Aanpassing van de grondwet aan het Internettijdperk verschaft de ICT-branche meer duidelijkheid. Dit zegt Lodewijk Asscher, auteur van een rapport dat de gevolgen van de ICT-ontwikkelingen voor de grondrechten beschrijft. Zo zouden e-mailberichten voor eens en altijd onder het briefgeheim vallen.
Vorige week sprak de rechtbank in München Felix Somm vrij. De voormalig directeur van Internet-aanbieder Compuserve werd eerder tot twee jaar voorwaardelijke gevangenisstraf veroordeeld voor het verspreiden van kinderporno via het wereldwijde netwerk. De rechters in München denken er kennelijk anders over en achten Somm niet verantwoordelijk voor het verspreiden van porno.
De aansprakelijkheid van een Internet-provider is een van de vele juridische vraagstukken die kleven aan de ICT-ontwikkeling. De rechter moet er in vele gevallen aan te pas komen om een brug te slaan tussen het statische recht en de nieuwe technologieën. De vaak verouderde wetten staan onder druk. Zo heeft de regering de commissie ‘Grondrechten in het digitale tijdperk’ ingesteld die de millenniumbestendigheid onderzoekt van de grondwet, waarvan de eerste versie stamt uit 1815 en de laatste drastische wijziging uit 1983. De tekst spreekt dan ook nog over ‘drukpers’, ‘radio en televisie’, maar niet over Internet.
Knelpunten
Lodewijk Asscher heeft voor het Instituut voor Informatierecht (Ivir), verbonden aan de Universiteit van Amsterdam, de knelpunten geïnventariseerd die door ICT ontstaan in de grondwettelijke bescherming van vrijheid van meningsuiting (artikel 7) en het communicatiegeheim (artikel 13).
"Deze artikelen bieden bescherming tegen de overheid, maar niet tegen bedrijven of medeburgers. Dit stamt uit de tijd dat bijvoorbeeld de PTT nog een staatsbedrijf was. Verder biedt de huidige grondwet geen recht op ontvangen van informatie en op toegang tot communicatiemiddelen. Het gevaar is dat bedrijven op een indirecte manier Internetverkeer belemmeren, door bijvoorbeeld filters te plaatsen of met software te bepalen wat een gebruiker wel en niet kan doen."
Porno
In de ogen van Asscher is aanpassing van de grondwet noodzakelijk. Al is het maar om duidelijkheid te scheppen over een aantal kwesties. In het geval van Felix Somm vindt Asscher dat een vervoerder van informatie niet mag kijken naar de inhoud en dus ook porno moet afhandelen. "KPN kan ook niet zeggen dat seksgesprekken via de telefoon verboden zijn. Dat is in strijd met de vrijheid van meningsuiting. Natuurlijk zijn er wel grenzen en biedt het wetboek van Strafrecht mogelijkheden om bijvoorbeeld racistische teksten te beperken."
Een aangepaste grondwet kan ook de status van e-mail verduidelijken. "Deze berichten vallen onder het briefgeheim", zegt Asscher. "Een werkgever die de aansluiting van werknemers regelt, mag dan alleen in de post van zijn personeel kijken als hij hierover afspraken heeft gemaakt met de ondernemingsraad. De werknemers moeten het reglement onder ogen krijgen, zodat zij weten wanneer zij fout handelen."
Heldere wetgeving
Een aanpassing van de grondwet zal in de ogen van de jurist binnen de ICT-branche op weinig verzet stuiten. De wijzigingen doen niets af aan het anarchistische karakter van de elektronische snelweg. "Het is een aanzet voor heldere wetgeving, waarin duidelijk staat wat wel en niet mag op het gebied van bijvoorbeeld privacy en het aftappen van informatie door de politie. Op deze manier worden de grondrechten van de burger gegarandeerd." Een nadeel is in dit geval dat de rechter niet aan de grondwet mag toetsen. "Dat verbod mag wat mij betreft worden afgeschaft. In ieder geval is de grondwet een belangrijke richtlijn voor de wetgever. Het parlement moet met de grondrechten rekening houden."
De regering lijkt te streven naar een grondwetswijziging. Het is echter de vraag of de overheid kiest voor een behoudend of vergaand concept. Inmiddels rijzen twijfels over de ingestelde commissie, die werkt in het politieke krachtenveld, waardoor een compromisvoorstel voor de hand ligt. "De commissie moet zoveel mogelijk rekening houden met bestaande wetgeving, ingediende wetsvoorstellen en beleidsnotities. Daar is al eerder kritiek op geleverd: deze stukken moeten rekening houden met grondrechten en niet andersom", schrijft professor Gerard Schuijt in het juridische tijdschrift Mediaforum. Het rapport van Asscher is beschikbaar op http://www.ivir.nl.