Werken is ‘fun’, de mobiele telefoon is een secundaire arbeidsvoorwaarde geworden en op je werk mag je na de lunchpauze toch zeker wel even rondkijken op de website van David Bowie als dat je favoriete artiest is? Heb je niet eergisteren nog tot zes uur op kantoor gezeten om een klant te helpen? Voor wat hoort wat. De afgelopen maanden is het aantal werknemers dat via de baas het Internet op kan, weer met tienduizenden gegroeid. Auke Schouwstra ziet het om zich heen gebeuren: aandelen kopen, vakantiebestemmingen uitzoeken, boeken bestellen – en het kan allemaal op de zaak. Internet voegt een nieuwe dimensie toe aan de altijd al spanningsvolle verhouding tussen werk en privé. "Aangesproken worden op gedrag is niet leuk."
Eind deze maand komt de Registratiekamer met een advies over het onderwerp: wat mag er wel en wat mag er niet bij het binnen de perken houden van het surfgedrag van werknemers. Er komen vragen over binnen, zegt woordvoerder Rudi Schreijnders. En er is onduidelijkheid, want de wetsartikelen over privacy hullen zich in te vage bewoordingen om er wat dit onderwerp betreft beleidsgrenzen uit te kunnen distilleren. Dus werkt de Registratiekamer, die waakt over de privacy van burgers, aan een Advies.
Geheel volgens de wetten van het poldermodel laat de organisatie werknemers en werkgevers meepraten over de inhoud.Een ander feit, om het onderwerp van dit artikel even scherp te stellen. http://www.aex.nl, de website voor particuliere beleggers, krijgt het grootste aantal hits te verwerken in de lunchpauze, tussen twaalf en één uur. Buiten kantoortijden neemt het aantal bezoeken (twintig miljoen per maand) sterk af. Is privé Internetten op kantoor een probleem of is het geen probleem?
Het ministerie van Justitie werd twee jaar geleden al met de neus op de feiten gedrukt: Internet schept nieuwe kansen, maar vraagt ook om aangepast beleid. Een justitie-ambtenaar werd betrapt op het verspreiden van (kinder)porno, afkomstig van Internet.
Het heeft nog tot april van dit jaar geduurd voor een gedragscode op het ministerie van kracht werd. Volgens woordvoerder W. Stevens nam de invoering veel tijd in beslag vanwege de vereiste zorgvuldigheid. Bovendien wilde men de code afstemmen op vergelijkbare initiatieven van andere ministeries.
Stevens: "De geest die de code ademt is die van de eigen verantwoordelijkheid en integriteit. We hebben geen filterprogramma’s geïnstalleerd, er zijn geen beperkingen op de toegang. De mogelijkheid bestanden in te laden vanaf Internet is wel beperkt, maar dat is meer om beveiligingsredenen."
Bijzondere sancties kent de code niet, maar dat komt omdat hij niet meer dan een specificatie is van artikel 50 van het Ambtenarenreglement. Dat artikel bepaalt dat de ambtenaar geacht wordt zijn werk goed te doen en ‘zich te gedragen zoals een goed ambtenaar betaamt’. De gebruikelijke sancties zoals berispingen en eventueel ontslag zijn daarom van toepassing.
Volgens Stevens is het sinds het incident met de ambtenaar in 1998 rustig gebleven. Dat komt misschien ook omdat nog lang niet alle justitie-ambtenaren toegang tot Internet hebben. Het is de bedoeling dat dit binnen afzienbare tijd wel zo is.
Die nieuwkomers stuiten op een code die niet bepaald ruimhartig te noemen is. "Slechts in incidentele gevallen is privé-gebruik toegestaan", aldus de code. "Bij een redelijk vermoeden van bovenmatig privé-gebruik (meer dan incidenteel en buiten werktijd) en/of onrechtmatig gebruik kan het bevoegd gezag het gebruik (inhoudelijk) laten controleren". Het ministerie heeft blijkbaar een lesje geleerd met de collega die kinderporno van het Internet haalde.
