Minister Zalm van Financiën staat ondanks zijn oersaaie portefeuille bekend als de grappigste minister uit het kabinet. Vorig jaar had hij de lachers op zijn hand toen hij voor het eerst in de parlementaire geschiedenis de miljoenennota op CD-rom uit een piepklein koffertje toverde.
De afgelopen anderhalf jaar is in de politiek veel gesproken over informatietechnologie. Er lag het rapport Digitale Delta, er was de commissie Risseeuw, Nederland ‘ging digitaal’ en minister president Kok weet inmiddels hoe hij de muis moet hanteren.
Bij het voorlezen van de troonrede gaf Koningin Beatrix afgelopen dinsdag een mooie typering van de gevolgen van snelle opmars van informatietechnologie in de samenleving. "Ouderen leven als het ware in de science fiction film van hun jeugd", zei ze. En zo is het.
Om te voorkomen dat de huidige generatie jongeren leven in de stomme film van de jaren twintig trekt het kabinet extra geld uit om meer computers op scholen te kunnen neerzetten en scholen aan te sluiten op het onderwijsnetwerk Kennisnet.
Voor de ouderen gaat de informatiesamenleving te snel, voor de jongeren te langzaam. Het kabinet lijkt hier oog voor te hebben. De beleidsdocumenten die op Prinsjesdag over het land zijn uitgestort, laten zien dat Paars II serieus werk wil maken van de Nederlandse kenniseconomie. Daarmee is informatietechnologie ook voor het kabinet meer dan een grapje van de minister van Financiën. Zorgelijk blijft echter het tempo waarin het kabinet bouwt aan de fundamenten van de kenniseconomie.