Het telefoonverkeer via vaste lijnen wordt in de Europese Unie goedkoper. De vijftien EU-ministers van telecommunicatie hebben daar de basis voor gelegd.
De telecom-ministers – in Nederland minister Netelenbos van Verkeer en Waterstaat – hebben gisteren in Luxemburg vastgelegd dat concurrerende telefoonmaatschappijen voortaan ook toegang krijgen tot de hoofdkabel van de oude monopolisten.
Voor Nederland verandert er niets, omdat hier dit laatste stukje telefoonkabel, de ‘local loop’, is vrijgegeven voor concurrentie. Wel betekent het dat de Nederlandse bedrijven nu overal in Europa de markt op kunnen. Vooral vlak over de grens biedt dit perspectieven. Onder meer België had nog geen regeling getroffen voor de vrije toegang tot dit laatste stukje van de oude staatsnetwerken.
Versatel België en Versapoint zijn al tijden verwikkeld in een bittere strijd met Belgacom. Eind augustus dienden de bedrijven een officiële klacht in bij de Europese Commissie omdat het Belgische telecombedrijf de twee nieuwkomers toegang zou weigeren tot het lokale netwerk. Volgens de twee bedrijven hebben ze al vanaf maart herhaaldelijk aan Belgacom toegang gevraagd tot het laatste stukje koperdraad dat hen tot binnen de huizen en bedrijven brengt. Volgens Versatel misbruikt Belgacom zijn huidige machtspositie. Het bedrijf biedt wel breedbandverbindingen aan via het eigen Turboline, maar die zijn niet zo snel als zou kunnen, en zeker niet zo goedkoop.
Ook Portugal, Griekenland en Luxemburg hadden het laatste deel van het netwerken nog afgesloten voor concurrentie op het gebied van vaste telefonie.
Het Europees Parlement moet overigens nog instemmen met de politieke overeenkomst die de telecomministers bereikt hebben.