Surf-verslaafden
Overmatig Internetten op de zaak kan de productiviteit negatief beïnvloeden. Maar wanneer je thuis niet van het net af kan blijven, kan dat ook gevolgen hebben voor het werk. In Tilburg ontfermt de verslavingszorg zich al enige tijd ook over Internetverslaafden. Hulpverlener Maarten Reddeman heeft er inmiddels een achttiental onder zijn hoede gehad. Geen van hen maakte gebruik van een computer op het werk, volgens Reddeman. "Blijkbaar was de sociale controle zo sterk dat dat niet mogelijk was." Maar omdat een Internetverslaafde niet kan stoppen met surfen, werd op het werk het tekort aan nachtrust wél een probleem.
De Tilburgse verslavingsdeskundige acht het heel goed mogelijk dat er in het groeiende leger aan kantoor-internetters ook potentiële verslaafden zitten. "In de krant lees je af en toe over mensen die ontslagen worden omdat ze zich met porno op het Internet bezighielden. Maar die ben ik nog niet tegengekomen."
Bespreekbaar maken
Ook het ministerie van Verkeer en Waterstaat (V&W) heeft een eigen Internetgedragscode. Niet vanwege een incident, maar ‘om de voordelen van Internet optimaal te kunnen benutten en tegelijkertijd de negatieve aspecten te beperken’. Ir. Arne Otte, senior beleidsadviseur: "Wat we vooral hopen is dat door de code het onderwerp bespreekbaar wordt. Wat is nu acceptabel Internetgedrag, en wat kan echt niet? Alle managers hebben het verzoek gekregen de code eens ter sprake te brengen bij een werkoverleg of iets dergelijks."
De V&W-ambtenaren krijgen veel vrijheid op het Internet, stelt Otte. "Maar dat maakt ze ook verantwoordelijk voor wat ze doen. Het management heeft de verantwoordelijkheid over de toelating tot het net en de controle erover."
In zijn persoonlijke toptien van meest bezochte sites via kantoor staat op nummer 8 een site over bergbeklimmen. Op nummer 10 staat de AEX-site. Vanwege drukte op het werk komt het er de laatste tijd niet van, maar hij bracht de afgelopen maanden ongeveer ‘een kwartier per maand’ door op de klimmers-site. "Het is afhankelijk van hoe druk ik het heb."
Nut niet duidelijk
De code van V&W zegt, met gevoel voor understatement: "Het Internet biedt veel informatie waarvan het nut voor medewerkers van Verkeer en Waterstaat op voorhand niet duidelijk is." Het ministerie ziet dan ook een aantal nadelen aan het gebruik van Internet. Een toelichting op de gedragscode stelt: "Mogelijke nadelige effecten zijn onder andere verminderde arbeids-productiviteit doordat medewerkers Internet moeten ontdekken of zelfs bevangen worden door het ‘surfen’ (…) en beschadiging van het imago van de werkgever. Bij het laatste punt moet bedacht worden dat het bezoeken van ‘sites’ nooit anoniem gebeurt. Beheerders van ‘sites’ kunnen achterhalen dat de bezoeker een V&W-functionaris is."
Maar waar trek je als organisatie nu de streep om te zeggen: alles wat hierbuiten valt, vinden wij ontoelaatbaar? Otte weet daar wel weg mee. "Wanneer je je collega’s niet meer kunt vertellen waar je op Internet mee bezig bent, is er iets mis. Als je in alle openheid alles wat je doet met je baas kan bespreken, is er waarschijnlijk niets aan de hand. Dat gaat dan zowel over de tijd die je aan Internet besteedt als over de sites die je bezoekt."
"Aangesproken worden op gedrag is nooit leuk", meent Otte. Om zicht te houden op wat er precies gaande is wat betreft werknemers en Internet heeft V&W gekozen voor een centraal meldpunt in de persoon van de directeur Voorlichting. Van managers wordt overigens wel verwacht dat zij zelf met een medewerker in gesprek gaan als die vreemde dingen doet met Internet.
Rol werkgever
In een hoog tempo worden Internetaansluitingen over werkend Nederland uitgerold. We kunnen er niet omheen, meent de overgrote meerderheid van de werkgevers. Op een enkele kritische geest na. Dus krijgen hele volksstammen vanaf de werkplek toegang tot het Internet. Roepen de werkgevers daarmee niet het onheil over zich af? Als je, bij wijze van spreken, je medewerker een kamer op de dertigste verdieping aanbiedt met een prachtig uitzicht, kun je hem dan verbieden naar buiten te kijken?
