Iedereen heeft haast nu Internet de informatiesamenleving domineert. Gevestigde bedrijven zien om zich heen in een razend tempo nieuwe concurrenten opduiken die in luttele maanden tijd klanten en omzet wegzuigen.
Jonge Internetbedrijven streven er koortsachtig naar om in een uiterst korte tijdspanne naar de beurs te gaan. Producten en diensten voor het Internet worden in een paar weken uit de grond gestampt.
Ambitieuze teenagers, opgejaagd door deze haast, hebben geen zin om hun kostbare tijd in de collegebanken te verdoen, omdat het (virtuele) geld buiten voor het oprapen ligt. Studeren kost tijd, tijd is geld, en je bent niet wijs om dat door je vingers te laten glippen.
In Amerika constateren de gerenommeerde business schools dat studenten vaak niet meer aan het tweede jaar beginnen, omdat ze na een jaar in de schoolbanken liever aan de slag gaan met hun eigen dotcom-bedrijf. Hoewel vele opleiders in Amerika vinden dat e-commerce, als vak, eigenlijk thuishoort in een meer omvattende opleiding, komen ze hier uit marketing overwegingen van terug. Vandaar dat er nu stoomcursussen van een jaar uit de grond zijn gestampt om studenten in zeer korte tijd de kneepjes van het vak bij te brengen.
Het is de nervositeit ten top. Tijd voor een gedegen opleiding gunnen de entrepreneurs van morgen zichzelf niet meer. Dat kan twee dingen betekenen. Er valt simpelweg niet veel te leren of de zakenman van morgen moet het stellen zonder enige theoretische bagage over de wereld waarin hij zaken doet. Ik ga uit van het laatste en dat betekent dat alle kennis in de praktijk moet worden opgedaan. Dat kan, maar daarmee zetten we de klok wel een paar decennia terug; naar de tijd waarin ieder voor zich het wiel uitvond.