Hype of geen hype – zoek je een baan, dan biedt internet je tal van nieuwe mogelijkheden. Vooral als je bereid bent om in Amsterdam te gaan werken. De stad zet zich aan alle kanten schrap om het ‘Silicon Valley van Europa’ te worden. BAS BERWERS
Silicon Valley krijgt een Europese dependance. En die is prima bereikbaar, gewoon via de A1 en met het openbaar vervoer. Amsterdam lijkt zeer in trek bij ict-bedrijven. De cijfers spreken boekdelen: zo’n beetje de helft van de buitenlandse ondernemingen die dezer dagen in Amsterdam neerstrijken, doet iets met hardware, software, telecom of internet. Vooral Amerikanen komen graag. En dat dan vooral onder het motto ‘zwaan-kleef-aan’: als je concurrent al in Amsterdam zit, kun je maar beter zorgen dat je zélf ook aanwezig bent met een filiaal.
Amsterdam vindt het allemaal best en doet er alles aan om, zoals adviesbureau KPMG het afgelopen maand in een onderzoek noemde, een ‘speler van wereldformaat’ te worden. Immers, zo kirde de lokale wethouder Economische Zaken Pauline Krikke op Computable Online: "Het is nu pas echt duidelijk dat internet belangrijk wordt!".
Bij de ambities die Amsterdam heeft, loopt de stad nog wel tegen een aantal obstakels op. De arbeidsmarkt is krap – een probleem waarin Amsterdam uiteraard niet uniek is. Wel een echt lokale bottleneck is het nijpende gebrek aan goede en betaalbare huisvesting, vooral voor startende bedrijven. En dan zijn er nog de ‘omliggende’ grote steden die de kip met gouden eieren niet zomaar naar Amsterdam laten vliegen. Londen, Stockholm en Frankfurt zijn de belangrijkste concurrenten. Dat vooral Londen zeer in trek is, is een gegeven feit. Maar, zo benadrukken het Amsterdamse gemeentebestuur en de plaatselijke Kamer van Koophandel, Groot-Brittannië doet voorlopig niet mee aan de invoering van de euro. En al evenmin aan het Schengen-verdrag dat vrij grensverkeer regelt. Ongunstig voor bedrijven met Europese ambities – boek dus een one way ticket Schiphol, luidt het Amsterdamse advies.
Forum
Gelukkig blijft het niet alleen bij mooie woorden. De gemeente Amsterdam is bijvoorbeeld aandeelhouder in het Wetenschap en Technologie Centrum Watergraafsmeer, waar onderzoek moet leiden tot commercieel interessante initiatieven. En sinds vorig jaar is er de Amsterdam New Media Association, een ‘forum’ waar internet-bedrijven elkaar kunnen ontmoeten en zaken kunnen doen.
Verder grijpt ook de vastgoedmarkt, inspelend op het huisvestingsprobleem, zijn kans. Op een nu nog modderige vlakte naast de Amsterdam Arena gaat begin 2001 een speciaal complex voor internet-bedrijven open. Dit Icity biedt straks 35 duizend vierkante meter kantoorruimte en is voorzien van alle technische communicatiesnufjes waar een (startende) internetondernemer blij mee is.
Of het nu in Amsterdam is of elders, internet levert vooral werkgelegenheid op dankzij startende ondernemers. Enkele duizenden pioniers beproefden in de afgelopen jaren hun geluk. Maar een goed idee en een flitsende bedrijfsnaam garanderen geen succes. Wie een bedrijf start, krijgt te maken met (alweer) huisvesting, financiering, juridische en fiscale zaken, marketing en verkoop, de aanschaf van de juiste technische infrastructuur, personeelszaken en management. Veel starters worstelen een jaar lang en komen daarna niet meer boven.
Het ministerie van Economische Zaken, zich bewust van de economische potentie van internet en de aanloopproblemen van starters, nam daarom in 1998 het initiatief tot het oprichten van Twinning Centers, bedrijfsverzamelgebouwen die Nederlandse internet-starters onderdak en faciliteiten bieden en waarin zij ‘steun aan elkaar hebben’. Voordeel: geen tijdrovende rompslomp – alle energie richt zich op product en marktstrategie. Het coördinerende Twinning Netwerk beoordeelt initiatieven op hun commerciële haalbaarheid en ondersteunt de uitvoering van de plannen.
Klinkende namen
Een slim stapje verder gaat het zogenaamde ‘pan-Europese’ Gorillapark: een Twinning Center-achtig bedrijvencentrum dat zich richt op Europese internet-starters. Gesteund door geldschieters met klinkende namen (waaronder financiële instellingen als Abn Amro, Goldman Sachs en Deutsche Bank) opende initiatiefnemer Jeroen Mol in januari het eerste kantoor in, jawel, Amsterdam. Later dit jaar volgen Londen, München en de Verenigde Staten. Ook Gorillapark biedt internet-ondernemers ‘huishoudelijke’ diensten aan zodat zij zich op hun creativiteit kunnen toeleggen.
Enigszins vergelijkbaar met Gorillapark is het Oracle-initiatief http://www.2becom.com dat binnenkort de lucht in gaat. Op een speciale website kunnen internet-starters, met de hartelijke groeten van Oracle, terecht voor ondersteuning bij de boekhouding, juridische zaken, werving en marketing en zelfs op jacht naar kapitaal.
Wie als starter letterlijk op zoek is naar dit laatste, kan aankloppen bij (hallo-daar-zijn-we-weer) Maurice de Hond. De man die ons rond het millennium nog aanraadde om extra water en brood in te slaan, heeft soms ook zinnige ideeën. Met zakenpartner Ruud Smeets richtte hij Newconomy op, een bedrijf dat op grote schaal investeert in veelbelovende internet-bedrijven. Sinds vorige maand staat Newconomy genoteerd aan de Amsterdamse beurs.
