Over de ICT-prestaties van Nederland is Amandus Lundqvist niet onverdeeld tevreden. Ons land is in zijn ogen niet meer dan een subtopper. “Wij moeten veel beter kunnen.” Lundqvist verwijst hierbij opvallend genoeg niet naar de overheid, maar juist naar het bedrijfsleven. De ondernemingen zijn nu aan zet. “Zij moeten nog een behoorlijke slag slaan. Ik hoop dat dit lukt, want anders staat Nederland als ICT-natie over een aantal jaren nog steeds op de zevende plaats.”
De digitale delta In een serie interviews met kopstukken in de ICT-wereld besteedt Computable aandacht aan diverse aspecten van het overheidsbeleid. De kabinetsnota De Digitale Delta moet Nederland een vooraanstaande positie bezorgen in de elektronische samenleving. |
Amandus Lundqvist voelt zich als directeur van IBM Nederland zeker medeverantwoordelijk voor de ontwikkeling van ICT in ons land. Hij was dan ook zijdelings betrokken bij de totstandkoming van de kabinetsnota De Digitale Delta. Verder zit de voormalig voorzitter van Feyenoord in de stuurgroep van het Internet 2-project Gigaport. Lundqvist adviseerde ook de taakgroep ‘Werken aan ICT’, de organisatie die onder leiding van Ton Risseeuw tien acties formuleerde ter bestrijding van de tekorten op de arbeidsmarkt voor automatiseerders.
De IBM-directeur is blij met de ICT-nota van het kabinet. “Er is nu sprake van samenhangend beleid. De overheid creëert met dit stuk een omgeving waarin het allemaal moet gebeuren.” Hiermee voldoet het kabinet aan de rol die het in de ogen van Lundqvist moet spelen; die van facilitator. De overheid moet allereerst accommoderen. Het Nederlandse bedrijfsleven dient vervolgens het stokje van de ICT-vernieuwingen over te nemen. Toch is de taak van het kabinet uitgebreider dan het scheppen van voorwaarden alleen. Lundqvist heeft nog twee duidelijke opdrachten voor het Rijk. De overheid moet als innovatief gebruiker (launching customer, red.) de ontwikkeling van ICT stimuleren. Daarnaast dient het Rijk de beschikbare breedbandige capaciteit op de netwerken te sturen.
Lundqvist vindt dat de overheid meer invulling moet geven aan de rol van innovatief gebruiker. “Op dit gebied is lef nodig. Waarom zet de overheid niet alle formulieren die er bestaan op Internet? Moet je eens kijken wat er dan gebeurt! Nog een voorbeeld: de Commissie Administratieve Lasten komt met een voorstel om alle vragen die aan de overheid gesteld zijn op het Web te zetten. Hierdoor ontstaat kennis, alles wordt zichtbaar en de overheid kan alle vragen beantwoorden. Met programmatuur kan het Rijk dit verder allemaal vervolmaken.”
Wat de breedbandige capaciteit betreft, moet de overheid volgens Lundqvist eisen kunnen stellen over de hoeveelheid die op bepaalde momenten beschikbaar is. “Het kan niet zo zijn dat bedrijven maanden moeten wachten op voldoende capaciteit. Er is sturing nodig.”
Laat los!
Naast deze drie hoofdtaken voelt de IBM-directeur weinig voor overheidsingrijpen. “Ik wil niet naar het kabinet wijzen. Dat is niet goed. Ik voel meer voor vrije marktwerking.” Over de inzet van het Nederlands bedrijfsleven op het gebied van ICT, maakt hij zich zorgen. “De infrastructuur komt er wel. Het gaat nu vooral om de applicaties. Die zijn cruciaal. Ik vind dat de bedrijven op dit gebied nu nog achterlopen. Ik ga er echter van uit dat zij die omslag nog gaan maken.”
Om deze omslag te realiseren moet er nog heel wat water door de Rijn stromen. Lundqvist vindt namelijk dat het bedrijfsleven in Nederland niet innovatief genoeg is. “Er gebeurt gewoon te weinig. Wij hebben wel de kennis in huis. Daar ligt het niet aan. De sleutel ligt bij de grote bedrijven. Zij hebben een voorbeeldfunctie. Het bedrijfsleven – en dan heb ik het niet alleen over ICT-ondernemingen – moet investeren in veranderende bedrijfsmodellen. Het gaat dan om de durf om het bestaande model los te laten en te investeren in een nieuw model. Bedrijven moeten eerst iets afbreken voordat ze iets nieuws kunnen opbouwen. Die bereidheid moet nog groeien. Zij investeren op dit moment te weinig in hedendaagse toepassingen als intranetten, trajecten voor elektronische handel en business intelligence. En daar gaat het wel om. Hierin lopen wij achter.”
Deze achterstand komt mede voort uit het karakter van de Nederlandse bevolking. “De Nederlander is doorgaans conservatief. Hij moet worden uitgedaagd. Het gaat wel beter, maar het aantal innovatieve bedrijven blijft wel achter in vergelijking met Amerika. We doen wel de juiste dingen met Twinning of de activiteiten van de universiteiten, maar het karakter van onze bevolking werkt vaak tegen.”
