AMSTERDAM – Overal, altijd. Nou ja: bijna overal en vrijwel altijd, maar wacht nou nog een jaartje, en neem dan je laptop mee naar Schiphol, de hogeschool of hotel of de RAI.
Die sfeer lijkt te heersen op het gebied van wireless LAN, oftwel W-LAN. Lijkt, want op de Internet in Business werd duidelijk dat het niet uit modieusheid is dat bedrijven als Sun en Intel nu ook net als Cisco draadloze, zeer lokale verbindingen leveren, terwijl ook SAP zich wijdt aan mobiele gebruikers, net als Lotus. Een van de eerste aanbieders van een compleet product dat op de IIB gepresenteerd werd is echter de kleinere Symbol uit de VS samen met de Zweedse telecom Telia.
W-LAN is cruciaal voor internet. Het is een product dat de toegang enorm vergroot, en daarmee een van de hoekstenen van e-handel. Naar verwachting van Randy Vincelette van Telia, productmanager van Symbol-Telia’s nieuwe complete oplossing Homerun, zal uit de hoek van professionele internet-gebruikers en dienstverleners, toegang en inhoudaanbieders heel snel de nodige belangstelling komen.
De opzet is simpel, legt Vincelette uit: zendstations op hotpoints, zoals dat in het grijze verleden met de eerste mobiele telefoons van de PTT, de Kermit, gebeurde: je moet in de buurt zijn om het te ontvangen, dus in het gebouw, op de campus, op het bedrijfsterrein. Losse kaarten voor laptops of PC’s, en de prijs begint snel te dalen nu organisaties letterlijk honderden kaarten tegelijkertijd afnemen.
Maar het is nu nog een beetje kip en ei: komt het W-LAN er eerst, of de vraag ernaar. Al zei Intel op de beurs al diep in gesprek te zijn met onderwijsinstellingen, waarvan er één 5000 kaarten heeft besteld.
De eerste school in Nederland is waarschijnlijk de HEAO-Arnhem, die volgend schooljaar start met de installatie van een W-LAN met 50 zenderstjes en 800 kaarten. De school maakt deel uit van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en deze instelling overweegt uitbreiding naar zijn andere panden – de grootste opdracht tot nu toe in de Nederlandse onderwijswereld. Hoofdaannemer is KPN Cablecom met Cisco-apparatuur, en het contract met een waarde van 400.000 gulden is afgelopen woensdag op de vakbeurs Mobile & Wireless afgesloten.
Symbol en Telia hebben de hard- en software samengevoegd tot een compleet product onder de naam Homerun. Elke zender hangt aan zijn eigen server, en die is weer aan het net gekoppeld. Ideaal voor snelgroeiende bedrijven, voor stations, voor luchthavens, hotels, universiteiten. Kortom overal waar veel mensen kortere tijd blijven en toch zonder veel moeite op het net willen zitten. Afrekenen kan per tijd en bit. De hotelgast kan bij het inchecken aan de balie meteen een kaart krijgen, of via zijn eigen kaart inloggen zonder kabels en verloopstekkers. De hotelgast krijgt altijd eerst het inlogscherm van het hotel – een ideal plek voor marketeers.
Op het oog lijkt het om bandbreedte te gaan, want W-LANs kunnen enorm veel aan: via een simpele netwerkkaart met radiootje is 11 Mbps mogelijk. Dit moet voorlopig genoeg zijn voor elke denkbare vorm van beweging en geluid. Maar de voordelen zijn veel concreter.
– Iedere organisatie die op dit moment een forse uitbreiding van zijn LAN overweegt, en opziet tegen de kosten en moeite van bekabeling, kan zelf uitrekenen hoeveel de besparing zal zijn bij 500 gulden per kaart en 1200 gulden per station.
– De capaciteit van het netwerk is razendsnel aan te passen: een nieuw station met server kan binnen een uur in de lucht zijn, en weer vijfhonderd hotelgasten of congresgangers bedienen.
– Het netwerk is beter te managen, en niet meer afhankelijk van één enkele server: bovendien zijn de pc’s die als servers dienen makkelijk vervangbaar.
– De W-LANs geven de mogelijkheid om ook grote, snelle toepassingen te draaien, video, videoconferencing of asp voor zware pakketten. De Spectrum24-card van Symbol doet 11 Mbps, momenteel de ’going rate’ voor dit soort aansluitingen. Een beveiliging van 128-bit is geen probleem.
De IIB leverde de beste case die Homerun zich kon wensen. Standhouders klaagden over het gebrek aan snelheid en capaciteit van het netwerk, dat zich wel eens even verslikte in de veertig procent meer standhouders, vergeleken met vorig jaar. De RAI heeft ervoor gezorgd dat de capaciteit uitgebreid werd, en heeft het beheer van het netwerk in handen van derden gegeven. Deze kabelaars hebben hun best gedaan, maar het blijft kabel. Een oplossing is het W-LAN dat eerder dit jaar ook al binnen de muren van het gebouw opereerde toen de eigenaren van het web, het W3C, in Amsterdam congeresseerde. Per dag had de capaciteit uitggebreid kunnen worden met een draadloos netwerk, nu is het wachten tot volgend jaar, en hopen dat de kabelaars het niet winnen van hun draadloze tegenvoeters. ’Maar de kabel moet ook zijn geld opbrengen’, zei een van de orgainsatoren.
Draadloze lokale netwerken kunnen ook van enorm belang zijn voor de derde wereld, zei Vincelette. Hij is in India geweest, waar grote belangstelling bestaat voor deze oplossing: niet omdat er op sommige plaatsen niet nog meer kabels kunnen komen, maar omdat er op sommige plaatsen nimmer kabels zullen komen. Symbol en Telia zullen snel gezelschap krijgen.
Arthur Graaff