De enorme voorsprong van Amerika in de financiering van jonge technologiebedrijven is een van de redenen waarom het land, en dan met name de kleine regio Silicon Valley, voorop loopt bij het ontwikkelen en commercialiseren van nieuwe technologie. Uit de kleintjes ontstaan de grote: Intel, Sun, Cisco, enzovoort, zijn alle met ‘venture capital’ of durfkapitaal begonnen.
Volgens PricewaterhouseCoopers schommelden de jaarlijkse ‘durf’-investeringen in Amerika van 1985 tot 1995 rond de drie miljard dollar. Twee jaar geleden was dat 14 miljard, vorig jaar 36 miljard en de eerste negen maanden van dit jaar liefst 55 miljard dollar. Dit zijn geen exacte cijfers; een andere marktonderzoeker op het gebied van durfkapitaal houdt het op respectievelijk 22 , 60 en 80 miljard dollar. In ieder geval is duidelijk dat dit segment in Amerika de afgelopen jaren onstuimig gegroeid is. Hoewel durfkapitaal voor jonge Internet- en technologie bedrijven in Europa ook is toegenomen, ligt het totaal véél lager. Weliswaar publiceert de Europese Associatie EVCA indrukwekkende getallen, maar die hebben betrekking op het totaal aan ‘private equity’, dat wil zeggen vooral ‘buyouts’. Bovendien gaat in Amerika bijna 100 procent van het durfkapitaal naar Internet- en technologiestarters, in Europa veel minder. De Europese dynamiek en financiering van innovatie blijven achter.
Waar komt die explosieve groei in Amerika vandaan? De afgelopen jaren kwamen elkaar versterkende verschijnselen samen, namelijk: een golf van hightech- en Internet-ideeën, ongekend veel durfkapitaal, en financiële markten die zeer welwillend nieuwe bedrijven bij hun beursintroductie omarmden. Vooral de invloed van het Internet, dat volgens de heersende opvatting in Silicon Valley vrijwel alles verandert en dus ook dit segment in de business, is enorm. In Amerika zijn deze investeringen in Internet-gerelateerde bedrijven gegroeid van 180 miljoen dollar in 1995 (3 procent van het durfkapitaal) naar 20 miljard in 1999 (56 procent van het durfkapitaal). Deze overdadige financiering heeft de supersnelle ontwikkeling van de ‘internet industrie’ mogelijk gemaakt en heeft zeker bijgedragen aan de opleving van het gebied Silicon Valley, dat door problemen in de halfgeleiderindustrie begin jaren negentig in een recessie zat.
De afgelopen vier, vijf jaar leefde in de Vallei het gevoel dat investeren in startups minder riskant was dan aan de kant blijven staan. John Doerr, die net als andere bekende durfkapitalisten regelmatig presentaties geeft op de Universiteit van Stanford, peperde het zijn gehoor keer op keer in: "Dit is de allerbeste tijd om ondernemer te zijn en een bedrijf te starten". En om VC’er te zijn! Alles leek te werken. De strategie ter maximalisering van de vermogensgroei van een durfkapitaal-fonds was dan ook om zo snel en zo veel mogelijk ‘deals’ te sluiten. Er zijn in de Vallei verhalen te over van investeringen van zeg 10 miljoen die binnen twee jaar 300 miljoen opleverden. In sommige opzichten heeft de Nasdaq als een super ‘durf’-fonds gefunctioneerd. Vele, naïeve en gretige investeerders kochten aandelen van verlieslijdende, jonge bedrijven in de speculatieve hoop op een vette koerswinst.
Er zijn veel overbodige, bijna identieke bedrijven gefinancierd. Al vorig jaar gaven durfkapitalisten in de Vallei toe, dat er teveel kuddegedrag werd vertoond, maar … niet door hun firma. Ervaren durfkapitaalverstrekkers proberen inmiddels weer te achterhalen of ze te maken hebben met starters die echt wat te bieden hebben en die kunnen uitgroeien tot leider in een marktsegment met potentie. De afgelopen jaren was er soms sprake van alleen maar een product, vermomd als bedrijf, of – nog erger – er was slechts sprake van een ‘feature‘ of ‘functionaliteit’ van een product. Er wordt toegegeven dat in de afgelopen jaren weliswaar heel veel rijkdom (‘wealth’) is gecreëerd, maar minder waarde (‘value’).
Ondertussen kwam het afgelopen, derde kwartaal het durfkapitaal weer met bakken uit de lucht vallen: 18 miljard dollar, waarvan zoals gewoonlijk meer dan eenderde (!) in Silicon Valley en nabije omstreken. Dit jaar is er van januari tot en met september 20 miljard dollar in technologie-starters en -doorgroeiers in het gebied rondom de baai van San Francisco gepompt. Opnieuw een record.
Is die enorme toename in dit soort investeringen in Amerika niet merkwaardig gezien het inzakken van de beurs? Nee, durfkapitalisten hebben de beschikking over enorme fondsen. De onvoorstelbaar hoge rendementen hebben geleid tot een record aan nieuwe durfkapitaalfondsen. Er zijn inmiddels twintig fondsen van meer dan 1 miljard. En al dat geld moet ‘aan het werk gezet worden’, ook al erkent iedereen dat de waanzinnige rendementen tot het verleden behoren. Het zou niet de eerste keer zijn dat het ‘venture capital’ naijlt bij de aandelenkoersen. Eind jaren tachtig leidde de opkomst van de PC-industrie tot mooie rendementen en dus tot goed gevulde, nieuwe durfkapitaalfondsen. De piek lag in 1987. De daling van de koersen en een overvloed aan vrijwel identieke bedrijven bracht het rendement terug tot een magere 4 procent. Fondswerving en investeringen namen af, sommige firma’s gingen over de kop en de cyclus zat in 1991 in een dal. Door de commercialisering van Internet is inmiddels weer erg veel vermogensgroei gerealiseerd en al dat geld is deels weer in nieuwe fondsen gestopt. Aangezien het gemiddelde netto rendement voor dit jaar veel lager uit zal pakken dan de 150 procent (!) van vorig jaar, is het aannemelijk dat de durf-investeringen de komende jaren onder het huidige record zullen blijven. Maar de verwachting is, dat Amerikaanse durfkapitaalverstrekkers ook in de nabije toekomst jaarlijks tientallen miljarden in innovatieve technostarters zullen blijven investeren.
Enerzijds omdat er veel geld op zoek is naar rendement, anderzijds omdat de Internet-revolutie nog lang niet voorbij is. Voor gedreven ondernemers met een overtuigend bedrijfsplan en toegang tot de juiste netwerken is in Silicon Valley de komende jaren nog steeds ruim voldoende ‘lefkapitaal’ voorhanden.