Het enthousiasme van de gebruikers is duidelijk, maar hoe kun je geld verdienen aan software die gratis van Internet gehaald kan worden en die onbeperkt gekopieerd mag worden? Tijd om eens te kijken naar ‘business modellen’ voor ‘open source’ software.
De broncode van open source software (OSS) is per definitie vrij beschikbaar en het staat iedereen vrij die code te verbeteren of aan te passen aan eigen behoeften. Maar dat wil nog niet zeggen dat gebruikers dat ook zelf moeten doen. Je hebt de vrijheid om zelf aan de broncode te sleutelen, maar bent daartoe geenszins verplicht! Doen zich problemen voor met ‘open source’ software dan staan de oplossingen wel ergens op Internet of worden suggesties via ‘mailing lists’ aangedragen. Niet iedereen wil zo op Internet grutten en voor veel bedrijven loont het niet de moeite om daar eigen mensen op te zetten. Het blijkt dat de meeste gebruikers bereid zijn te betalen voor de toegevoegde waarde van een mooie verpakking, documentatie, ondersteuning, aanpassing op maat, unieke extra’s, advies, opleiding en professionele garanties.
In de Verenigde Staten, en met name in Silicon Valley, heerst een enorme bedrijvigheid in het uitproberen van businessmodellen: hoe kunnen we (meer) klanten krijgen, hoe kunnen we onze (potentiële) klanten beter bedienen, waar gaat het met Internetsnelheid in de softwarewereld naar toe, hoe zorgen we er voor dat er een actieve, ondersteunende ‘community’ ontstaat rond ons product, hoe kunnen we een goed belegde boterham verdienen aan ‘open source’ software? Sinds drie jaar zijn daar ook verscheidene durfkapitaalfirma’s bij betrokken. Hieronder volgt een overzicht van business-modellen aan de hand van Amerikaanse voorbeelden. Dit verhaal gaat dus niet over de inmiddels ontelbare bedrijven die geld besparen door het inzetten van ‘open source’ software. Onderstaande business-modellen zijn niet strikt gescheiden en de vele lenige, startende bedrijven staan niet stil. Dit overzicht biedt dus niet de definitieve blauwdruk, maar wel een verkenning van de mogelijkheden voor OSS-bedrijven.
Bundeling en ondersteuning
‘Open source’ software kan gratis van Internet gehaald worden, maar aan een handzame bundeling van al die afzonderlijke pakketten, advies en toegang tot een help-desk hechten veel gebruikers wel degelijk waarde. En daarvoor willen zij betalen ook. Deze reële inkomstenbron is bijvoorbeeld aantrekkelijk voor bedrijven die zich richten op het samenstellen van distributies (complete ‘open source’ pakketten) op basis van het Linux-besturingssysteem. De basis van al die bundelingen (het Linux-besturingssysteem en de verzameling ‘open source’ software) is vrijwel gelijk. De verschillen zitten in de configuratie, meegeleverde toepassingen en handleiding. Omdat er zo weinig verschillen zijn, is naamsbekendheid heel belangrijk. Bob Young van marktleider Red Hat noemt dit het ‘ketchup-effect’: iedereen kan ketchup maken, toch is er één bedrijf dat 80 procent van de markt heeft. De meeste distributies worden voor pakweg 50 dollar verkocht.
Zoals niet ongewoon in de software-business zijn de inkomsten uit de dienstverlening rond het product belangrijker dan die uit de directe verkopen. De distributeurs verlenen tegen betaling ondersteuning voor hun eigen distributie. Maar hebben gebruikers – gegeven de betrouwbaarheid, stabiliteit en veiligheid van Linux – wel behoefte aan ’tech-support’? Computable belde met Michael Prince, directeur informatietechnologie van een groot kledingconcern, dat bezig is geheel over te schakelen op Linux. Prince vergelijkt het ondersteuningscontract dat hij bij Red Hat heeft afgesloten met een brandverzekering: het geeft gemoedsrust. "Ik ga ervan uit dat wij er niet vaak een beroep op hoeven te doen. Maar het is voor mijn bedrijf veel profijtelijker dat specialisten, zoals de experts van Red Hat, naar een probleem kijken dan mijn medewerkers. Het is immers niet de hoofdactiviteit van mijn kledingconcern om gedetailleerde kennis van een besturingssysteem te vergaren." Een dergelijke redenering geldt voor vrijwel alle bedrijven en tevens voor andere ‘open source’ software.
