Microsoft zelf lijkt overtuigd dat zijn .Net-architectuur vooral Java aan kan. Ontwikkelaars zijn minder gecharmeerd van de nieuwe ontwikkelarchitectuur.
Tijdens de Professional Developers’ Conference 2000 presenteerde Microsoft ‘dotnet’. .Net omvat een eenvoudige ontwikkeltaal die andere talen in C# ondersteunt, en een krachtige, eenvormige ontwikkelomgeving in Visual Studio.Net. Volgens belangrijke gebruikers is vooral verdere technische verfijning nodig om .Net voor hen aantrekkelijk te maken. Tijd speelt daarbij een grote rol: Sun had vijf jaar nodig om Java uit te rusten met de gebruiksmogelijkheden die er van verlangd werden. Met name de schaalbaarheid was problematisch. Dit zal volgens waarnemers ook Microsoft nog de nodige kopzorgen bezorgen.
Ook al staat .Net nu al bekend als ‘Java-killer’, de woordvoerders van Microsoft deden er alles aan om Java uit hun presentaties te houden, net zoals Microsofts eigen versie van Java niet in .Net voorkomt. Topman Bill Gates stelt dat bij de ontwikkeling van .Net gebruik is gemaakt van zeventien partners die een taal ontwikkelden. "Daardoor kunnen we de breedst mogelijke ondersteuning geven, en zullen we meer talen steunen dan echt nodig is", aldus Gates. Hij noemde als breedst verspreide ontwikkeltalen Visual Basic, Cobol en C++ – en niet Java.
Microsoft vraagt iedere drie maanden 750 van de 2,5 miljoen Amerikaanse software-ontwikkelaars naar hun ervaringen. Op basis daarvan becijfert het bedrijf het aantal Java-ontwikkelaars op 350 duizend, ‘waarmee Java zelfs buiten de top-10 valt’. De aantallen die Sun opgeeft, zijn volgens Microsoft misleidend, omdat daarin ook downloads meetellen.
De schaalbaarheid van .Net zou vooral te danken zijn aan C# en Visual Studio. Componenten kunnen daarmee bijvoorbeeld tegelijkertijd draaien, wat de kans op langzaam functioneren of storingen verkleint. Ontwikkelaars hebben echter de ervaringen met Windows NT en 2000 in herinnering, waarbij de mogelijkheden voor schaalbaarheid pas na lange tijd verbeterden.
Volgens topman Dean Guida van Protoview.com is Java al geslaagd in oplossing van het ‘schaalbaarheidsprobleem’. "In de Java-omgeving heb je Enterprise Java Beans 2.0 en applicatieservers." Java zal daarmee volgens hem nog meer ontwikkelaars aan zich binden, mede dankzij de voorsprong van Java op het gebied van ‘slanke clients’ en ingebedde toepassingen.
Een andere uitdaging voor Microsoft is volgens ontwikkelaars de beschikbaarheid van componenten en instrumenten geschikt voor .Net. Dat is volledig gebaseerd op Visual Studio, waarvan een bèta-versie op zijn vroegst in de herfst verwacht wordt. De vraag naar .Net-componenten die uit de lancering van Visual Studio naar voren zal komen, moet wel beantwoord worden. Als Microsoft daar niet in slaagt, zouden geïnteresseerden wel eens voorgoed kunnen afhaken.
Ted Konings