Het zal u niet zijn ontgaan: op 2 september 1999 was het dertig jaar geleden dat Internet – of eigenlijk de voorloper ervan, Arpanet – werd geboren.
Op 2 september 1969 sloot Leonard Kleinrock in zijn werkkamer op Ucla (University of California in Los Angeles) de pas gearriveerde IMP (Interface Message Processor) aan op zijn computer, de Sigma 7 van Scientific Data Systems. Enkele dagen later vlogen de pakketjes heen en weer tussen de IMP en de host. Kleinrock zag een droom in vervulling gaan: ‘packet switching’ werkte!
Ucla was in september 1969 op dat moment het eerste en enige knooppunt in het Arpanet. De IMP – tegenwoordig zouden we spreken van een router – was een Honeywell DDP-516 minicomputer die firma BBN (Bolt, Beranek en Newman) uit Boston had omgebouwd. Het apparaat had de afmetingen van een kleine koelkast. BBN had de opdracht binnengesleept nadat onder andere IBM en AT&T weigerden aan het overheidproject mee te doen. Packet Switching was volgens deskundigen uit beide bedrijven onmogelijk, dan wel veel te duur. De Arpa-managers moesten voortdurend opboksen tegen een negatieve houding over het hele idee van netwerken. Waarom zouden computers in vredesnaam met elkaar moeten communiceren?
Op 1 september 1969 leverde BBN exact op de dag van de deadline de eerste IMP van het Arpanet af bij Len Kleinrock in Californië. Kleinrock was tevreden. Hij was immers degene geweest die al in 1961 de theoretische fundering voor packet switching had uiteengezet in een paper getiteld Information Flow in Large Communication Nets.
Op basis van Kleinrocks theorie ontwierpen de ingenieurs van BBN – waaronder Robert Kahn – de hardware en de software voor Arpanet. Zij gingen daar zo in op dat een aantal medewerkers op 16 juli 1969 niet eens de tijd namen de eerste stappen van Neil Armstrong op de maan te zien. Anno 1999 is het leuk om te filosoferen welke doorbraak belangrijker was: Apollo XI of Arpanet.
Feest
Kleinrock en zijn medewerkers waren nog niet klaar met de interface tussen de IMP en de host toen de ijzeren kast met de Honeywell/BBN computer – tot hun schrik -op tijd werd aangeleverd. Maar de dinsdag na de aflevering was het zover. Kleinrock: "Iedereen die iets te maken had met het project, was aanwezig om te zien of het werkte. En iedereen stond klaar om een beschuldigende vinger te wijzen wanneer het niet zou werken." Met iedereen bedoelt Kleinrock, vertegenwoordigers van BBN, Honeywell, AT&T, Scientific Data Systems en uiteraard mensen op de computerafdeling van Ucla. Maar helaas voor sommige aanwezigen: het werkte.
Kleinrock: "Het werkte fantastisch. En we hebben flink feestgevierd. Maar niemand had een camera bij zich. Niemand dacht eraan om dit moment voor de eeuwigheid vast te leggen. Zo bijzonder was het nu immers ook weer niet, twee machines die met elkaar praten."
Gedicht
Pas op de twintigste verjaardag van Arpanet schreef Kleinrock een gedicht zonder titel in kreupelrijm om dit heugelijke feit te herdenken. Onderstaand een vertaling door Computable’s correspondent in de VS.
’t Was op een dag in ’67, dat een bijeenkomst werd belegd.
De taaiste boeven en planners waren er, althans dat werd gezegd.
We stelden onszelf een eerlijk doel en een ieder begreep waarom.
Verbindt die oude mainframes, en de mini’s, anders vallen ze nog eens om.
De specificaties waren precies, een netwerk zonder enig mankement.
Een enkele storing mocht geen probleem zijn voor een schakelaar zonder vent.
Ucla zou de eerste node worden en dat vonden we erg fijn.
En ook terecht omdat wij ten slotte de bekwaamste onderzoekers zijn.