Professionele diensten
Naarmate OSS meer gebruikt wordt, groeit de behoefte aan professioneel bedrijfsadvies (hoe OSS optimaal in te zetten) en gegarandeerde technische ondersteuning. En naarmate er meer advies en ondersteuning voorhanden is, zal het gebruik van dergelijke software toenemen. Dat is de zichzelf versterkende kringloop waar bedrijven, die willen fungeren als een ‘one stop shop voor OSS’, op mikken. De inkomstenbronnen en het uurtarief voor deze professionele dienstverlening zijn vergelijkbaar met die voor diensten voor ‘gesloten broncode software’.
Linuxcare is het eerste bedrijf dat zich exclusief richt op dienstverlening rond Linux. Linuxcare levert maatwerk, zoals advies bij het implementeren van Linux, en technische ondersteuning aan bedrijven. Ook verzorgt het bedrijf cursussen en certificering van hardware. Het bedrijf is ‘distributie-neutraal’: je kunt er terecht met vragen betreffende vrijwel alle distributies en hardware platformen (Alpha, Intel, MIPS, PowerPC, Sparc en Strongarm). Linuxcare biedt een schakering aan ondersteuningspakketten: van tien incidenten per jaar gedurende kantooruren tot onbeperkt, dag en nacht. Een samenvatting van een interview met twee van de oprichters is elders in een kader te lezen.
Hybride
Bij het ‘hybride business-model’ is het uitgangspunt een ‘open source’ product, dat tegen betaling uitgebreid kan worden met hulpmiddelen (zoals een grafische interface voor gemakkelijker configureren) en ‘gesloten’ applicaties. Daarnaast vormen maatwerk, implementatie, training en advies reële inkomstenbronnen. Er zijn de afgelopen twee jaar nogal wat bedrijven in deze categorie bijgekomen.
Uit succesvolle ‘open source’ projecten zijn al commerciële bedrijven voortgekomen – projecten waarbij ontwikkeling en onderhoud uit balans waren geraakt. Zo is het bedrijf Sendmail mede opgericht door de oorspronkelijke auteur van het programma dat nu 75 procent van alle e-mail via Internet afhandelt. Hij was met een team vrijwilligers op het laatst alleen nog maar bezig met onderhoud, terwijl andere softwareleveranciers hun gesloten en incompatibele producten probeerden aan de man te brengen. Sendmail kan nu zowel bijdragen aan verdere ontwikkeling van een open standaard als extra’s en maatwerk leveren tegen betaling. Een ander voorbeeld is Cygnus Solutions, ’s werelds eerste ‘open source’ bedrijf. Het bedrijf levert ‘GNU tools’ en software voor ingebedde systemen. Michael Tiemann, mede-oprichter van Cygnus en dus ‘open source’ zakenman van het eerste uur, vertelde: "Cygnus is in 1989 gestart zonder financiering van buiten en onze activiteiten zijn vanaf het begin winstgevend geweest! Gaandeweg deden zich zoveel mogelijkheden voor, dat we in 1997 voor versnelde, verdere groei met durfkapitaalverschaffers in zee zijn gegaan."
