standpunt in: "Je moet je goed realiseren dat je niet de hele markt kunt hebben."
I>Sun is er dus niet op uit de markt te veroveren?
Nee, dat is immers niet mogelijk. We willen wel een heel groot deel van de markt in handen krijgen, maar er zijn altijd meerdere spelers met elk eigen sterke kanten. Je kunt nooit alles bestrijken, je moet je eigen sterke punten vinden en die benutten. Er zijn namelijk bepaalde dingen op bepaalde tijden nodig. Vroeger was hardware het belangrijkste, toen het besturingssysteem, daarna de applicaties en tegenwoordig de daarop gebaseerde diensten aan gebruikers.
Toen Sun het besturingssysteem, zijn Unix-variant Solaris, tot het belangrijkste bestempelde, zag ik daar het nut van in en stapte ik over van Data General naar Sun. Aan de prioriteit van het besturingssysteem werd kort daarna het netwerk toegevoegd. Zonder netwerk heb je immers niks aan servers. De marketingkreet ‘het netwerk is de computer’ is inmiddels waarheid geworden.
Hoe is je overstap van Suns softwaregroep naar de opslagdivisie in z’n werk gegaan?
Ik kende Scott McNealy en Ed Zander al persoonlijk toen zij mij twee jaar terug vroegen: ‘Wat wil je nu?’ En er waren toen twee dingen die mij interesseerden: de explosieve groei van de gadgets of widgets, handige kleine apparaatjes die allemaal een eigen IP-adres krijgen, en opslag en de rol die dat krijgt. Mensen kijken namelijk verkeerd naar opslag; ze zien het nog voornamelijk als een randapparaat van de server, dus letterlijk verbonden aan die machine. Opslag is echter niet gerelateerd aan hardware, maar juist aan software. De applicaties hebben toegang nodig tot opslag, voor invoer én uitvoer.
Dus je mocht van McNealy en Zander kiezen wat je wilde?
Nou nee, hoor. Ze wilden weten wat mij interesseerde, maar hebben mij toen wel toegewezen aan de opslagdivisie. Niet dat ik dat erg vond. Hoewel, de gadgets boeien me nog steeds wel. Gaandeweg is opslag me wel steeds meer gaan interesseren. Een computer is namelijk eigenlijk het geheel van applicaties plus het netwerk plus de data plus de informatie-requesters. Die aanvragers kunnen applicaties, externe toepassingen of concrete gebruikers zijn. Hoe dan ook, de gevraagde informatie moet toegankelijk zijn en bezorgd worden. Opslag vormt de spil van dat alles.
Is de hele hype rond opslagnetwerken en netwerkopslag niet het herverpakken van verkooppraat?
Nee. Je ziet namelijk wel degelijk een verschuiving in de opslagmarkt: van de traditionele leveranciers met een gecentraliseerde opvatting van opslag, zoals Univac, IBM en EMC, naar de nieuwe leveranciers, zoals HDS (Hitachi Data Systems), Highground en Network Appliance. Data, de basis voor elektronische handel, verschuift dan ook steeds meer naar de rand van het netwerk. Als klant van een e-bedrijf wil ik niet wachten totdat mijn verzoek om bijvoorbeeld prijsinformatie is verwerkt door hun centrale server. Je weet wat er gebeurt als iets te lang duurt op internet; dan ga je naar een andere online-winkel. Dus spiegelen online-verkopers hun data op meerdere, verspreide systemen. Opslag is niet langer server-gecentreerd, waardoor het beheer van data meer verbonden is met de applicatie en het gebruik, ofwel de gebruiker.
Dat klinkt nogal theoretisch, wat gebeurt er concreet op dit vlak?