Albert Brouwer, management-consultant bij Pink Roccade-Atribit, is er helder over. "Als werkgever heb je de verplichting om iets te doen op dit gebied. Dat begint bij de vraag wie je toelaat op Internet." Hij was betrokken bij het opstellen van een Internetgedragscode bij twee grote organisaties. Voor een van de bedrijven was het vanaf het begin duidelijk dat er een code moest komen. Voordat de aansluitingen er waren, was de code al klaar. "Een uitzondering", meent Brouwer. Volgens hem voelen veel werkgevers de noodzaak van een code niet zo sterk.
Neem grootverbruiker én Internetleverancier KPN. Het bedrijf begint niet aan een gedragscode. "Het is een zaak tussen de medewerker en zijn of haar manager", zegt woordvoerder Michel Hueber. "Wie toegang nodig heeft, krijgt het. We kijken niet over de schouder van de medewerker mee. Pas als het dagelijks werk eronder gaat lijden is er voor ons een probleem. Maar we staan er niet negatief tegenover als medewerkers het Internet opgaan. Wij zitten natuurlijk zelf in die markt. Dus als ze er veel ervaring mee opdoen is dat alleen maar goed."
De directie van CMG zou dezelfde redenering kunnen toepassen, maar toch komt het bedrijf tot een andere conclusie. "Er kwamen signalen uit de organisatie die aangaven dat er her en der problemen ontstonden met Internet", meldt stafmedewerker Personeelszaken Ellen Bekke. "Er zijn een aantal dingen gebeurd waarvan wij denken: we moeten er iets stringenter in zijn. Duidelijk aangeven wat we wel en niet tolereren. Waar het dan om gaat? Daar kunt u zich wel iets bij voorstellen, denk ik. Er werd soms veel privé geïnternet, en het is ook voorgekomen dat er pornografie bekeken werd. Niet veel, maar het komt voor. Er werken hier zesduizend mensen en ze hebben allemaal toegang tot Internet. Zij vormen een afspiegeling van de maatschappij. Dan moet je gewoon met procedures komen, daar ontkom je niet aan."
Vertrouwen
Begin oktober besloot de Raad van Bestuur van CMG dat er een code moest komen, en liefst zo snel mogelijk. De code moet vooral een mentaliteitsverandering opleveren. "Managers gaan niet bij iemand langs met de code om dan te zeggen: je had je hieraan en daaraan moeten houden, nu krijg je deze sanctie. Zo werkt dat niet binnen CMG. Er wordt gepraat met de mensen om wie het gaat."
Dat neemt niet weg dat de gedragscode wel zal wijzen op mogelijke sancties. Als omstreden Internetgedrag uiteindelijk leidt tot ontslag, is dat misschien voor de werkgever wel vervelender dan voor de werknemer. Arbeid is immers een schaars goed? Bekke: "Misschien wel, maar we hebben liever medewerkers die we op dat gebied kunnen vertrouwen. Dat geldt ook als het om diefstal gaat. Je wilt mensen ook niet ten koste van alles behouden."
Wat mogen de CMG’ers wel en wat mogen ze niet? Af en toe een half uurtje voor jezelf surfen moet kunnen volgens Bekke. "Daar zit het probleem niet." Hoewel: "Een uur wordt al erg veel, vind ik persoonlijk. Maar we leggen die verantwoordelijkheid bij de medewerkers zelf. De code gaat meer over wát men op Internet doet dan dát men het doet. We willen de medewerkers niet gaan controleren. Maar we willen wel een aantal richtlijnen geven die aangeven wat niet getolereerd wordt."
"De code komt neer op goed werknemerschap en goed werkgeverschap. Het komt van twee kanten." Als een werknemer thuis de Playboy leest, mag hij dan op zijn werk de Playboy-site bekijken? Bekke denkt even na, en zegt dan: "Persoonlijk vind ik dat iemand dat maar beter thuis kan doen."