Ook hebben enkele commerciële softwarebedrijven hun bestaande ‘gesloten’ software ‘geopend’. De gedachte is dat het zichtbaar maken van de broncode, indien die goed gestructureerd en knap geschreven is, de naamsbekendheid en reputatie van het bedrijf vergroot. Het gratis ter beschikking stellen nodigt gebruikers uit om het product te testen en verbeteringen voor te stellen. Hopelijk gaan ze voor commerciële extra’s en ondersteuning als eerste bij het ‘moederbedrijf’ te rade, dat daar de gangbare tarieven voor rekent. Voor laatkomers in een druk marktsegment biedt het gedeeltelijk opengooien misschien wel een laatste kans op succes. Eveneens in een apart kader is een interview opgenomen met de ‘venture capitalist’ Hadar Pedhazur, die het managementteam van één van zijn portfolio-bedrijven ervan wist te overtuigen de broncode te open te breken.
‘Slagroom op de taart’
Leveranciers van hardware (‘de taart’) kunnen hun concurrentiepositie verbeteren door gratis de bijbehorende ‘open source’ software (‘slagroom’) mee te leveren. Het gaat hier om besturingssystemen, software voor het aansturen van randapparatuur, configuratie-hulpmiddelen of compilers. De hardwareleverancier krijgt een grotere groep ontwikkelaars en gratis software-aanpassingen (‘poorten’). Zijn inkomsten blijven afkomstig uit het verkopen van de hardware.
SGI’s vice-president Beau Vrolyk verwoordde het tijdens de Open Source Software Conventie aldus: "Het ‘open source’ software ontwikkelingsmodel heeft de toekomst. De trend is onomkeerbaar: besturingssystemen worden ‘commodities’, gratis als water. Hardwareleveranciers als SGI zullen er alles aan doen om die trend te versnellen, want wij willen concurreren op basis van onze hardware. SGI heeft meer dan tweehonderd ontwikkelaars op Linux gezet en investeert enthousiast in Linux-bedrijven.’ SGI geeft uitgebreide informatie over hun bijdragen aan ‘open source’ softwareprojecten op zijn website (evenals trouwens IBM, HP en andere gerenommeerde bedrijven).
Geoptimaliseerde hardware
Met een ‘open source’ besturingssysteem als uitgangspunt, kunnen bedrijven hardware verkopen, die geoptimaliseerd en uitgetest is voor dat besturingssysteem. Op de golf van de populariteit van het besturingssysteem wordt hun apparatuur verkocht. Een voorbeeld hiervan is VA Linux Systems.
Dit bedrijf is vanaf de oprichting in 1993 uitgegaan van Linux en levert helemaal daarop toegesneden computersystemen. Eind vorig jaar telde het bedrijf twintig medewerkers; nu zijn dat er 170. VA Linux Systems heeft inmiddels elf vestigingen en er zijn uitbreidingsplannen gericht op Europa. Chris DiBona is bij VA Linux Systems aangetrokken als ‘evangelist’ om de contacten met de Linux-gemeenschap te onderhouden. Hij voorziet een enorme groei: "Potentiële kopers kunnen nu natuurlijk ook bij Dell en Compaq terecht, maar wij hebben de experts die de interfaces, speciale drivers, enzovoort, geschreven hebben. Voor specifieke wensen zijn mensen dus bij ons beter af." En dat het bedrijf diep geworteld is in de Linux-gemeenschap is volgens DiBona ook heel waardevol. "Een deel van onze marketing wordt gedaan door de ‘community’: mond tot mond reclame is erg belangrijk voor ons. Het is heel effectief en het kost relatief weinig".
Makelaars, boeken, conferenties
Er tekent zich een behoefte aan een soort marktplaats voor OSS-programmeurs af. Enkele bedrijven proberen daarop in te spelen, bijvoorbeeld Collab.net. Dat bedrijf wil de diensten en de infrastructuur leveren voor de verdere ontwikkeling van ‘open source’ software.
