SGI lanceert vandaag drie nieuwe grafische werkstations die op Linux kunnen draaien. Linux moet een levensvatbaar alternatief vormen voor de Windows NT-machines, die het bedrijf al sinds een jaar uitbrengt.
Het wil met de nieuwe machines de gebruiker de zuinigheid van een op een Intel-chip gebaseerde PC gecombineerd met een ‘open source’ besturingssysteem bieden. Eén van de werkstations, Model 230, is de goedkoopste machine die SGI ooit op de markt heeft gebracht.
De nieuwe machines betekenen een breuk met de ambitie van SGI om met NT-werkstations de bovenkant van de werkstationmarkt te domineren. Dit initiatief mislukte jammerlijk, omdat de NT-machines geen universele interfaces gebruikten, waardoor het moeilijk werd om grafische kaarten te vervangen. Volgens Ujesh Desai, productmanager voor de 32 bits-lijn, heeft SGI wat aan dit probleem gedaan. "We hebben deze systemen een standaard Intel-architectuur gegeven."
Tegelijk met de lancering van de werkstations brengt SGI ook een nieuwe serie AGP V-Pro grafische kaarten uit. De kaarten zijn opgenomen in de nieuwe Linux-werkstations en in machines uit de Unix-lijn van het bedrijf.
De Linux-lijn – met de modellen 230, 330 en 530 – draaien op Pentium III- of Xeon-processoren van Intel met kloksnelheden tot 800 MHz. De werkstations zullen in eerste instantie voorzien zijn van de Red Hat-distributie van Linux en Windows NT, of geleverd worden zonder besturingssysteem. Bedrijven of distributeurs met een algemene licentie ontvangen een machine liever zonder besturingssysteem.