Docenten die zich inzetten om het vak informatiekunde handen te voeten te geven in de laagste klassen van het voortgezet onderwijs, beklagen zich over de afwezigheid van het draagvlak voor dit vak binnen scholen. Terecht bestaat de angst dat als staatssecretaris Adelmund haar dreigement om informatiekunde af te schaffen waarmaakt er niets overblijft. Haar voorstel dat andere vakgebieden de fakkel moeten overnemen, is een kansloze operatie zolang hiervoor geen draagvlak bestaat.
Net als in veel andere sectoren van de maatschappij slaagt informatietechnologie er ook in het onderwijs maar niet in vrienden te maken. Wil het ooit goed komen met het schrijnende tekort aan studenten informatica, dan moet het vak al in het voortgezet onderwijs aantrekkelijk gemaakt worden.
Nu we constateren dat informatiekunde in zes jaar tijd niet veel verder is gekomen dan een cursus knoppenkunde, lijkt het mij gevaarlijk erop te vertrouwen dat andere vakgebieden stukjes informatiekunde overnemen. Hiermee wordt deze discipline nog ongrijpbaarder dat dit voor velen nu al is.
Wil de staatssecretaris haar doel – leerlingen klaarstomen voor de informatiemaatschappij – bereiken, dan moet eerst het nodige gebeuren om docenten uit aanpalende vakgebieden enthousiast te maken om informatiekunde in te bedden in hun discipline. Of moet de staatssecretaris erop vertrouwen dat er voldoende slimme leerlingen zijn die met al hun praktijkkennis deze rol overnemen?
Komt er geen ommezwaai, dan zal het aantal studenten dat na het voortgezet onderwijs kiest voor een vervolgopleiding in de informatica alleen maar afnemen. En zo spannen we het paard achter de wagen.