Amsterdam, begin jaren negentig. Na een genoeglijk etentje brengen we twee vrienden naar het station. Op het perron blijven we nog wat napraten. Zou het niet leuk zijn elkaar binnenkort weer te zien? En waarom maken we niet meteen de volgende afspraak? Goed plan.
Met gepaste trots worden twee organisers van de eerste generatie opengeklapt. Het is het startsein voor een geheimzinnig ritueel. De non-verbale communicatie van de twee gebruikers verraadt dat de nieuwe technologie zich niet zonder slag of stoot gewonnen geeft. Na een paar minuten staren, mompelen en tikken is de afspraak gemaakt. De trein vertrekt. We peinzen nog wat na over de zegeningen van de informatietechnologie en gaan onze weg.
Weer later zien we anderen worstelen met de eerste ‘personal digital assistants’. (Demonstratie. Trotse eigenaar schrijft ‘hallo’. Beeldscherm toont ‘ykliu’. Eigenaar schrijft weer ‘hallo’. Beeldscherm toont niets. Batterij leeg.) En we weten zeker: voor ons nooit een elektronische agenda. Er gaat niets boven papier.
Midden jaren negentig doet Schedule+ zijn intrede. Waardig opvolger van de centrale papieren agenda die we daarvoor niet bijhielden. Klein nadeel: de noodzakelijke synchronisatie tussen het centrale systeem en de eigen papieren agenda. Zonder een ijzeren discipline is het leven opeens vol verkeerde, gemiste en dubbele afspraken. Na een paar incidenten neem je noodgedwongen afscheid van je oude agenda. Dat lost het synchronisatieprobleem tenminste voor de helft op. Het afscheid valt trouwens zwaar. Hoe een mens zich aan zijn agenda hecht. Maar de vooruitgang houd je niet tegen. En dus maak je om de zoveel tijd een uitdraai van je elektronische agenda. Een armzalig surrogaat voor dat vertrouwde, in leer gebonden stapeltje zekerheid dat je al die jaren bij je hebt gedragen.
Intussen rukt de organiser alsmaar op. Collega’s, klanten: je ziet steeds meer mensen met steeds strakkere apparaatjes. En je krijgt zowaar het gevoel dat er een belangrijke ontwikkeling aan je voorbijgaat. Je dient een verzoek in, maar je baas zwicht niet. Straks wil iedereen er één. Herinneringen aan de begindagen van de mobiele telefoon dringen zich op. Geduld zal beloond worden. Maar je kunt niet langer wachten. Je moet er een hebben. Nu.
En zo vervoeg je je op een donkere namiddag bij een computerwinkel. Organisers blijken er in soorten en maten. Je hebt ze met toetsenbord, te klein om serieus te gebruiken. Je hebt ze ook plat, met handschriftherkenning. Die moet het worden. Je betaalt een bedrag waar je ook een goede fiets voor kunt kopen en verlaat de winkel met een glimmende doos. Je pakt hem uit. Installeert de software. En wat blijkt? Het werkt.
Vooral de handschriftherkenning is een vondst. Niet dat de organiser jouw handschrift herkent. Hij herkent het handschrift van de leverancier. Die heeft er een speciaal alfabet voor bedacht. Knap. Woorden moet je letter voor letter inkerven. Je pen gaat niet van links naar rechts, maar blijft steeds op dezelfde locatie cirkelen. De backspace is een veegje naar links. Het went snel, maar alles heeft zijn prijs. Zoals het organiser-syndroom. Staren, mompelen, krassen, je gesprekspartner totaal negeren. En schrijf je na een paar weken krassen weer eens met een echte pen op echt papier, dan moet je niet verbaasd staan als er geen gewone letters maar hiëroglyfen uit je pen komen.
De organiser van nu is niet te vergelijken met de organiser van tien jaar geleden. Het simpelste model is agenda, telefoonboek, actielijst en e-mail in één. Nieuwe applicaties zijn met een druk op de knop te downloaden. En er is meer. De automatische synchronisatie met het centrale systeem. Het ‘beamen’ van elektronische visitekaartjes. De integratie met GSM. De beveiligingsproblemen die je krijgt als je je hele hebben en houden digitaal met je meesjouwt.
Eén ding staat vast. De komende jaren zal niemand aan de organiser ontkomen. Wie eenmaal zo’n ding gebruikt, kan niet meer zonder. En stop je hem in een leren hoesje, dan ruikt hij net als je oude agenda. Overigens is dit stukje niet op een organiser geschreven. Zo handig is dat spijkerschrift nu ook weer niet.