Taboesfeer
Het is opvallend dat bij de meeste incidenten rond privé-gebruik van Internet op het werk porno een rol speelt. Bekke: "Het zal wel met de taboesfeer te maken hebben. Alles wat verboden is, is interessant. Zo werkt het bij kleine kinderen ook." Hulpverlener Reddeman: "Porno is een van de belangrijkere thema’s als het om Internetverslaving gaat. Porno en chatten: dat zijn de zaken waar mensen op stuklopen en waardoor ze in problemen komen."
Zijn ervaring met de verslaafden brengt Reddeman er niet toe vraagtekens te zetten bij de enorme vlucht die het aantal zakelijke aansluitingen maakt. "Voor de meeste gebruikers werkt het vooral positief. Het zijn enkelingen die zich niet kunnen beheersen, en die waren ook wel aan iets anders verslaafd geraakt. De mensen die ik geholpen heb waren niet zozeer aan Internet verslaafd, maar ze hadden problemen met een bepaalde toepassing. Mensen zijn ook niet aan de slijter verslaafd, maar aan de drank. Zo werkt het ook met Internet."
Auke Schouwstra Freelance Medewerker
Betrapt op het werk
Afgetreden
KAAPSTAD, 12 september – Hij wist dat het Internetverkeer van gemeente-ambtenaren in de gaten gehouden werd, maar hij kon er niet afblijven. Burgemeester William Banton van Kaapstad trad af toen bekend werd dat hij vanaf kantoor websites bezocht had waarop seksuele handelingen te zien waren van volwassenen en kinderen. (bron: Smallzine)
Geschorst
LONDEN, 8 oktober – Ook in de keurige Londense zakenwijk the City eisen opspelende hormonen hun tol. De Deutsche Bank schorste verschillende medewerkers omdat ze betrapt waren op het inladen van Internet-porno op hun kantoorcomputer. (bron: The Register)
Berispt
TACOMA, 17 oktober – Zelfs in je auto kun je niet ongestoord mobiel Internetten. Een agent uit de staat Washington heeft een berisping gekregen omdat hij in zijn dienstwagen pornosites bekeek via zijn laptop. De agent had tot de ontdekking een smetteloos blazoen, maar kan in de toekomst promotie wel vergeten, aldus een politiewoordvoerder. (bron: ANP)
Weggegooid geld?
Werknemers die voor zichzelf het Internet op gaan kunnen een bedrijf veel geld kosten. Stafmedewerker Ellen Bekke van CMG lacht even voordat ze antwoord geeft op de vraag welke site zij voor het laatst bezocht die niets met haar werk te maken had. "Startpagina.nl. Om ergens een hotel op te zoeken. Ik denk dat ik per week ongeveer een half uur privé-dingen doe op Internet. Ik vind dat ik het wel binnen de perken houd."
Maar als elk van de ongeveer 6000 werknemers van CMG-Nederland er zo zover denkt, levert dit het bedrijf op basis van 45 werkweken en een gemiddeld bruto uurloon van 100 gulden al een kostenpost op van meer dan 13 miljoen gulden. Bij FNV-Bondgenoten draait beleidsmedewerker Saskia Lieon die redenering echter snel om: "Bedenk dat veel mensen meer dan de overeengekomen uren werken. En bovendien worden mensen tegenwoordig toch meestal op prestatie beoordeeld, en niet op hun tijdsbesteding."
De FNV ontwikkelde zelf een modelcode (te vinden op http://www.ict.fnv.nl) die pleit voor de mogelijkheid van privé Internetten op het werk, ‘mits dit het werk niet verstoort’. Een nobel streven, maar toch schept het onderzoek dat het Duitse bureau ‘Agentur Denkfabrik’ deze zomer publiceerde, twijfels bij de haalbaarheid ervan.
In opdracht van het Duitse softwarebedrijf Sterling Commerce peilde het bureau het Internetgedrag bij ruim duizend ondernemingen. Gemiddeld zit een werknemer 3,2 uur per week op het net zonder dat dit voor het werk nodig is, constateerde het bureau. Op basis van een gemiddeld uurloon van 49 mark kwamen de onderzoekers op een schadepost voor het Duitse bedrijfsleven van maar liefst 104 miljard mark. Een Nederlandse variant van het onderzoek zou managers wel eens een stuk terughoudender kunnen maken in het verschaffen van een Internetaansluiting op de werkplek.