Het eerste project, ‘sourceXchange’, is een initiatief om vraag en aanbod voor OSS-programmeurs bij elkaar te brengen. Dit gebeurt via de website http://www.sourcexchange.com, waar HP (bedenker van het plan) als eerste een aantal wensprojecten heeft neergelegd. Collab.net bemiddelt bij eventuele problemen tussen bedrijf en programmeur. De inkomstenbron is een opslag op de projectkosten, te betalen door de bedrijven.
"Wie heeft er een boek van uitgeverij O’Reilly?" vroeg Eric Raymond, OSS-deskundige, tijdens de Open Source Software Conventie. Iedereen in het publiek stak een hand op. "Wie heeft een boekenplank vol met boeken van O’Reilly?" was Raymonds vervolgvraag.
De conclusie was duidelijk: Tim O’Reilly, oprichter en directeur van de gelijknamige uitgeverij, heeft veel succes geboekt met het verkopen van goede boeken over OSS. O’Reilly & Associates organiseert tevens allerlei conferenties over ‘open source’ onderwerpen, waaronder de populaire Perl-bijeenkomsten en de recente Open Source Software Conventie.
Nog volop vragen, toch actie
De ontwikkeling van het ‘open source’ software model is nauw verbonden met Internet. Zoals bekend berust het Internet op open standaarden en draait het grotendeels op OSS: voorwaarden voor de explosieve groei van het Internetgebruik. Omgekeerd maakt Internet communicatie mogelijk tussen software-ontwikkelaars en signaleerders van fouten (testers en gebruikers), waar ook ter wereld. Bovendien kan nieuwe software heel efficiënt verspreid worden. Sceptici kunnen het nog niet helemaal bevatten. Zo stelt Microsoft dat ‘de mogelijkheid van het OSS-ontwikkelingsproces om de gezamenlijke intelligentie van duizenden individuen via Internet aan te wenden gewoonweg verbazingwekkend is’ (citaat uit een interne notitie, die naar de pers is gelekt).
De OSS business-modellen zijn nog niet uitgekristalliseerd en er is nog veel discussie over de voor- en nadelen van de diverse licentie-modellen. Tevens is nog niet helder of het openen van de broncode van bepaalde applicaties tot dezelfde netwerkeffecten zal leiden als bij ‘infrastructuur software’ (besturingssystemen en Internetsoftware zoals Apache en BIND). Een andere vraag is hoe het vrijgeven van de broncode het beste begeleid kan worden, opdat een actieve gemeenschap van gebruikers en ontwikkelaars ontstaat. Er wordt volop geëxperimenteerd met business-varianten en meer of minder vrij te gebruiken software. Niettegenstaande al die vragen wordt in de VS inmiddels onderkend dat ‘open source’ software en Internet de software-wereld op zijn kop gaan zetten. Gratis ‘downloads’, diensten via Internet en de uitgebreide schakering aan dienstverlening door OSS-bedrijven zullen deels in de plaats komen van de traditionele softwaredozen in plastic verpakking. Voor de Nederlandse ICT, die een sterk dienstverlenend karakter heeft, biedt deze ontwikkeling mooie kansen. Ook wie het allemaal niet zo ziet zitten, zal toch moeten opletten wat de concurrenten doen. Wie nu de kansen laat lopen, heeft straks het nakijken.
Caroline Beijer, freelance medewerker
Website-adressen en meer informatie
UIT HET COMPUTABLE ARCHIEF:
https://www.computable.nl/artikels/archief8/d42ra8jv.htm
Achtergrond: ‘Waterdichte Software’, Henk Klöpping
https://www.computable.nl/artikels/archief9/d21ag9ks.htm
Achtergrond: ‘Linux, het redelijk alternatief’, André Ritsema
OSS BUSINESS-MODELLEN
http://people.netscape.com/hecker/setting-up-shop.html.
