Miljoenen pompen ze erin, de bedrijven die verwachten er miljarden uit te halen. Zelfs het meest antieke mainframe-systeem moet en zal eraan gekoppeld worden. Nagenoeg iedereen weet wat het is: het World Wide Web. Velen denken zelfs dat dit hetzelfde is als het Internet, terwijl het web ‘slechts’ een deel ervan vormt. En de uitvinder ervan, Tim Berners-Lee, wilde eigenlijk alleen een handig intern informatiesysteempje maken.
Deze Brit werkte eind jaren tachtig als softwareconsultant voor het Cern (Conseil Européen pour la Recherce Nucleaire) in Genève. Dat wetenschapscentrum doet onder meer onderzoek naar sub-atomaire deeltjes en is met name bekend van zijn kilometerslange deeltjesversneller. Berners-Lee ergerde zich aan de inefficiënte manier van informatie-uitwisseling en bedacht een systeem om documenten naar elkaar te laten verwijzen. Zijn idee promoveerde tot een voorstel dat op een administratieve stapel terecht kwam.
Hypertekst
De onderzoeker vreesde echter dat zijn systeem in die stapel zou smoren en nooit wat zou worden als hij niet ingreep. Hij begon dus alvast aan de implementatie. En zo schreef Berners-Lee eind 1990 de eerste webserver en een rudimentaire webbrowser die tegelijkertijd dienst deed als document-bewerker. Hypertekst was realiteit. Het jaar daarop schreef de ‘vader van het web’ de eerste specificaties voor de componenten (url, Http en Html) van zijn systeem. Het zou nog een jaar of twee duren voordat de rest van de wereld de mogelijkheden van het web ontdekte, maar sinds 1993 is het hek van de dam.
Het universiteitsproject Mosaic was de eerste ‘echte’ browser. Marc Andreessens bedrijfje Netscape bracht die software op de markt. Softwarereus Microsoft ontdekte het web vrij laat. Computergigant IBM levert zijn mainframes tegenwoordig ‘web-enabled’. Toegang tot het web is intussen een standaard computerfunctie geworden. En nieuwe web-gebonden bedrijfsvormen stellen ondernemingen in staat miljoenen te verliezen terwijl ze miljarden waard zijn op de beurs. Voor dit alles: dank aan Tim Berners-Lee. JB