Vacaturesites
Allemaal leuk en aardig, zo’n bedrijfje starten, maar ja, misschien nog wel een beetje te ver van huis. Poor you: er rest je niets anders dan te zoeken naar een ‘gewone’ internet-baan. Ook hier biedt het world wide web meer en meer uitkomst. Het bedrijfsleven vult zijn wervingsinspanningen in de gedrukte media steeds vaker aan met, of vervangt deze door een advertentie op speciale vacaturesites. Het mes snijdt aan twee kanten: de overspannen arbeidsmarkt heeft in zijn jacht op talent een nieuwe uitlaatklep, en specifiek op internet gerichte ondernemers boren door het openen van vacaturesites alwéér een nieuwe markt aan. Een markt die groeit: al ruim een kwart van de hoger opgeleiden oriënteert zich via de banenpagina’s op werk. En van de IT-afgestudeerden doet maar liefst 39 procent dit, zo blijkt uit recente cijfers van VNU Business Publications.
Maar leveren die job sites al wat op? Nog niet veel, zo blijkt uit hetzelfde onderzoek. De arbeidsmarkt is en blijft krap. En werkzoekenden mogen dan steeds vaker naar vacaturesites surfen, de juiste kandidaat levert het in veel gevallen niet op. Ook in de Verenigde Staten is dit uiteraard een groot probleem. Er zit daarom, zo zegt men in de VS, niets anders op dan te proberen talent weg te kapen bij de concurrent. Jonge internet-bedrijven in Amerika hebben daarbij het voordeel dat Wall Street hen gunstig gezind is. Veel jonge IT-ondernemingen, vooral als zij zich richten op internet, doen het goed op de beurs. Dit stelt hen in staat om medewerkers van gevestigde IT-bedrijven in te lijven door hen, naast een dik salaris, een aanlokkelijk pakket aandelen en opties te bieden. In Nederland zal het naar verwachting vooralsnog zo’n vaart niet lopen. Alhoewel er steeds meer internetbedrijven een beursnotering aanvragen.
E-commerce
Alsof internet nog niet genoeg nieuwe werkgelegenheid biedt, kwam er in het afgelopen jaar een nieuw toverwoord bij: e-commerce. De handel via het net vormde in ’99 een razendsnelle economische groeimarkt en dat zorgde dus ook voor veel nieuwe internet-gerelateerde banen. Amerika is uiteraard weer koploper. Het web zorgde in de VS in 1999 voor een omzet van 507 miljard dollar, 67 procent meer dan in het jaar ervoor. Bijna een miljoen Amerikanen werken inmiddels in de e-commerce. Het gaat hierbij niet alleen om pure IT-functies. Ook indirect levert de internet-economie veel werk op, bij bijvoorbeeld on-line reisbureaus, banken, effectenmakelaars, cd-winkels en complete warenhuizen. In Nederland gaat het allemaal weer iets langzamer, maar ook bij ons is een duidelijke groei zichtbaar en shopt de consument, al is het voorlopig alleen maar uit nieuwsgierigheid, steeds vaker on-line.
Net als in de gewone handel, is ook in de elektronische retail de visuele uitstraling een belangrijke succesfactor. Een gelikte presentatie en een gebruikersvriendelijke site trekken de kooplustige consument over de streep. En dat betekent werk aan de winkel, ook in Nederland, voor web-masters, de ‘regisseurs’ van de websites, en web-designers, de ‘grafische’ ontwerpers. Mensen die trouwens niet alleen in de commercie in trek zijn. Zo schakelt bijvoorbeeld ook de rijksoverheid talloze bedrijven en bedrijfjes in om de doorgaans gortdroge overheidsinformatie toegankelijk te maken en zo smakelijk mogelijk te presenteren op intranetten en internet. Heb je dus naast IT-talent ook nog een creatieve tic, dan biedt internet je een volgende nieuwe opstap voor een mooie carrière.
Erasmus start opleiding voor de ‘nieuwe economie’
Als eerste universiteit ter wereld start de Erasmus Universiteit Rotterdam in september een Global e-Commerce Masters (GEM). De deelnemers aan GEM (in eerste instantie dertig stuks) kunnen in deze cursus kennisnemen van ‘nieuwe businessmodellen en de consequenties van wereldwijd elektronisch zakendoen’, zo claimt de Rotterdamse universiteit. De universiteit zegt twee jaar aan het GEM-curriculum te hebben gewerkt, in samenwerking met internationale business-schools en met financiële steun van de Europese Unie en de rijke industrielanden van de G-7. Het studieprogramma omvat vakken als e-accounting, e-strategy, e-marketing, e-management, e-law en (de allermooiste, dunkt ons) e-intra and entrepreneurship. Wie zich door al deze e-codes heen heeft geworsteld, mag zich na vijftien maanden ‘Master of e-Commerce’ noemen.
Links
http://www.twinning.nl (Informatie over de Nederlandse twinning centers.)
http://www.gorillapark.com en http://www.hot-orange.com (Internet-warenhuis onder de vleugels van Gorillapark.)
Vacaturesites zoals http://www.monsterboard.nl (Nederlands) en http://www.monsterboard.com (internationaal), http://www.intermediair.nl en http://www.jobnews.nl.
https://www.computable.nl (Meer informatie over internet en toegang tot de vacaturesite IT-Jobworld.)
http://www.eed.nl/GEM (Informatie over de MBA e-commerce van de Erasmus Universiteit.)
