De Koreaanse groot-webbezitter Masayoshi ‘Massa’ Son zit op het vinkentouw om de titel ‘rijkste man van de wereld’ nog dit jaar over te nemen. De ‘chief executive officer’ en grootaandeelhouder van het Japanse bedrijf Softbank plukt de vruchten van zijn speculatieve investeringen in clusters van Internetbedrijven. Son beheert zijn ‘keiretsu’ van bedrijven op basis van een 300-jaren plan. En passant wil hij het ‘slagveld van de Japanse economie’ openleggen voor de nieuwe economie. Wie is deze Aziatische ‘Charley Brown’? Een visionair, een speculant of een ordinaire pachinko-speler?
In de VS geminacht om zijn afkomst, in Japan met de nek aangekeken vanwege zijn Koreaanse achtergrond: de tweeënveertigjarige Masayoshi Son groeit tegen de verdrukking in. En Citizen Son doet één ding zeer consequent: hij zet zijn geld in, zoals de Amerikanen zeggen, "waar zijn mond is". In 1995 komt Son tot de conclusie dat Internet ‘lucht en water’ van de toekomst zal zijn. Hij aarzelt dan ook geen moment om zijn eigen geld, en daarbovenop nog veel meer geleend geld, te steken in jonge Amerikaanse Internetbedrijven met ondernemingsplannen. Plannen die zich in de praktijk nog niet hebben bewezen. Hij neemt via zijn bedrijf Softbank forse belangen in bedrijven als Yahoo!, E*Trade, GeoCities en nog een stuk of zeventig andere Internet-ondernemingen. Sons ongekende inkoopwoede levert een paar flops op, maar voor het merendeel blijken zijn investeringen goudmijnen. Niet door hun inkomsten, maar wel door hun marktwaarden. Gevolg is dat Son aardig op schema ligt om nog dit jaar Gates af te lossen als de rijkste man van de wereld.
Netwerkeconomie US@ Ze noemen het in de Verenigde Staten soms internet-economie, soms netwerk-economie en ook wel ‘New Economy’. Met wat voor naam ook aangeduid, de veranderingen in de Amerikaanse economie zijn spectaculair en veelomvattend. En interessant genoeg om er in Computable in een serie artikelen ruime aandacht aan te besteden. Al was het maar omdat informatietechnologie een onmisbare voorwaarde wordt genoemd om met succes aan de netwerk-economie mee te kunnen doen. En omdat ons in Nederland en Europa binnenkort wellicht een vergelijkbare explosie staat te wachten. |
Een Koreaanse jongen in Japan
Als onze Masayoshi een speculant is, dan komt dat misschien omdat hij het gokken met de paplepel heeft ingekregen. Zijn Koreaanse vader exploiteert namelijk tijdens zijn jeugd op Kyushu, een eiland in het zuiden van Japan, een pachinko-salon. Pachinko is een in Japan zeer geliefd gokspelletje waarbij de spelers grote hoeveelheden stalen balletjes in een soort horizontale flipperkast gooien. De overgrote meerderheid van de balletjes valt zonder enig effect door de veelkleurige kast heen, maar wanneer een balletje in een bepaald vakje achterblijft gaat er een klein gokkastje ratelen. Laat dit mechanisme drie gelijke plaatjes zien, dan wint een speler een grote hoeveelheid nieuwe balletjes. De gewonnen balletjes kunnen worden ingeruild tegen prijzen of – maar dit is illegaal – voor geld. Pachinko is puur gokken, een speler heeft alleen een zekere controle over de snelheid waarmee de ijzeren balletjes de kast inschieten.
Meer dan door pachinko wordt de jonge Masayoshi echter beïnvloed door het racisme van de Japanners. Als Koreaan wordt hij in het land van de rijzende zon met de nek aangekeken. Om wat minder Koreaans over te komen heeft zijn vader de Koreaanse achternaam Son ingewisseld voor het Japanse Yasumoto. Son groeit tegen de verdrukking in. Hij zegt nu in interviews dat hij al op zijn tiende jaar vast van plan was ooit de top zakenman van Japan te worden. Son is totaal gefascineerd met alles wat Amerikaans is en hij verafgoodt dan ook de Japanse ondernemer Den Fujita. Deze Fujita slaagt er in de jaren zeventig in om met een zeer uitgekiende strategie McDonalds uit te laten groeien tot de grootste keten van restaurants in Japan. Son laat geen steen onberoerd om een audiëntie te krijgen bij Fujita en deze raadt hem aan zijn fascinatie met Amerika de vrije loop te laten en te gaan studeren in het land van de onbeperkte mogelijkheden.