‘Setting Up Shop: The Business of Open-Source Software’, Frank Hecker
http://www.tuxedo.org/~esr/writings/cathedral-bazaar/cathedral-bazaar.html
‘The Cathedral and the Bazaar’, Eric Raymond
http://www.tuxedo.org/~esr/writings/magic-cauldron/magic-cauldron.html
‘The Magic Cauldron’, Eric Raymond
http://www-4.ibm.com/software/developer/library/license.html
‘How to make money with OSS’, Donald Rosenberg
VOORBEELDEN VAN OSS-BEDRIJVEN IN DE VS
Bundeling en ondersteuning
http://www.redhat.com
Linux-distributeur
http://www.caldera.com
Linux-distributeur
http://www.turbolinux.com
Linux-distributeur (voorheen Pacific HiTech genaamd)
Professionele diensten
http://www.linuxcare.com
‘One stop Linux shop’ voor de Global-1000 bedrijven
http://www.linuxcare.com/resources_business/whitepaper/index.epl
‘Linux comes of age. An Industry Briefing paper’, door Linuxcare
http://www.beopen.com
‘One stop shop’ voor ‘open source’ applicaties
Hybride
http://www.sendmail.com
Sendmail Inc. levert extra’s voor het programma sendmail
http://www.scriptics.com
Scriptics Corp. levert extra’s voor Tcl/Tk
http://www.activestate.com
Activestate Tool Corp. levert hulpmiddelen voor Perl
http://www.cygnus.com
Cygnus Solutions, leverancier van GNU-tools en software voor embedded systemen
http://www.digicool.com
Digital Creations, levert maatwerk en ondersteuning voor Zope
http://www.digicool.com/Library/FTPB/Slides/0/1/viewSlide
‘Open Source, Business Models, and Venture Capitalism’, presentatiedia’s
http://www.leverage.com
Leverage Information Systems levert maatwerk en ondersteuning voor Locomotive
http://www.opensales.com
Open Sales levert maatwerk en ondersteuning voor Open Merchant
Hardware met ‘slagroom op de taart’
http://www.cobaltnet.com/
Cobalt Networks levert Internet servers (op Linux)
http://www.rebel.com
Rebel.com heeft de Netwinder divisie van Corel overgenomen. De Netwinder is een Internet-server (op Linux)
http://www.whistle.com
Whistle Communications, leverancier van een Internet-server (op Free BSD)
Hardware geoptimaliseerd voor OSS
http://www.valinux.com
VA Linux Systems, levert Linux-computersystemen
http://www.penguincomputing.com
Penguin Computing, levert Linux-computersystemen
Makelaars
http://www.sourcexchange.com
een online marktplaats voor vraag naar en aanbod van OSS-ontwikkelaars
http://www.cosource.com
een online marktplaats voor vraag naar en aanbod van OSS-ontwikkelaars
Nevenactiviteiten
http://www.oreilly.com
Uitgeverij en ‘open source’ promotor O’Reilly & Associates
http://www.oreilly.com/catalog/opensources/book/toc.html
Het boek ‘Voices from the OS revolution’ nu ook online
http://www.geekcruises.com/main.html
Geek Cruises Inc., organisator van educatieve cruise-tochten
‘OPEN SOURCE’ BIJ GROTE BEDRIJVEN
http://www.ibm.com/developer/linux/
IBM’s Linux informatie
http://www10.software.ibm.com/developerworks/opensource/
IBM’s ‘open source’ commitment
http://oss.sgi.com/
OSS-projecten bij SGI
http://internetsolutions.enterprise.hp.com/linux/
HP’s ‘open source’ commitment
http://www.publicsource.apple.com
‘Open source’ projecten bij Apple
De oprichters van Linuxcare
Linuxcare is een mooi voorbeeld van de dynamiek van starters in Silicon Valley. Aanvankelijk waren de oprichters van Linuxcare, Arthur Tyde, David Sifry en David LaDuke, bezig met hun startend bedrijfje ‘Securemote’, dat een open source ‘Virtual Private Network’ (VPN) server voor Linux leverde. Een goed idee, maar te laat op de markt, zoals ze zelf zeggen. Ondertussen werd de behoefte aan professionele ondersteuning en dienstverlening voor Linux steeds duidelijker. Met de ervaring van hun eerste bedrijfje – bedrijfsplan opstellen, uitgaven en inkomsten, marketing – nog vers in het geheugen en problemen met teleurstellende technische ondersteuning in vroegere banen in gedachten, hebben zij hun bedrijf opnieuw opgezet.
