De dreiging van een rechtszaak tegen de veiling van Umts-frequenties neemt toe. Die omstreden verdelingswijze van de bandbreedte voor de volgende generatie mobiele telefonie is namelijk mogelijk in strijd met Europese wetgeving. Dit blijkt uit antwoorden van Europees Commissaris Erki Liikanen op vragen van Europarlementariër Wim van Velzen van de CDA.
De telecom-commissaris zegt geen kans te zien op dit moment iets te doen aan de Umts-veiling zoals die is gepleegd in Groot-Brittannië en momenteel loopt in Nederland. Ook Duitsland en Denemarken willen het veilingmodel hanteren voor de verdeling van Umts-frequenties. De betrokken overheden beroepen zich op een uitzonderingsclausule in de Europese wetgeving voor schaarse artikelen.
Toetsing achteraf
Liikanen is van zins achteraf onderzoek te plegen naar onder meer de rechtmatigheid, onafhankelijkheid, open toegang en economische gevolgen van de Umts-veilingen. Hij zegt wel dat het gebruik van veilingprocedures op zich niet in strijd is met de principes van de Europese regelgeving. Van Velzen vreest echter dat toetsing naderhand weinig kan uithalen en dat het zelfs de concurrentieverhoudingen in de zich snel ontwikkelende telecommarkt kan verstoren.
Het Europees parlementslid heeft dan ook vervolgvragen ingediend bij de Europese Commissie (EC). Daarin snijdt hij ook de kwestie aan dat volgens EC-regels de opbrengsten van een veiling alleen kostendekkend mogen zijn. Bovendien mag de Nederlandse overheid – die nota bene grootaandeelhouder is in Umts-mededinger KPN – eigenlijk geen veiling voeren. Die taak is volgens de Europese vergunningenrichtlijn aan de onafhankelijke nationale telecom-toezichtsorganisatie Opta. JB