Universiteiten en ICT-bedrijven moeten meer samenwerken om de positie van Nederland als ICT-land te verbeteren.
Dat vinden ministers Annemarie Jorritsma van Economische Zaken en minister Loek Hermans van Wetenschappen. Zij bepleitten dit op de conferentie "Concurreren met ICT-competenties" in Den Haag.
De bewindslieden bleken niet ontevreden met de zevende plaats die Nederland in de ICT-top inneemt. "We doen het goed. Of, beter gezegd, we doen het niet slecht", zei Jorritsma. Ze maande de twee partijen vervolgens haast te maken met nieuwe samenwerking en niet achterover te leunen. "We moeten absoluut tempo maken."
Het duo zei toe bij de presentatie van de volgende begroting in september voldoende geld te hebben voor initiatieven. Ook zouden ze haast maken met de beoordeling van de plannen. Jorritsma: "Als het niet snel gaat, is het te laat."
Jorritsma is bezorgd dat Nederland concurrentie gaat krijgen van de andere EU-lidstaten, die onlangs in Portugal besloten IT-beleid hoger op de agenda zetten. "De dotcom-top in Lissabon was leuk, maar ook een bedreiging voor Nederland."
Hermans zei het onderwijs aan minder regels te zullen binden. "Misschien is het tijd voor meer parttime hoogleraren." Verder opperde hij dat een universiteit IT-studenten pas toe moet laten als ze een eigen bedrijfje zijn begonnen.
"Ik zie te weinig echte doorbraken," berispte Jorritsma de aanwezige beoefenaars van de wetenschap en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven. "De intensiteit van de contacten tussen wetenschap en bedrijfsleven moet echt hoger.