Nu zult u ongetwijfeld vragen: wat is dat, de eerste node in het net?
Voor ons was het een hoop ellende, we gingen ermee naar bed.
U moet weten, we waren te laat met de interface tussen IMP en host.
Dat was een goed bewaard geheim bij ons aan de West Coast.
BBN uit Boston beloofde ons, de IMP komt veel te laat.
Hoe later, hoe beter, zo vonden wij, we stonden nog lang niet paraat.
Maar plotseling op een dag in september, ’t was vlak na het ontbijt.
Daar arriveerde onze IMP, per vliegtuig en dus ook nog op tijd.
Wanneer ik terugdenk aan die dinsdag dan zwelt er weer een traan.
Iedereen kwam, met zijn moeder, overtuigd dat het mis zou gaan.
Er waren lui van Arpa, BBN en van Honeywell net om de hoek.
Die van Ucla en AT&T scheten van angst zowat in hun broek.
Voorzichtig zetten we het netwerk aan en, zagen het subiet.
Bits stroomden als gepland; maar hoe, ik begrijp het nog steeds niet.
Op woensdagmorgen vlogen de pakketjes ons om de oren.
De rest is nu geschiedenis. Packet-switching was geboren.
Packet-switching was geboren. De technologie kon pas echt worden getest toen er een tweede knooppunt in het Arpanet kwam. Dat gebeurde een maand later op 1 oktober 1969. Een tweede IMP werd geïnstalleerd in het computerlab van Doug Engelbart – de uitvinder van de computermuis – van het Stanford Research Institute. Dat leidde tot de eerste historische poging om in te loggen op een computer op afstand, de remote host.
Een assistant van Kleinrock typte één voor één de letters LOG IN in terwijl hij via de telefoon contact had met de computerbediener van Stanford. Nadat hij de L had ingetypt bevestigde de man in Stanford dat de L was ontvangen. Toen de O. Ook ontvangen. Deze letters, het woordje LO vormen de eerste boodschap die via packet-switching tussen twee computers werd verstuurd. Want bij het intikken van de G crashte het systeem. Een paar uur later slaagde de assistent van Kleinrock erin daadwerkelijk in te loggen in de computer van Stanford.
Weinig enthousiasme
Het is in deze tijd van Internethype aardig om te weten hoe weinig enthousiasme er in de jaren zestig in universitaire kringen bestond om deel te nemen aan het Arpa-project. Het idee dat een remote-gebruiker kon inloggen in ‘hun’ mainframe was veel onderzoekers een gruwel. Kleinrock had al zijn overredingskracht nodig om nieuwe knooppunten in het netwerk opgenomen te krijgen. Wanneer hij geen succes had, hanteerde Arpa hardere middelen. Via Arpa gingen namelijk miljoenen dollars van het ministerie van Defensie naar Amerikaanse universitaire onderzoekscentra. Bob Taylor – in 1969 de baas van Arpa, vanaf 1970 topmanager bij Xerox PARC – dreigde de geldkraan dicht te draaien wanneer de universiteiten hun mainframes niet willen opnemen in het Arpanet. Dat hielp: plotseling was het enthousiasme er wel.
Opnieuw
In 2004 vieren wij opnieuw een dertigjarig bestaan van Internet. Dan is het namelijk dertig jaar geleden dat Robert Kahn en Vincent Cerf de eerste versie van TCP (transmission control protocol) lanceerden. Internetpuristen beschouwen dit als het eigenlijke begin van Internet omdat met TCP verschillende soorten computers met elkaar konden gaan communiceren.
Len Kleinrock werkt nog steeds bij Ucla. Hij heeft de afgelopen jaren in tientallen commissies gezeten die zich bezighouden met de toekomst van Internet en andere computernetwerken. Ook heeft hij een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van het concept van Nomadic Computing and Communications. Het idee is netwerken te bouwen waardoor een nomadische Internetgebruiker overal en altijd online kan zijn. Voor zover bekend schrijft hij nooit meer gedichten.