Ondanks deze conservatieve volksaard heeft IBM vertrouwen in de ontwikkelingen in Nederland. Niet voor niets opende de grootmacht in Zoetermeer een Europees Internetcentrum (Advanced Internet Application Center). Het vestigingsklimaat is dan ook vrij goed. “Wij starten hier vanwege de aanwezige talenten. Nederland heeft veel hoogopgeleide mensen, die goed Engels spreken. Ons land vormt een prima entree tot het continent. Er zijn wel verbeteringen nodig in bijvoorbeeld de arbeidswetgeving. Met name het ontslagrecht is relatief rigide. Verder zet ik vraagtekens bij de investeringsbelasting. Aan de ene kant subsidieert de overheid de investeringen en vraagt aan de andere kant belasting. Dit had toch allang afgeschaft moeten zijn.”
Branche slecht georganiseerd
Het vestigingsklimaat is weliswaar in orde, toch klaagt het ICT-bedrijfsleven over het gebrek aan ICT-bewustzijn van de politici. De volksvertegenwoordigers in Den Haag hebben niet altijd oog voor de ontwikkelingen in de sector en de gevolgen hiervan voor de maatschappij. Lundqvist vindt dat de politieke bewustwording toeneemt. “Zo heeft de politiek bijvoorbeeld de fiscale invulling van de PC voor privé-gebruik opgepakt. Dat is prima. Het gevolg is dat een groot deel van de bevolking nu de beschikking heeft over een computer en daarmee Internet op gaat. Hiermee hebben wij een voorsprong genomen op andere landen. Natuurlijk moet ICT tot aan het hoogste niveau van de politiek doordringen. Maar dit geldt ook voor het bedrijfsleven. De directies moeten begrijpen wat er gebeurt en er zelf ook mee omgaan.” En met dat punt is Lundqvist weer terug bij de kern van zijn betoog; de ondernemingen moeten niet wijzen naar de overheid, maar zelf investeren. Een goede organisatie van de branche is wel een noodzakelijk hulpmiddel om samen initiatieven op dit gebied op te zetten. De IBM-directeur betreurt dan ook de slechte organisatie van de branche. “Af en toe krijg ik het schaamrood op de kaken. Wij hebben nog steeds niet alle bedrijven ondergebracht bij een federatie. Wij zijn gewoon nog een stel pubers. De wil is best aanwezig. Dat het toch niet gebeurt, heeft vooral met de belangen van de ondernemingen te maken. Ook met egotripperij. Het gebrek aan organisatiegraad werkt absoluut in ons nadeel. De overheid krijgt op deze manier een chaotisch beeld van de sector. Wij moeten als bedrijfstak bestaan. En dan heb ik het over hardware- en softwarebedrijven, de dienstverleners, toeleveranciers en de ‘carriers’ zelf. Uiteindelijk horen de grote consultants er ook bij. Het duurt wel even voordat dit allemaal bij elkaar is. Ik voel me hierover duidelijk aangesproken en probeer dit continu onder de aandacht te brengen.”
Als de ICT-bedrijven zich beter organiseren, zullen de grote ondernemingen meer investeren in nieuwe toepassingen en dan heeft de digitale delta echt toekomst. In de kabinetsnota staat dat Nederland momenteel de zevende plek inneemt op de ICT-ranglijst. De overheid hoopt deze positie te verbeteren. Lundqvist waagt zich niet aan de voorspelling of dit gaat lukken. Na enig aandringen is hij toch bereid een blik in de glazen bol te werpen. “Waar Nederland in de nabije toekomst staat? Niet op de eerste of tweede plaats. Het gaat erom dat wij progressie boeken en bij de top-vier terecht te komen. Ik hoop dat dit lukt, maar daar is behoorlijk wat inspanning voor nodig. Het zou heel goed kunnen dat wij over een paar jaar gewoon nog op onze huidige positie staan.”
De aanloop, drie politici over de nota:
- Digitale Delta: Waar ligt prioriteit? (Wim van Velzen)
- Digitale Delta: Overheid moet meer doen (Marja Wagenaar)
- Digitale Delta: Tussensprint noodzakelijk (Hella Voûte-Droste)
Voorbeschouwing:
Interviews met kopstukken:
- Minister Jorritsma ziet zichzelf als aanjager
- Roel Pieper waarschuwt voor afwachtende houding
- Professor Van Vught: ‘Nota Digitale Delta ondermaats’
- VNO-NCW wil de ‘herendiscussie’ in het kader van ICT plaatsen
- Bodo Douqué: Investeer in IT-gerelateerde infrastructuur
- IBM-directeur Lundqvist noemt organisatiegraad branche slecht
- Fenit en Vereniging ICT Nederland kondigen krachtige lobby in Den Haag aan
- Hans Wijers: Overheid moet een stimulerende en faciliterende rol spelen