Tussen augustus vorig jaar en de lancering in maart van dit jaar zijn zij zeer druk in de weer geweest om een solide technisch ondersteuningssysteem op te zetten en hebben zij van enkele privé-investeerders geld gekregen. In mei had Linuxcare de eerste financieringsronde met Kleiner Perkins Caufield en Byers, één van de meest gerenommeerde durfkapitaal-firma’s in Silicon Valley. Het bedrijf telt inmiddels tachtig medewerkers. De stevige wortels in de Linux-gemeenschap – Arthur Tyde heeft zes jaar geleden de Bay Area Linux Users Group opgericht en David Sifry was er vanaf de eerste bijeenkomst bij – hebben zeer zeker bijgedragen tot het aantrekken van de beste experts.
Een uitgebreid interview met Arthur Tyde, vice-president en David Sifry, directeur Technologie.
Koolstof en silicium
Waarom durfkapitaalverschaffers KPCB?
Kleiner Perkins heeft veel verstand van investeren in ‘paradigm shift companies’, waartoe ook Linuxcare behoort en die ervaring en kennis, gecombineerd met hun connecties, vormden voor ons de voornaamste redenen.
Tijdens een presentatie bij de Open Source Software Conventie in augustus in Monterey zei David dat de ‘op koolstof gebaseerde’ dienstverlening niet lekker ‘schaalt’ (proportioneel meer mensen aannemen) en dat Linuxcare het daarom ‘Silicium-gebaseerd’ doet. Hoe werkt dat?
De aanpak van Linuxcare richt zich op het gebruik van technologie om de organisatie zo effectief en efficiënt mogelijk te laten groeien. De ondersteuning van onze klanten, de ‘Global-1000’ bedrijven, met hun zwaar-technologische problemen werkt als volgt:
Onze klant kan een vraag per web, e-mail of telefoon invoeren (de meesten kiezen gelukkig voor web of e-mail). De vraag wordt automatisch opgenomen in ons systeem ‘Care Tracker’ en de klant krijgt een e-mail met URL. Via die URL kan de klant de status zien en, indien aan de orde, extra informatie over het probleem invoeren. Als de vraag behandeld is, worden vraag en antwoord automatisch veralgemeniseerd. We verwijderen bedrijfsspecifieke informatie en voegen een technische notitie toe aan ons kennisbestand. Onze klanten hebben toegang tot dit bestand. Wanneer iemand anders eenzelfde probleem tegenkomt, kan hij dus het antwoord in het kennisarchief vinden. Ook de Linuxcare-medewerkers kijken als eerste in het kennisbestand en kunnen vaak meteen het antwoord sturen. Een ander voorbeeld van onze ‘Silicium-aanpak’ is de lijst met de meest gestelde vragen die elke nacht automatisch gemaakt wordt. Als een nieuw issue opduikt, zal die snel bovenaan de lijst belanden.
Wat is jullie kennisbestand?
We hebben alle verschillende informatie die op Internet over Linux te vinden is verzameld: ‘mailing lists’, nieuwsgroepen, howto’s, de lijsten met veel gestelde vragen, de broncode van de verschillende distributies, enzovoort. Een deel van die informatie spreekt elkaar tegen of is niet meer volledig. Wij zijn gaandeweg bezig om de foutieve antwoorden te verwijderen en de goede antwoorden te verduidelijken en uit te breiden. Een gedeelte van het kennisbestand is exclusief voor onze klanten, maar het grootste deel is via onze website voor iedereen gratis toegankelijk. Onze klanten betalen voor maatwerk. Daarnaast gaan we ons ook richten op pro-actieve diensten. Stel dat er bijvoorbeeld ’s nachts een ‘security patch’ voor een ftp-server beschikbaar is gekomen. Dan kunnen wij die automatisch aanbrengen bij die klanten met wie we voor dergelijke situaties een contract hebben.