Naar de VS en weer terug
Een van de eerste dingen die Masayoshi in 1974 onderneemt na zijn aankomst in de VS is het laten vallen van zijn Japanse naam. Hij noemt zichzelf weer Son. Aan de universiteit van Berkeley, waar hij economie gaat studeren, maakt het ook niet uit of je als een Japanner of Koreaan wordt bekeken. De jonge Masayoshi slorpt de invloed van Silicon Valley op als een droge spons. Son: "Alles in Amerika was zo groot en zo geordend, ik besloot dat ik alles wilde leren van dit land." Dat betekent dat hij zich naast zijn studie in de economie vooral verdiept in computers. En niet zonder succes. Hij legt in 1980 het fundament van zijn imperium wanneer hij zijn ontwerp voor Wizard, een pocketvertaler, voor een miljoen dollar verkoopt aan de Japanse firma Sharp.
Son voelt zich in Silicon Valley als een vis in het water. Toch keert hij na zijn studie terug naar Japan. Hij had dat zijn moeder beloofd. In Japan begint hij met ongekende eigenzinnigheid en doorzettingsvermogen aan het opbouwen van Softbank, een bedrijf dat software distribueert en computerbladen uitgeeft. Hij vertikt het om de naam Son weer in te ruilen voor Yasumoto. In zijn omgang met mensen en ondernemingen gedraagt hij zich volstrekt on-Japans en treedt vaak de regels van de Japanse etiquette met beide voeten. Son is assertief, agressief, hij levert ongezouten kritiek, kleedt zich informeel en gaat conflicten nooit uit de weg. De overlevering wil dat Son in 1981 bij de oprichting van Softbank op een krat gaat staan en een vlammende toespraak afsteekt voor zijn enige twee (parttime) werknemers. Hij maakt hen duidelijk dat Softbank binnen vijf jaar de softwaredistributie in Japan volledig zal domineren. Zoveel opportunisme kunnen de twee Japanners moeilijk verdragen en ze besluiten ter plekke op te stappen. Ze zijn daar gek om met die Koreaan in zee te gaan.
Softbank verovert de VS
Son, en met hem Softbank, groeit tegen de verdrukking in. In het midden van de jaren tachtig is zijn bedrijf de belangrijkste distributeur van PC-software in Japan en de belangrijkste uitgever van PC-tijdschriften. Zoals zijn grote voorbeeld Den Fujita Amerikaanse hamburgers verkocht, zo brengt Son Amerikaanse software van Microsoft, Oracle en Novell aan de man. In 1994 levert de beursgang van Softbank in Tokyo 140 miljoen dollar op. Pas dan wordt de ware intentie van Son duidelijk: de verovering van Amerika. Met geld van Softbank en geleend geld van Japanse banken begint Son aan het opkopen van Amerikaanse bedrijven. Zijn Amerikaanse investeringspoot Softbank Technology Ventures koopt achtereenvolgens de Comdex Group (803 miljoen dollar), uitgeverij Ziff-Davis (3,1 miljard) en een meerderheidsbelang in Kingston Technology (1,2 miljard), fabrikant van geheugenkaarten. Samen vormen deze bedrijven Sons bruggenhoofd in Silicon Valley.
Terwijl de schulden oplopen gaat Son onverdroten voort met inkopen. Hij ‘ontdekt’ het Internet en besluit dat dit de toekomst is. "Verre horizonten verbreden je perspectief," zo orakelt Son graag over zijn investeringsfilosofie. Welnu, Sons filosofie komt er op neer dat de komende 300 jaar het leven van de mens steeds beter en aangenamer zal worden door Internet. Om daarvan als investeerder te profiteren moet je zoveel mogelijk ijzers in het vuur hebben. Hoe meer balletjes de pachinko-speler in de kast gooit, des te groter is zijn kans op succes. De pachinko-balletjes van Son heten Yahoo!, E*Trade, GeoCities, E*Loan, PeoplePC, Global Sports, Webvan enzovoorts. Maar terwijl bij pachinko de meeste balletjes hun doel missen, zijn de meeste investeringen van Son voltreffers. Hoewel ze nauwelijks of geen inkomsten genereren, exploderen de aandelen van zijn bedrijven op Wall Street. Son heeft ook mazzel, wanneer de yens die hij heeft geleend voor zijn aankopen alsmaar verder in waarde dalen.
Keiretsu’s op Internet
De crux van Sons Internetstrategie is dat hij enorm veel ijzers in het vuur heeft, maar dat hij geen enkele van zijn bedrijven volledig domineert. Hij – of Softbank – is vaak de grootste aandeelhouder maar heeft slechts zelden een meerderheidsbelang in een bedrijf. Son heeft 32 procent van de aandelen Yahoo!, en dat vindt hij al erg veel. Son gebruikt zijn invloed binnen de verschillende bedrijven om een soort van losse, informele allianties tot stand te brengen tussen deze ondernemingen. Binnen deze allianties moeten de verschillende bedrijven hun gebruikers binden door het uitwisselen van diensten. Wie investeert bij E*Trade kan gemakkelijk geld lenen bij E*Loan en vervolgens boodschappen gaan doen in het winkelcentrum van Yahoo!, of bij online kruidenier Webvan en dan een tijdschrift bestellen bij ZDNet. Son zelf fungeert als de smeerolie in deze allianties door onophoudelijk te ‘schmoezen’ tijdens lunches, conferenties en besprekingen. "De kans dat mijn bedrijven goede deals maken wordt aanzienlijk vergroot doordat we regelmatig met elkaar lunchen en dineren," zegt Son.
