Al klagend bleken de grote telecomaanbieders, met hulp van internationale partners, het ministerie van Verkeer en Waterstaat toch te slim af te zijn. De poging van de Nederlandse overheid om munt te slaan uit de ICT is jammerlijk mislukt. Maar of de gebruikers daarvan uiteindelijk profiteren valt te bezien.
Europa is nog lang geen eenheid. Ondanks alle afspraken die regeringsleiders maken over internationale economische samenwerking, strandt die eensgezindheid wanneer er op eigen houtje veel geld valt te verdienen. De veiling van Umts-frequenties voor mobiele Internettoepassingen is hiervan het meest sprekende voorbeeld. Deze zomer struikelde de Nederlandse overheid over zijn poging ICT-ondernemer te worden.
De discussie die zich nu, onder meer in de Tweede Kamer ontspint, draait om de vraag of de veiling wel goed is ontworpen. Het bedrag van een kleine vierhonderd gulden per inwoner die de veiling in Nederland heeft opgebracht, steekt schril af bij de veertienhonderd gulden per persoon in Engeland, en het recordbedrag van 111,3 miljard gulden in de Duitse veiling, dat per inwoner het Britse bedrag evenaart.
Gederfde inkomsten
De meest simpele redenering luidt, dat het ministerie van Verkeer en Waterstaat voor de belastingbetaler meer geld had kunnen verdienen aan de veiling. Het ministerie lijkt in de persoon van staatssecretaris Monique de Vries niet de meest daadkrachtige en ter zake deskundige bewindspersoon te hebben. De Vries leunt inhoudelijk sterk op haar ambtenaren, bijvoorbeeld bij de Umts-persconferentie. Zij veegden alle kritiek op de veiling stelselmatig van tafel; met de relatief lage opbrengsten als resultaat.
Maar de commotie over gederfde inkomsten verhult een dieper liggend probleem: het gebrek aan eenheid bij de internationale verdeling van frequenties. De verdeeldheid tussen de Europese landen heeft juist de intensieve samenwerking tussen telecomaanbieders gestimuleerd. Nederland, overigens geenszins de belangrijkste markt in Europa, heeft zich daarop verkeken. De samenwerkende telecomaanbieders zijn Monique de Vries te slim afgeweest.
Want de opstelling van de staatssecretaris, én die van de regeringspartijen, was op zijn minst ambivalent. De Vries verklaarde voor de veiling dat het niet de bedoeling was zoveel mogelijk geld te verdienen aan Umts, maar de frequenties zo eerlijk mogelijk te verdelen. Naast de kritiek dat die verdeling van vijf frequenties vooral eerlijk uitpakte voor de vijf bestaande mobiele aanbieders, doet de opstelling van de regeringspartijen voor en na de veiling vermoeden dat er wel degelijk sprake was van een verborgen agenda.
Inventiviteit
Nadat minister Gerrit Zalm in een interview een mogelijke opbrengst van twintig miljard gulden bevestigde, zwengelde PvdA-fractieleider Ad Melkert een discussie aan over besteding van die miljarden. Hij wilde dat geld gebruiken voor de sociale zekerheid, terwijl Zalm volhield dat de opbrengst gebruikt moest worden voor het verlagen van de staatsschuld.
Telecomaanbieders, werkgeversorganisatie RCO en Europees Parlement hoopten dat het geld in de ICT-sector zou worden geïnvesteerd. Bij bekendmaking van de veilingpartijen verklaarde De Vries onomwonden dat daar geen sprake van kon zijn, en dat iedere cent gestoken zou worden in het verlagen van de staatsschuld. In de Tweede Kamer zijn vorige week door PvdA, CDA en VVD vragen gesteld over de ‘extreem lage’ opbrengst van de veiling.
De Nederlandse overheid had echter geen rekening gehouden met de inventiviteit van de telecomaanbieders. Naarmate de veilingdatum dichterbij kwam, trokken steeds meer bedrijven zich uit de procedure terug. Uiteindelijk bleven de vijf bestaande aanbieders, plus nieuwkomer Versatel over. Toen de grote partijen genoeg hadden van dreigende prijsopdrijving door de nieuwkomer, bleek een dreigbrief van Telfort voldoende om Versatel het excuus te verschaffen zich verongelijkt terug te trekken.
De Nederlandse frequenties waren met 5,9 miljard gulden een koopje voor de grote partijen. En door onderlinge samenwerking zouden alle grote aanbieders, inclusief partijen die officieel niet meedongen, toch actief worden in Nederland. Hutchison, dat op het laatste moment uit de veiling stapte, had op dat moment nog een overeenkomst met KPN, evenals NTT Docomo. France Telecom zit in Dutchtone, Telfort is onderdeel van British Telecom, en Deutsche Telekom is partner van Ben. Versatel was zonder kapitaalkrachtige partner kansloos tegen de Europese telecomgiganten.
Staatsschuld
De gang van zaken laat een nare smaak achter voor zowel de gebruikers als de middelgrote telecomaanbieders. De gebruikers profiteren waarschijnlijk niet van de lage veilingopbrengsten. De torenhoge prijzen die elders in Europa betaald worden voor licenties, zullen zijn weerslag hebben op de prijzen in Nederland. Zo heeft KPN een nieuwe aandelenemissie moeten aankondigen om met dochter E-Plus mee te kunnen dingen in de Duitse veiling.
Het telecomavontuur heeft ook de Nederlandse overheid niet veel opgeleverd. Het heeft niet geleid tot substantiële verlaging van de staatsschuld, en telecomgebruikers zijn er nauwelijks mee geholpen. Alleen de bestaande mobiele aanbieders hebben voor een koopje een licentie gekregen. Nieuwkomers zijn effectief geweerd op de Umts-markt, terwijl de grote internationale aanbieders via samenwerkingsverbanden toch actief zijn. Om goed tegenwicht te kunnen bieden tegen die internationaal opererende bedrijven zou Europese samenwerking op regeringsniveau meer uithalen dan commerciële uitstapjes van de overheid.