Opleiding en certificaten
Linuxcare doet toch veel meer dan ‘alleen maar’ technische ondersteuning?
Jazeker! Naast de gehele week 24-uurs ondersteuning leveren we professionele diensten, verzorgen wij onderwijs (Linuxcare University) en hebben wij een certificeringsprogramma voor hardware (Linuxcare Labs).
Onze professionele diensten richten zich op engineering, bijvoorbeeld hardware-leveranciers helpen bij een Linuxpoort naar hun platform, en op business-analyse. Zo zijn we nu bijvoorbeeld voor een grote bank bezig om te kijken hoe zij Linux het beste in kunnen zetten om geld te besparen en de betrouwbaarheid en veiligheid te vergroten. Linux is immers geweldig voor veel toepassingen, maar er zijn andere toepassingen waarvoor het nu nog te vroeg is. Onze experts analyseren de situatie en komen met een oplossing die het beste is voor die klant.
En hoe zit het met jullie Universiteit en Lab?
Wij hebben een curriculum opgesteld en dat in licentie gegeven aan partners, die trainingen geven. Wij trainen zogezegd de trainers. Ons Lab (zie http://labs.linuxcare.com) certificeert hardware, bijvoorbeeld computers van Dell, HP, Compaq. Ons certificaat garandeert dat de computer goed op Linux draait.
De aankondiging dat jullie ook ondersteuning gaan leveren voor Star Office van Sun, leidt natuurlijk tot de vraag of Linuxcare ook toepassingen gaat ondersteunen.
Linuxcare richt zich op Linux en de ‘open source’ software die daar omheen kan zitten, zoals Apache, BIND, Samba. Een volgende stap omvat toepassingen waarvan de broncode beschikbaar is. Wij hadden helemaal niet gepland om dat nu al te gaan doen, maar toen Sun ons benaderde met hun voorstel konden we dat echt niet laten lopen.
Durfkapitalist Hadar Pedhazur
Tijdens de Open Source Software Conventie in augustus in Monterey, Californië, gaven Paul Everitt, directeur van Digital Creations, en Hadar Pedhazur, partner van durfkapitaalfirma Verticality Investment Group en lid van de raad van bestuur van Digital Creations, een presentatie over de beweegredenen om de broncode voor hun product vrij te geven. Naar aanleiding van die presentatie (http://www.digicool.com/Library/FTPB/ ) enkele vragen aan Hadar Pedhazur.
Durfkapitaalverschaffers in Silicon Valley lijken vooral op zoek naar managementteams die de volgende generatie ‘wat dan ook’ kunnen neerzetten. Dergelijke successen maken de vele missers en ‘break-even’ investeringen meer dan goed. Kun je zeggen dat investeringen in ‘open source business’ weliswaar winstgevend, maar geen gouden klappers zullen zijn?
Daar valt nog niets over te zeggen. We hebben nog maar één ijkpunt, namelijk de beursgang van Red Hat. De durfkapitaalverschaffers die in Red Hat investeerden, hebben toch een meer dan leuke ‘Return on Investment’ gekregen? Kleiner Perkins Caufield en Byers (KPCB) heeft 20 miljoen dollar in Linuxcare geïnvesteerd. We weten nog niet of dat een ‘winner’ zal zijn, maar wel dat KPCB geen geld investeert voor een matige ROI (rendement op investering). Zij geloven dus wel dat het een groot succes zal zijn. (Linuxcare doet geen uitspraken over financiële injecties en kon het bedrag dus niet bevestigen, CB). Veel ‘open source’ softwarebedrijven hebben minder geld nodig om hun plannen uit te voeren, op voorwaarde dat ze goed geleid worden uiteraard. Met een kleinere risicodragende investering kunnen de mogelijk lagere winsten dus toch een hele aantrekkelijke ROI produceren.