Son omschrijft zijn Internetimperium graag met het Japanse begrip keiretsu. Keiretsu is een omschrijving van de zeer hechte verticaal gestructureerde kartels die de Japanse handel en industrie domineren. Het gaat om een onontwarbare verstrengeling van belangen die het onmogelijk maakt voor bedrijven buiten de keiretsu – bijvoorbeeld buitenlandse bedrijven in Japan – om ook maar een poot aan de grond te krijgen. Ook John Doerr de Gothfather van Silicon Valley en de huisfilosoof van de investeringsbank Kleiner Perkins Caufield & Byers hanteert het fenomeen keiretsu om de onderlinge verwevenheid van belangen tussen ‘zijn’ Internetbedrijven te stimuleren. De term is leuk maar ook enigszins misleidend. De macht die de losse alliantie van Sons Internetbedrijven heeft over de netwerkeconomie is veel geringer dan de invloed van de echte keiretsu in de Japanse economie.
Het conglomeraat van Internetbedrijven dat nog het meest lijkt op de keiretsu van Son is dat van David Weatherells CMGI. Waar Son een flinke vinger in de pap heeft bij sites als Yahoo!, GeoCities en E*Trade daar heeft CMGI forse belangen in Lycos, Alta Vista, Onlist, Planet Direct en nog een stuk of vijftig andere Internetbedrijven. Saillant detail hierbij is dat Weatherell de basis van zijn webimperium heeft gelegd met de verkoop van GeoCities aan Yahoo!. Zowel Son als Weatherell willen in alle sectoren van de Interneteconomie minstens inzetten op één bedrijf. De gedachte op de achtergrond: het kan best zijn dat het Internet een winner-takes-it-all omgeving is, waarbij iedere sector uiteindelijk gedomineerd gaat worden door één ‘dotcom’. Investeren in Internetbedrijven lijkt dan toch op pachinko, de meeste balletjes doen helemaal niets.
‘Son’ zal rijzen boven Japan
"De Japanse economie is als een slagveld na de oorlog. Maar de zon zal weldra weer schijnen boven Japan," zegt Son. Misschien bedoelt hij wel dat ‘de Son’ zal rijzen boven Japan want hij ziet voor zichzelf duidelijk een belangrijke rol weggelegd bij de transformatie van de verstarde Japanse economie. En als buitenstaander en insider tegelijk is hij misschien wel de aangewezen man om die rol te spelen. In het kader van de internationalisering van Sons cyber-conglomeraat zwermen bedrijven als Yahoo! en E*Trade uit over de hele wereld om in verschillende landen lokale sites te beginnen. Voor Son en Softbank ligt het voor de hand om vooral in Japan aan de weg te timmeren. En dat gebeurt dus ook.
Bij zijn grote opmars in Japan, die begint in 1999, probeert hij weer zoveel mogelijk allianties te sluiten met bedrijven die lokaal een potje kunnen breken. En Softbank duikt op in alle sectoren van de Japanse Interneteconomie. Zo heeft het bedrijf een joint venture met Tokyo Electric Power om hoge toegangssnelheden te leveren aan Japanse surfers. Samen met Microsoft en Global Crossing is Softbank betrokken bij de aanleg van een 18.000 kilometer lang glasvezelnet dat Azië, Japan en Europa met elkaar moet verbinden. Samen met Microsoft en Nippon-Mitsubishi Oil werkt Softbank in E-shopping Car Goods, een online winkel voor auto-onderdelen. Samen met US Nasdaq gaat Softbank een Aziatisch filiaal van de Newyorkse schermenbeurs introduceren: Nasdaq Japan. Via de investeringsarm Softbank Finance wil Son geld investesteren in 150 nieuwe Japanse Internetondernemingen. Volgens Business Week controleert Softbank eind 1999 direct of indirect zo’n 70 procent van alle Japanse Internetbedrijven.
Met de overname in februari van Nippon Credit Bank door een consortium onder leiding van Softbank maakt Son duidelijk dat hij zich niet alleen wil bewegen op het Internet-deel van de Japanse economie. Son breekt in in wat door velen beschouwd wordt als de molensteen om de nek van de Japanse economie, het totaal verouderde en in tradities vastgeroeste Japanse banksysteem. De inbraak van de niet aan tradities gebonden Son in deze sector kan volgens velen belangrijke consequenties hebben. "Als Softbank dit goed aanpakt, dan zullen de consequenties groot zijn," aldus Robert Zielinski, een Japan-analist van Lehman Brothers.
En dat is precies wat Masayoshi Son wil. De Koreaanse non-conformist wil Japan dwars tegen alle tradities, conventies en vastgeroeste ideeën in, binnensleuren in de wereld van de nieuwe economie. Ooit werd hij om zijn tegendraadsheid met de nek aangekeken. Nu is hij het lichtend voorbeeld voor iedere Japanse ondernemer die iets wil in cyberspace.
Teake Zuidema, freelance medewerker