De mainframemarkt maakt ondanks een toenemende vraag naar zware servers moeilijke tijden door. Mainframe-pionier Amdahl ziet zich genoodzaakt de productie van nieuwe IBM-plug-compatibele machines te staken.
Dit is een moeilijke stap, zeker gezien het feit dat we al dertig jaar ervaring hebben met mainframes, maar het is nodig", aldus Amdahls kersverse president Yasushi Tajiri. Hij trad deze maand aan als president en uitvoerend directeur (ceo) nadat topman David Wright zijn loopbaan bij Amdahl na veertien jaar beëindigde.
Volgens de nieuwe president leveren de mainframe-activiteiten van de Fujitsu-dochter slechts 20 procent op van de 1,5 miljard dollar omzet die de divisie vorig jaar boekte. Ongeveer 70 procent van de omzet komt voort uit dienstverlening en software, terwijl de resterende 10 procent afkomstig is van de verkoop van opslagsystemen.
Tajiri wil echter niet onthullen of zijn bedrijf met winst draait. Die cijfers zijn verrekend in de totale balans van de moedermaatschappij. Amdahl is al geruime tijd bezig met zijn overgang van systeemleverancier naar dienstverlener. De meeste andere mainframefabrikanten – waaronder Hitachi, Unisys en IBM – maken eenzelfde omslag.
Internet
Vorig jaar lieten mainframefabrikanten nog optimistische geluiden horen over de perspectieven voor dat krachtige type computer. De groei van Internet en de toename aan data-opslag en analyse zouden de vraag naar mainframes opstuwen naar nieuwe hoogten.
Leveranciers doen er dan ook alles aan om hun machines aan te prijzen als zware servers. Het ‘antieke’ woord mainframe wordt grotendeels gemeden. Nu lijkt toch de klad te komen in de mainframemarkt. Het gebruik van die machines is nog zeker valide, maar de winstmarges van de leveranciers krimpen. Analisten schatten dat marktleider IBM afgelopen kwartaal een bruto marge van slechts 11,8 procent behaalde op de verkoop van zijn zware hardware.
Hitachi, leverancier van mainframeklonen, liet in maart dit jaar al weten te stoppen met het zelfstandig ontwikkelen van IBM-compatibele mainframes en de daarin gebruikte zware processors. Het Japanse bedrijf kiest ervoor technologie in te kopen van IBM. Die mainframeproducent bedient ongeveer 80 procent van de mainframemarkt die een totale geschatte waarde heeft van 2,5 miljard dollar.
Unix
IBM’s deze maand ingezette overstap naar 64-bit mainframes gaf voor Amdahl de doorslag, aldus president Tajiri. "Dat zou ons aanzienlijk veel tijd en moeite kosten. Klanten geven de voorkeur aan open 64-bit systemen; Unix-servers." Het bedrijf breidt zijn Unix-assortiment uit door voortaan ook de GP7000H-machines van moeder Fujitsu te leveren.
Tot vorige maand verkocht Amdahl Unix-servers van Sun Microsystems, waar het ook integratiediensten voor biedt. De Unix-computers van Fujitsu zijn gebaseerd op de Sparc64-processor, een kloon van Suns Ultrasparc-chip gefabriceerd door Fujitsu-dochter Hal Computer Systems. Deze servers draaien Unix-variant Solaris van Sun en beconcurreren dus de machines van die fabrikant.
Overstap naar 64-bit
Computerproducent IBM voert niet alleen een naamsverandering door voor zijn serverlijnen, maar stapt voor de S/390-mainframes over van het afwijkende 31-bit naar 64-bit. De S/390-reeks draagt voortaan de naam z-serie, waarvan de deze maand gelanceerde z900-server (voorheen G7, codenaam Freeway) het eerste model is. Die machine heeft diverse nieuwe snufjes, waaronder het gebruik van hardware en besturingssysteem (voortaan z-OS geheten) met 64-bit adresseringscapaciteiten. De producent heeft de onderliggende architectuur ontwikkelt als 64-bit uitvloeisel van de oorspronkelijke S/390-hardware. Hierdoor kunnen de nieuwe machines naast nieuwe 64-bit software ook oudere programmatuur draaien, waaronder het huidige OS/390.