Dat de gemiddelde computergebruiker Linux inmiddels kent, zal niemand verwonderen. De opmars van dit gratis besturingssysteem is immers onstuitbaar. Volgens onderzoeksbureau IDC draait Linux reeds op 25 procent van alle Amerikaanse netwerkservers en gebruikt maar liefst 31 procent van alle Amerikaanse webservers dit besturingssysteem.
Maar ‘kennen’ betekent voor de gewone man niet veel meer dan ‘gehoord hebben van’. Het geesteskind van Linus Torvalds vormde in 1999 niet meer dan slechts 4 procent van de 99 miljoen besturingssystemen die op de computers in de Verenigde Staten werd geïnstalleerd. Dat het gratis is, zal niet de reden zijn. Nee, de opmars van Linux op desktops word afgeremd door het ontbreken van een gestroomlijnde gebruikersinterface (gui) en de afwezigheid van op Linux toegesneden applicaties.
Techneuten hebben er nog wel aardigheid in om onbegrijpelijke lettersoep in te typen voor het installeren van programma’s of het openen van bestanden. De doorsnee gebruiker wil echter gewoon klikken en slepen. Linux kan de positie van Microsoft op de desktopmarkt pas bedreigen wanneer er een hyper-intuïtieve, en gratis, interface komt die al het goede van Windows en Macintosh combineert. Zeg maar een soort MacLinux. Fantasie? Welnee, in de zomer van 2000 moet deze klaar zijn.
De namen van Michael Boich, Andy Hertzfeld, Guy "Bud" Tribble en Susan Kare zullen waarschijnlijk alleen bellen doen rinkelen bij hard-core Apple-afficionado’s. Het zijn de Macintosh all-stars! Michael Boich is de originele Macintosh evangelist en tevens mede-oprichter van Radius en General Magic. Andy Herzfeld is de schrijver van een grote hap van de originele Macintosh code. Guy Tribble zwaaide als manager bij Apple de scepter over het originele Macintosh-team. En Susan Kare is de ontwerpster van de Macintosh iconen. Deze illustere veertigers hebben nu in Palo Alto hun krachten opnieuw gebundeld in de firma Eazel. Het lijkt wel – zo schrijft de New York Times – alsof de Beatles weer bij elkaar zijn. En Eazel is van plan Linux de broodnodige gui te bezorgen.
Heilig vuur
"We hebben een groep van software-architecten, Linux-experts en veteranen uit de PC-industrie bij elkaar gebracht die samen uniek gekwalificeerd zijn om Linux geschikt te maken voor de desktop," zegt Michael Boich die gebombardeerd is tot president en ceo van Eazel. "Het is niet onze bedoeling om nog eens over te doen wat we vijftien jaar geleden al deden met Macintosh; het gaat nu om het ontwikkelen van de volgende generatie desktop die kan samenwerken met alle mogelijke internetdiensten om een superieure ervaring te scheppen voor de Linux-gebruiker." Voldoening vinden de ‘eazels’ uiteraard in het weer eens laten branden van het heilige vuur. De Linux open-source-beweging roept bij hen dezelfde soort ‘laten we van de wereld iets beters maken’ emoties op die de Macintosh ook ooit teweegbracht.
Anderen
Maar wacht nou even, er zijn toch al lang groepen bezig met het maken van gestroomlijnde gui’s voor Linux? Inderdaad er zijn in ieder geval twee andere groepen van programmeurs bezig met een gui voor Linux. In 1996 startte de Duitse programmeur Matthias Ettrich zijn K-Desktop project, afgekort KDE, om Linux geschikt te maken voor de desktop. En dan is er ook nog Gnome, een groep die is georganiseerd rond de Mexicaanse Linux-profeet Miguel de Icaza.
KDE en Gnome zijn groepen van programmeurs die elkaar volgens de principes van de ‘open source’ beweging steeds weer nieuwe stukken code toespelen tot een product af is. In beide gevallen heeft dit gui’s opgeleverd die – zeg maar – half af zijn en die onvoldoende schwung hebben om Linux op te stoten in de vaart der volkeren. Gebruikers van KDE en Gnome zijn nog steeds aangewezen op het intypen van keyboard commando’s om de penguin power optimaal te kunnen gebruiken.
De strijd tussen beide groepen zou nu wel eens beslecht kunnen zijn omdat de veteranen van Eazel besloten hebben in zee te gaan met Miguel de Icaza en de jonge hackers van Gnome. Eazel zal de gui leveren en Gnome de links tussen deze interface en het besturingssysteem. "Het is duidelijk dat de volgende release van Gnome onze gebruikersinterface nodig zal hebben", zegt Boich, "en Eazel heeft de desktop-omgeving van Gnome nodig als platform." Wanneer Eazel, volgens plan in de zomer van 2000, met zijn gui komt, dan zou Gnome de de facto standaard voor Linux kunnen worden. Volgens Boich hebben alle grote PC-makers interesse getoond in de Eazel-Gnome combinatie.
Gratis?
KDE en Gnome zijn vrijwilligersorganisatie die drijven op het heilige vuur van de Linux beweging. Maar Eazel is een professionele onderneming die in Silicon Valley 13 miljoen dollar bij elkaar heeft gesprokkeld aan startkapitaal. Dat geld is uiteraard afgekomen op de reputatie van de Macintosh all-stars. Maar hoe denkt Eazel geld te verdienen met een gui die volgens de in Linux-land heersende wetten gratis moet zijn? Welnu, die inkomsten moeten volgens het ondernemingsplan van Eazel komen uit diensten zoals het op afstand installeren, configureren, beheren en updaten van Linux desktops bij consumenten en bedrijven.
Wanneer de gebruikersinterface gereed is, dan vormt alleen het ontbreken van applicaties nog een struikelblok voor een opmars van Linux op de desktop. Windows 2000 ondersteunt zo’n 7000 verschillende applicaties. Consumenten willen immers eenvoudig te gebruiken tekstverwerkers, rekenprogramma’s en databases. Ook dat duurt niet lang meer. Miguel de Icaza heeft in Boston het bedrijf Helixcode opgericht dat binnen afzienbare tijd met een gratis concurrent voor Microsoft Office moet komen.
Wanneer Linux een goede gebruikersinterface en voldoende applicaties heeft nadert langzaam maar zeker het moment dat het Microsoft van de desktop kroon kan stoten. De marktontwikkeling lijkt mee te zitten. Over een paar jaar zal alle PC-hardware zo weinig kosten, dat het besturingssysteem het duurste onderdeel is. Behalve natuurlijk als dat besturingssysteem gratis is.
Het is natuurlijk ook mogelijk dat de Linux-wereld straks moet leven met twee, of misschien wel meer, grafische gebruikersinterfaces. Maar daar zal geen Linux-adept om treuren. De Linux-beweging heeft iets van een religieuze gemeenschap. En de Nederlandse schrijver Maarten ’t Hart schreef al: "Een kerk die leeft, die scheurt."