Het lijkt erop dat de meeste OSS business-modellen zich richten op dienstverlening. Klopt dat?
Ja, maar vergis je niet, dienstverlening is een heel breed begrip; het is veel meer dan alleen maar technische ondersteuning.
Jawel, maar een service business-model tolereert geen superhoge marges en ‘schaalt’ niet goed.
Inderdaad, maar Digital Creations wil zijn OSS-basis als een soort hefboom benutten om een hogere marge voor consultancy te realiseren en om zijn klanten méér waarde in kortere tijd te leveren. Met andere woorden: onze marge gaat omhoog, terwijl de kosten voor onze klanten omlaag gaan. Wat een concept!
Vrije broncode
U hebt het bedrijf weten te overtuigen om de broncode van zijn product vrij te geven met als argumentatie dat het zo honderdmaal meer gebruikers in drie maanden zal genereren, sneller naamsbekendheid zal krijgen en bovendien, wat is de waarde van een ‘moordtoepassing’ wanneer niemand weet dat je die hebt?!
Klopt.
Waarom zou het vrijgeven van de broncode ‘honderdmaal meer gebruikers in drie maanden’ genereren?
Mensen gaan dingen uitproberen die gratis en gemakkelijk beschikbaar zijn. Als er bovendien een groep is, die nieuwkomers opvangt en vriendelijk vragen beantwoordt, dan zal dat helemaal mensen aantrekken. En als de broncode beschikbaar is, wordt dit nog meer versterkt. Nou, ik zei wat ik zei, nadat ik geïnvesteerd had. Ik wist dus hoe geweldig hun technologie was. Met andere woorden, ik wist dat als zij hun ‘blueprint’ aan de wereld zouden laten zien, iedereen zou inzien dat die beter is dan andere applicatie-servers. Ik zeg dus niet dat opengooien van de broncode altijd een honderdvoudige toename in gebruikers zal genereren. Integendeel, soms zal de wereld gaan gapen …
Tijdens de presentatie zeiden jullie dat ‘opensourcen’ voor het bedrijf ‘een groter aantal opties en platformen’ genereert. Kunt u hiervan voorbeelden geven? (http://www.digicool.com/Library/FTPB/Slides/e18704/e19155/viewSlide)
Wij draaien nu op veel meer besturingssystemen dan we ooit zelf hadden kunnen onderhouden. Met ‘opties’ bedoel ik dat de ‘community’ een speciaal interface heeft gemaakt en iemand heeft onze PCGI in Apache ingebouwd. En een ander knutselde wat aan ons Zope-product en kwam zo met Squishdot, een soort Slashdot-product, dat nu al heel veel gebruikt wordt. (Slashdot is een zeer populaire website voor OSS-programmeurs, CB.
Op diezelfde dia hebben jullie het over "diepere relatie met klanten". Dat is zeker als gevolg van het specifieke maatwerk dat jullie voor klanten doen?
Inderdaad. Daarnaast is bovendien verdieping mogelijk, omdat de klant niet langer bang hoeft te zijn voor onze ‘agenda’. Wij kunnen nooit zodanig van richting veranderen, dat de klant voor het blok komt te staan. Zij hebben alle broncode en kunnen dus anderen inhuren, mochten wij ze teleurstellen. Met andere woorden, de klanten zijn de baas en dat maakt het mogelijk dat zij ons meer bij hun behoeften betrekken: ze hoeven absoluut niet bang te zijn, dat wij die grotere kennis gaan gebruiken om ze aan ons te binden.