In de jaren tachtig was de slogan nog ‘alle kernwapens de wereld uit’. Nu, met het derde millennium voor de deur, nemen de Verenigde Staten en Rusland genoegen met het streven de onzekerheid over kernraketten uit de wereld te helpen. De supermogendheden openen daartoe op een luchtmachtbasis in de staat Colorado een gezamenlijk centrum: het Center for Year 2000 Strategic Stability. Maar of het initiatief aan zijn doel beantwoordt …
Op 13 september ondertekenden de Amerikaanse staatssecretaris van Defensie William Cohen en de Russische defensieminister Igor Sergeyev een overeenkomst waarin zij besluiten tot de oprichting van het ‘stabiliteitscentrum’. De oprichting, gemeld door de Information Technology Association of America (Itaa) in Arlington, is bedoeld om vertrouwen te kweken bij vooral de Amerikaanse bevolking. De specialisten van het centrum op luchtmachtbasis Peterson, moeten het onvoorspelbare gedrag van – met name Russische – raketsystemen het hoofd gaan bieden door uitwisseling van kennis en informatie. Maar zij dienen volgens de toelichtingen die werden gegeven bij de ondertekening van het samenwerkingsakkoord, ook een oplossing te vinden voor de vraag ‘wat te doen bij Blind Vliegen’. Dit is een situatie die optreedt als de waarschuwingssystemen tegen raketaanvallen uitvallen en de spanning oploopt.
Geste
Sommigen liggen hier niet wakker van. Analist Jim Lucier van Prudential Securities, gespecialiseerd in millenniumproblemen, ziet de oprichting van het centrum vooral als een geste met symbolische waarde. "Het militaire belang van het stabiliteitscentrum is waarschijnlijk minimaal", aldus Lucier. Om daaraan toe te voegen: "We verwachten wel dat belangrijke systemen in Rusland zullen uitvallen vanwege jaar 2000-problemen. We hebben geen idee hoe kwetsbaar de Russische raketten zijn voor toevallige lanceringen." De analist ziet daarom de noodzaak tot initiatieven in. "Maar gezien de berichten tot dusver, betwijfel ik dat het stabiliteitscentrum een substantieel project zal worden."
Cohen gaf tijdens de ondertekeningsceremonie met zijn Russische ambtgenoot aan dat het centrum zowel het ‘Blind Vliegen’ als andere problemen zal aanpakken. "We zullen de Russen andere actuele operationele informatie verschaffen over destabiliserende gebeurtenissen die mogelijk het gevolg zijn van de uitdagingen waarvoor de computer ons voor het jaar 2000 stelt." Cohen noemde als voorbeeld het schenden van een luchtruim als voortvloeisel van computerproblemen. "Dit delen van informatie zal de kans verkleinen dat een computerfout pal voor het einde van het jaar een veiligheidsincident veroorzaakt."
Vertegenwoordigers van de landen zullen zich op Peterson de komende maanden bezighouden met de millenniumproblemen die zich mogelijk voordoen in de raketsystemen van beide landen. Ook krijgen zij naar verwachting een coördinerende rol tijdens de millenniumovergang; zij zullen zonodig waarschuwen over verstoringen in de (aanvals- en/of waarschuwings)systemen die een antwoord van het andere land zouden kunnen uitlokken.
Koude oorlog
Met het ‘stabiliteitscentrum’ grijpen de autoriteiten terug op een systeem dat ook op het hoogtepunt van de Koude Oorlog zijn diensten bewees: het verminderen van spanningen door het kunnen volgen van het gedrag van de ander. President Eisenhouwer stelde in de jaren vijftig voor dat de Verenigde Staten en Rusland hun luchtruimen daartoe openstelden voor elkaar.
De Democratische senator Christopher Dodd, vice-voorzitter van de Senaatscommissie voor jaar 2000-aangelegenheden, stelde onlangs voor om China, India en Pakistan te betrekken in het initiatief.
Ontregeld
De oprichting van het centrum werd de afgelopen maanden ontregeld door politieke spanningen tussen Rusland en de Verenigde Staten. Sergeyev verwees hiernaar tijdens de ondertekeningsceremonie: "De relaties tussen Rusland en de Verenigde Staten, ook op militair gebied, zijn de afgelopen zes maanden danig op de proef gesteld. Het gezond verstand heeft ons echter in staat gesteld compromissen te bereiken."
Sinds 1992 heeft de Verenigde Staten volgens Itaa meer dan 1,7 miljard dollar uitgetrokken om Rusland te helpen zijn nucleaire, chemische en biologische wapens de verminderen. In de komende vijf jaar komt daar nog eens twee miljard dollar bij. Hoeveel geld Rusland zelf in de bestrijding van de lacunes in zijn computergestuurde militaire systemen heeft gestoken, is onbekend.