Vijfenveertig landen leggen beperkingen op aan het gebruik van Internet door hun inwoners. Twintig van die landen mogen worden gekenschetst als ‘ware Internet-vijanden’. Dat stelt de organisatie Reporters Sans Frontières, die zich bezighoudt met zaken als persvrijheid en de veiligheid van journalisten.
Onder het voorwendsel de bevolking te ‘beschermen’ tegen subversieve ideeën, of de nationale veiligheid en eenheid te ‘bewaken’, verbieden sommige landen hun inwoners gebruik te maken van Internet. In andere landen is sprake van enkel door de staat gecontroleerde ISP’s, die filters hebben geïnstalleerd die de toegang tot bepaalde websites onmogelijk maken.
Het gaat om de volgende twintig landen: Azerbeidzjan, China, Cuba, Iran, Irak, Kazachstan, Kirgizstan, Libië, Myanmar, Noord-Korea, Oezbekistan, Saudi-Arabië, Sierra Leone, Soedan, Syrië, Tadzjikistan, Tunesië, Turkmenistan, Vietnam en Wit-Rusland.