Minister Jorritsma en het ICT-bedrijfsleven zijn het niet eens over de financiering van de aanpak van de problemen op de arbeidsmarkt voor automatiseerders. De bewindsvrouw wijst de ondernemingen op hun verantwoordelijkheid, maar de bedrijven willen eerst weten wat de overheid bijdraagt. De Tweede Kamer maakt zich inmiddels grote zorgen over de voortgang.
De projectleiders moesten deze week hun plannen van aanpak inleveren bij het ministerie van Economische Zaken. Tot op de laatste dag werkten zij aan deze stukken, die moeten aangeven hoe de aanbevelingen van de taakgroep ‘Werken aan ICT’ worden uitgevoerd. Deze taskforce, onder leiding van Ton Risseeuw, ex-directeur Getronics, presenteerde vorig jaar tien concrete aanbevelingen voor de bestrijding van het tekort aan automatiseerders.
De regering zal in april haar standpunt over de plannen naar de Tweede Kamer sturen. Een aantal betrokkenen had gehoopt dat de overheid eerder duidelijkheid zou verschaffen over de financiële bijdrage. "De minister heeft nog niet expliciet aangegeven welke budgetten zij reserveert voor de uitwerking. Dat is een probleem waartegen de betrokkenen aanlopen", aldus Bernd Taselaar van brancheorganisatie Fenit.
Laag tempo
Door deze onzekerheid over de financiële overheidsbijdrage en een gebrek aan ambitie bij sommige betrokkenen, ligt het uitvoeringstempo van een aantal aanbevelingen laag. Minister Jorritsma erkent dit. In haar antwoorden op vragen die kamerlid Mariëtte Hamer (PvdA) stelde naar aanleiding van eerdere berichten in Computable, zegt zij evenwel dat dit niet het gevolg is van onduidelijkheid over de overheidsbijdrage. "Het opstellen van goede businessplannen is een zaak van betrokken bedrijven en onderwijsinstellingen; deze verantwoordelijkheid kunnen en zullen wij niet van hen overnemen", aldus Jorritsma.
De minister wijst het bedrijfsleven op zijn verantwoordelijkheid en het belang van een duidelijke financiële bijdrage. De branche moet in haar ogen niet alleen naar het Rijk kijken. Taselaar erkent dat Economische Zaken en de ICT-branche voor wat betreft de financiering niet op een lijn zitten. "Het tekort aan automatiseerders is een probleem voor de hele samenleving. Bovendien is onderwijs een duidelijke taak van de overheid. Het zal toch niet de bedoeling zijn dat bedrijven het onderwijs gaan betalen?"
Tweede Kamer
Inmiddels is de trage voortgang van de aanpak ook in de Tweede Kamer ter sprake gekomen. Mariëtte Hamer heeft ook de indruk dat de overheid en de branche naar elkaar wijzen. Zij vindt dat de betrokken ministers – naast Jorritsma ook Loek Hermans van Onderwijs – te weinig actie ondernemen. "Wij zijn nu bijna een jaar verder en er is nog weinig concreets gebeurd. De ministers luisteren veel, maar ondernemen weinig. En dan heb ik het niet alleen over geld, maar vooral over creëren van randvoorwaarden." Hamer vindt overigens dat het bedrijfsleven ook meer moet doen.
VVD-kamerlid Hella Voûte maakt zich eveneens zorgen over de voortgang. Zij vermoedt dat de overheid en de ICT-branche onvoldoende doordrongen zijn van de urgentie van de problematiek. Zij vindt dat bedrijven zelf voldoende moeten investeren in opleidingen voor hun personeel. "De ondernemingen moeten tenslotte kunnen concurreren. Ik wacht dan ook met belangstelling de plannen af. Dan kan ik zien welke knelpunten zij onderscheiden en op welke manier zij gaan participeren in de aanpak. Het kan namelijk niet alleen maar van een kant komen."