Buitenaardse wezens landen regelmatig in Silicon Valley om techneuten tijdens hun slaap de geheimen in te fluisteren van volstrekt revolutionaire, buitenaardse ontwerpen voor hardware en software. Wie dit niet gelooft, moet het zeshonderd pagina’s tellende boek ‘The Truth’ van Joe Firmage maar eens lezen.
Firmage heeft zelf bezoekers van verre gehad en weet dus waarover hij schrijft. Na de gratis kosmische adviezen moeten de uitverkorenen nog wel een paar jaar hard werken – bij voorkeur in een garage – om het ontwerp om te zetten in een commercieel product. Vervolgens is het tijd voor de beursgang en het goede leven.
Tot 19 januari 2000 geloofde menigeen dat de tweehonderd noeste werkers achter de geblindeerde ruiten van de geheimzinnige firma Transmeta ook ingefluisterd werden door reizigers van een ander sterrenstelsel. Met de presentatie van Crusoe – de microprocessor die kan overleven op een onbewoond eiland – werd deze droom wreed verstoord. ‘Code morphing’ mag klinken als een activiteit van Obi-Wan Kenobi of Flash Gordon, het is een toch een heel aardse technologie. Ook David Ditzel, de chief executive officer van Transmeta, is een gewone sterveling. Maar dan wel een sterveling met een zekere hang naar geheimzinnigheid en een grote reputatie op het gebied van risc-ontwerp.
Toen David Ditzel nog een klein jongetje was, werkte zijn vader als chemicus voor het Amerikaanse chemiebedrijf Monsanto. Op een goede dag verhuisden de Ditzels zonder duidelijke aanleiding hals over kop naar Washington D.C. David woonde er met zijn familie twee jaar zonder dat hij enige notie had wat zijn vader deed. Hij zegt hierover in de New York Times: "Ik had er geen idee van wat hij deed; pas twintig jaar later kwam ik er achter dat hij een tijdelijke baan had gekregen bij de National Security Agency om aan het Tempest project te werken." Ditzel groeide dus als kleine jongen al op in een sfeer van geheimzinnigheid.
De National Security Agency (NSA) is Amerika’s meest geheime overheidsinstelling. Deze organisatie, die vele malen groter is dan de CIA, wordt verondersteld nummer één in de wereld te zijn op het gebied van cryptografie, het coderen en decoderen van informatie. Om nummer één te blijven is de NSA de grootste koper van computerapparatuur ter wereld en heeft het meer wiskundigen in dienst dan welke organisatie dan ook. In de jaren zestig heeft onderzoek van de NSA belangrijke doorbraken opgeleverd op het gebied van het ontwerpen van transistors. Het Project Tempest-project – waar Ditzel senior te werk werd gesteld – was in het leven geroepen om communicatie-apparatuur te ontwikkelen die (toen) onmogelijk afgeluisterd kon worden.
Volstrekt raadsel
Met de geheimzinnigheid rond Transmeta kon David Ditzel zijn vader eindelijk met gelijke munt terugbetalen. Ditzels familieleden, noch de families van de andere 200 Transmeta-medewerkers, wisten ook maar iets van de plannen van Transmeta. Vijf jaar lang was de operatie in Santa Clara – onder andere gefinancierd door Paul Allen en George Soros – voor de buitenwacht een volstrekt raadsel. Speculaties waren er genoeg. Transmeta zou een speciale Java-chip ontwerpen of een chip voor mobiele Internet apparatuur of misschien wel een microprocessor voor telekinese. En ja hoor, in discussiegroepen op Internet werd geopperd dat Transmeta bezig was via reverse engineering een chip te maken die was gevonden in een neergestorte vliegende schotel. Transmeta’s chip – zo wist men zeker – zou in ieder geval de langverwachte Intel-killer zijn.
Meer dan honderd artikelen verschenen over het bedrijf waar niemand iets van af wist. "Het was eerlijk gezegd een grote verassing, dat we zoveel belangstelling kregen door niets te zeggen,’ zei Frank Pescaro, Transmeta’s ‘director of brand marketing’. Uit het feit dat David Ditzel ceo was van het bedrijf kon men echter afleiden dat Transmeta iets te doen had met chipontwerp. Dat is tenslotte het terrein waarop Ditzel zijn reputatie had gevestigd. En dan stond nog iedere dag de zeeziekgroene Pontiac van de Fin Linus Torvalds geparkeerd voor het gebouw van Transmeta. Dat kon alleen maar betekenen dat Transmeta ook iets van doen had met Linux.
Risc en Crisp
In 1980 schreef David Ditzel als student aan de University of California in Berkeley met hulp van David Patterson een paper getiteld ‘The Case for the Reduced Instruction Set Computer‘ waarin de term risc of reduced instruction set computing werd gelanceerd. Het uitgangspunt van de risc-strategie is dat microprocessors eenvoudiger en sneller kunnen worden gemaakt door een aantal complexe activiteiten van de processor over te hevelen naar de software. Risc-processors werden nooit echt het grote commerciële succes waarop Ditzel had gehoopt. Belangrijkste reden: de dominantie van het cisc-platform van Intel.
In 1995 meldde Ditzel aan Scott McNealy dat hij zijn baan als hoofd computer ontwerpbij Sun Microsystems ging verlaten. Hij was gefrustreerd tot de conclusie gekomen dat de risc-processoren die gebruikt worden in Suns workstations net zulke dure en complexe energievreters waren als de tegenhangers van Intel. Twee maanden lang mijmerde de vrijgezel over het mislukken van de risc-missie. "Ik probeerde helder te denken en de principes te ontwikkelen voor een computer-ontwerp dat zowel simpel als compatibel zou zijn," zegt Ditzel in de New York Times. Er ging heel wat door Ditzels getergde brein – simpele ontwerpen, very long instruction word, code morphing, laag energieverbruik – voordat hij zijn Eureka bereikte en de queeste kon beginnen voor Transmeta’s zuinige microprocessors voor laptops en draadloze Internet-dingetjes.
Als pre-doctoraal student aan de University of Iowa had Ditzel nooit kunnen kiezen voor een specialisatie in hardware of in software. Hij specialiseerde zich dus in beide door het volgen van studies in computerwetenschappen en in electrical engineering. David Ditzel werd zo een specialist in de onderlinge relaties tussen software code en elektrische circuits. Deze specialisatie deed hem achtereenvolgens belanden in belangrijke functies . bij AT&T’s Bell Labs, waar hij de belangrijkste architect was van de Crisp-microprocessor, en later bij Sun Microsystems, waar hij leiding gaf aan de teams die werkten aan de ontwikkeling van de Sparc-processor. En nu is er dus Crusoe.
De nieuwe Grove
Is het mogelijk dat Ditzel de Andy Grove van de eenentwintigste eeuw wordt? Het kan. Insiders verwachten dat in de komende vijf jaar handzame en draadloze Internetapparaten populairder zullen worden dan Pokemons. Voor die Internet-hebbedingetjes zijn zuinige en supersnelle chips nodig. Het is echter goed om even stil te staan bij de wet die Michael Malone lanceerde in 1994, toen de vijfentwintigste verjaardag van de microprocessor werd gevierd. De ‘Wet van Malone’ zegt dat, hoewel technologie belangrijk is in chipdesign, het verschil tussen succes of mislukking uiteindelijk wordt bepaald door marketing. Geheimzinnigheid is één ding, voor succes in de chipmarkt moet je ook nog paranoia zijn.