De grote verscheidenheid aan apparatuur voor mobiel toegang tot internet en de geringe opmaakmogelijkheden van WML staan het succes van Wap in de weg.
Op het Wap-congres (wireless application protocol) dat dezer dagen plaatsvindt in Sevilla uitte Richard Jelbert, als cto werkzaam bij het Engelse bedrijf Argo Interactive, ongezouten kritiek op de Wap-industrie. Zijn bedrijf deed onderzoek naar de kwaliteit van websites voor draadloze toestellen. Argo Interactive onderzocht de onderliggende code van 15.000 populaire WML-pagina’s (Wireless Markup Language). Uit het onderzoek bleek dat hooguit 1 procent van dit materiaal goed op te vragen is op een minder gangbare Siemens Wap-telefoon. Met een Nokia-toestel waren er minder problemen. Dit betekent dat een internetter afhankelijk van zijn apparaat en daarmee de gebruikte microbrowser een ander resultaat te zien krijgt.
Ook laakte hij de kwaliteit van Wap-sites. In hooguit 10 procent van de onderzochte pagina’s was enige vorm van interactiviteit mogelijk door het invoeren van simpele tekst. Deze percentages plaatsen op zijn minst vraagtekens bij de vele commerciële claims op personalisatie en interactiviteit van Wap-sites.
WML is een belangrijke factor van het geringe succes dat Wap momenteel geniet. Totdat gebruikers meer diensten aangeboden krijgen dan slecht weergegeven statische tekst, zullen ze er niet voor kiezen om Wap te gebruiken. "De inhoud zegt niet zoveel en heeft niet genoeg te bieden," is Jelberts oordeel over de huidige stand van zaken rond Wap-diensten. De inhoud van sites moet precies afgestemd worden op het apparaat wil de informatie goed op te vragen zijn. Zover zijn de Wap-sites nog lang niet.
Jelbert ziet de toekomst somber in, omdat er steeds meer apparaten komen voor toegang tot mobiele informatie. Ieder apparaat stelt zijn specifieke eisen aan het protocol voor opmaak van de op te vragen informatie. Er zijn al apparaten met verschillende besturingssystemen (Epoc, Palm OS en Windows CE). Ook de communicatieprotocollen (Wap, I-mode, IP-protocol op mobiele telefoon) en de ontvangstprotocollen (GSM, Cdma, Tdma en Dect) zijn divers. Daarnaast zijn er apparaten met een zwart/wit-scherm of apparaten die juist kleur ondersteunen en apparaten die animaties wel of niet aankunnen. Ook in geheugencapaciteit is er geen uniformiteit. Er zijn momenteel 30 verschillende apparaten op de markt beschikbaar die Wap ondersteunen. Apparaten zullen zelfs op verschillende doelgroepen afgestemd worden. Zo richt NTT Docomo zich met zijn I-mode in Japan specifiek op tieners.
Ziet Jelbert helemaal geen lichtpuntjes? Standaardisatie door het Wap-forum zal ervoor zorgen dat verschillen tussen microbrowsers van Openwave Systems (het vroegere Phone.com), Nokia’s Oyj en de browser van Ericsson wegvallen. Dit zal de situatie al aanzienlijk verbeteren. Toch zal de grote verscheidenheid aan apparaten, waaronder telefoons, pda’s en zelfs horloges ertoe leiden dat fabrikanten meer software moeten gebruiken dan Wap op dit moment aankan. "Op termijn zal het opmaakprotocol dat aangeeft hoe informatie op het apparaat weergegeven moet worden aangepast worden," zo voorspelt Jelbert.
XML en vooral het onderdeel XSL (extensible style sheets) binnen deze standaard moeten in de toekomst soelaas bieden voor de diverse apparaten waarmee Internet straks via een draadloze verbinding af te surfen is. Deze stijldefinities zorgen ervoor dat ontwikkelaars veel meer flexibiliteit krijgen bij het opmaken van informatie bestemd voor draadloze apparaten. "Mijn advies is XSL te gebruiken omdat het je mogelijkheden geeft voor het scheiden van apparaat en informatie." Volledige ondersteuning van XML voor Wap of I-mode apparaten gaat nog enkele jaren duren. Ook al lijkt de toekomst gunstig door de komst van dit nieuwe protocol; er zullen altijd oude apparaten in gebruik blijven die de nieuwe standaard niet aankunnen.