IT- en telecombedrijven die bancaire diensten aanbieden kunnen rekenen op de warme belangstelling van De Nederlandsche Bank. President dr Nout Wellink constateert dat deze bedrijven – al dan niet in samenwerking met gevestigde banken – zorgen voor een groei van het aantal online-cliënten.
Wie drie jaar geleden aan de directie van de Amerikaanse bank Citycorp vroeg naar de naam van de grootste concurrent kreeg steevast als antwoord: Microsoft. De soep werd echter niet zo heet gegeten. Veel online-banken van het eerste uur zijn inmiddels een zachte dood gestorven of hebben zich aangesloten bij een traditionele bank omdat naamsbekendheid ook op het Internet van groot belang is.
Datamonitor dicht het elektronisch bankieren via Internet een grote vlucht toe. Het onderzoeksbureau voorspelt dat in 2004 niet minder dan 21 miljoen Europeanen hun bankzaken via dit medium afhandelen. In 1999 waren dit er bijna 4,5 miljoen. De jaarlijkse groei wordt ingeschat op ongeveer 37 procent. Elektronisch bankieren met behulp van een PC zal duidelijk de boventoon voeren, maar volgens Datamonitor komen interactieve televisie en wap ook in zicht. Het bureau heeft becijferd dat in 2004 ruim 6,1 miljoen Europeanen via iTV en 13,9 miljoen via wap elektronisch kunnen bankieren. |
Desondanks is de bancaire wereld in het Internet tijdperk sterk in beweging. Zo constateert ook de president van De Nederlandsche Bank (DNB), dr Nout Wellink. "Technologisch ontwikkelingen hebben de distributiekanalen voor financiële dienstverlening de afgelopen decennia sterk van karakter doen veranderen. Te denken valt aan de geldautomaten, betalen met de pinpas en bankieren via de telefoon. Momenteel is het Internet als nieuw medium sterk in opkomst. Niet alleen via de computer, maar straks wellicht ook op grote schaal via de mobiele telefoon (wap). Hoewel het aantal online-bankcliënten op dit moment nog vrij beperkt is, zal dit binnen een aantal jaren sterk kunnen groeien."
Wellink meent dat het aantal nieuwe, zuiver elektronische banken op dit moment nog een "zeer klein marktaandeel hebben." Ook ziet hij hoe niet-financiële instellingen financiële diensten gaan aanbieden. Hij noemt met name IT- en telecomondernemingen als voorbeeld. Zij beschikken over de technologie die dergelijke diensten via het Internet en de (mobiele) telefoon mogelijk maken. Illustratief hiervoor is het Japanse Sony, dat dit voorjaar samen met de Sakura Bank en JP Morgan een Internetbank heeft opgezet met ruim 400 miljoen euro als startkapitaal. Begin 2001 kunnen de eerste Japaners hier Internetbankieren.
Versterking
DNB ziet in Nederland toe op elke instelling die zich als bank ‘gedraagd’. "Ook indien instellingen hun bankdiensten op elektronische wijze aanbieden." Wellink meent dat de huidige regels en de Europese richtlijn voor elektronisch bankieren die nu wordt gemaakt, volstaan. "De verwachte verdere groei van ‘e-banking’ zal wel aanleiding kunnen zijn voor een versterking van het reguliere toezicht." Hij denkt daarbij aan het nauwgezet controleren bij het uitbesteden van bankactiviteiten aan derden en het verscherpen van het toezicht op de wijze waarop gegevens van klanten worden beschermd.