Sun heeft dat laatstgenoemde element net gekocht met de overname van Highground. Die fabrikant van taakspecifieke servers vormt voor ons de vijfde laag van het hele opslagspectrum. Allereerst heb je dingen nodig die gegevens kunnen opslaan. Dat hebben wij, maar daarvoor kun je ook naar andere leveranciers, zoals EMC. Als tweede heb je apparatuur nodig die de opslag verbindt met de buitenwereld, denk aan Ethernet en netwerkschakelaars. Ook op dat vlak is Sun actief en continu aan het verbeteren. Als derde element is er het beheer van de onderliggende twee componenten. Die functionaliteit hebben wij natuurlijk gebaseerd op Java (de beheertechnologie Jiro – red.), en dat is reeds verwerkt in het besturingssysteem, Solaris. Als vierde component is er de software die de informatie ‘ontdekt’, uitzoekt en doorgeeft. Dat doen we momenteel al enigszins met technologie van Veritas, maar onze volgende grote aankondiging zal op dit vlak zijn. Het vijfde element is de taakspecifieke opslagserver, zoals ontworpen en geproduceerd door Highground. Het belangrijkste is echter dat dit alles niet zichtbaar moet zijn voor de gebruiker; die moet gewoon een directe verbinding hebben met de data.
Dit complexe beeld omvat ook de traditionele opslagleveranciers én de netwerkleveranciers, zoals telecombedrijven?
Klopt, veel verschillende soorten IT-bedrijven begeven zich op dit terrein. Elk probeert vanuit een eigen startpositie of markt uit te breiden om dit spectrum te omvatten. Het gaat echter om de uitvoering! Ik denk dat Sun daarmee voorop loopt. Mijn beste antwoord op onze gevarieerde concurrenten is Java. Daarmee bestrijken we al een groot deel van die vijf lagen en dat maakt open opslag mogelijk.
Er is helaas veel verwarring over wat de veelgebruikte term ‘open opslag’ eigenlijk betekent. Het gaat om het verbinden van verschillende server- en opslagplatformen. IBM en diens softwaredochter Tivoli doen wel alsof ze open zijn, maar ze zijn net zoals EMC; open op hun voorwaarden en met hun platformen. Dit in tegenstelling tot de beheersoftware Openview van Hewlett-Packard. De markt zal de dwarsliggers wel tot andere gedachten brengen. Klanten willen nou eenmaal keuze. Denk je dat ik het leuk vind om connectiviteit te bieden met Windows NT-servers en EMC-opslagsystemen? Bovendien zijn er ook technologische redenen om aan open opslag te doen. Denk aan fouttolerantie; dat verbetert de kwaliteit van de dienstverlening. De telecombedrijven weten dit al jaren; spreid je infrastructuur en verminder je risico’s.
Opslagmensen zien zichzelf echter nog steeds als ‘disk-guys’. Terwijl dat alleen maar de onderste laag is van het hele opslagspectrum! Vergelijk het eens met de vliegtuigindustrie: het doel is niet dat de motoren draaien, maar dat het hele toestel vliegt. Computerleveranciers zien dan ook dat de grenzen tussen hardware, besturingssysteem, applicatie, netwerk en gebruikers vervagen.
Janpieter Scheerder is sinds twee jaar uitvoerend vice-president opslagproducten bij Sun Microsystems en in die hoedanigheid verantwoordelijk voor de opslagstrategie en -producten van die serverleverancier. In totaal werkt Scheerder nu tien jaar voor Sun, onder meer als president van de softwaregroep, die ook Unix-variant Solaris omvat, en algemeen directeur van de divisie voor netwerkservers en informatieproducten. Voordat de Nederlander in dienst trad bij Sun werkte hij reeds vijftien jaar voor opslag- en serverleverancier Data General. "Daar werkte ik eerst als verkoper, daarna als ingenieur en later als vice-president van de Aviion System Engineering-groep. Een beetje een vreemde volgorde; eigenlijk andersom." Als techneut ontwierp Scheerder onder meer de Aviion-servers van DG, tegenwoordig een divisie van opslagreus EMC.