Hoe vaak open je een mailbericht om acht uur ’s ochtends op je eigen PC? Niet vaak waarschijnlijk. Want meestal begeef je je – met vele anderen – in je auto naar je werkplek en hoor je op 3 FM hoe de ’toestand’ zich in de rest van het land met het kwartier verslechtert. In de file zittend gooi je alle scrupules overboord, vergeet je alle milieuargumenten en draag je dé oplossing voor het fileprobleem aan: Nederland asfalteren!
Terwijl je je probeert voor te stellen hoe een zeshonderdbaans autosnelweg tussen Amsterdam en Utrecht eruit ziet, wordt je dagdroom ruw verstoord als je verblind wordt door de remlichten van een rijtje voorgangers en je alweer terugschakelt naar de eerste versnelling.
Als je slim bent, vermijd je iedere ochtend deze ellende. In de tijd dat je gezapig in de remlichten van je voorganger staart, kun je immers meer ‘waarde scheppend’ werk verrichten door gewoon thuis te blijven. Begeef je op de virtuele autosnelweg met telewerken. Lees dáár je mail in plaats van een dik uur later op kantoor. Dat gaat lang goed, totdat je een spoedklus hebt en vanuit je flexibele werkplek een groot document verstuurt of ontvangt. Het duurt dan te lang voordat het datapakketje de plaats van bestemming bereikt. Want ook de virtuele autosnelweg kampt helaas met fileproblemen. Vooral als je net weg moet en je je laatste mail nog even verstuurt. De mobiele telefoon verzacht het leed en biedt de mogelijkheid om alvast je afspraak op de hoogte te stellen dat het verzenden van de laatste mail even langer duurde omdat er een dikke ‘attachment’ tussen zat, dat je telefoon langer moest open staan waardoor je nu iets verlaat bent.
Internet heeft – in tegenstelling tot de paarse politici – de fileproblemen echter aangepakt door inderdaad meer ‘asfalt’ (dat wil zeggen glas) te storten. Door meer capaciteit te creëren met veel extra bandbreedte. Geen verdubbeling of verdrievoudiging van de capaciteit. Neen, Internet levert een knap staaltje werk door in drie jaar tijd de capaciteit zelfs honderd maal groter te maken dan de totale capaciteit tot nog toe! Geen uitbouw van 2000 km snelweg naar een zes- en achtbaans autosnelweg, maar dit jaar alle snelwegen zestigbaans en volgend jaar zeshonderd ‘freeway lanes’! Het betekent het einde van bottlenecks. Het transport en straks ook het schakelen van de datapakketjes gebeurt niet langer meer elektronisch, maar optisch. In plaats van een glasvezel met een laserlichtsignaal (één kleur) worden nu tot tien tot honderd kleuren (golflengtes) tegelijk optisch versterkt. Dankzij een ‘doping’-truc met ‘erbium’ wordt de capaciteit vele malen vergroot. In verkeerstermen: iedere gebruiker krijgt zijn eigen rijbaan op de elektronische snelweg. Eén baan voor de vrachtauto’s, één baan voor de snelle Ferrari’s (die uiteraard ook iets meer betalen om harder te mogen rijden), één baan voor politie en ambulance en één baan helemaal voor jou (als je ook wilt betalen) of een langzamere, drukkere, maar rekening-vrije baan (als het niet zo snel hoeft).
Het optisch schakelen staat echter nog aan de vooravond van zijn introductie. Dat lukt nu nog niet, maar deze ontwikkeling op de kruispunten van de virtuele snelweg laat niet lang op zich wachten. Dan fluiten routers je pakketjes op volle topsnelheid en zonder omwegen naar de plaats van bestemming. Want juist de drukte op de kruispunten zorgt ervoor dat datapakketjes te laat of helemaal niet aankwamen.
Optisch gaat alles veel sneller. De internet-snelweg met zeshonderd rijstroken is wel wat anders dan het oude internet waarin een leverancier met een router dorpswegen en stadskruispunten voor een beperkt aantal auto’s (IP v4) bouwde. Die tijd is voorbij. De huidige massale groei van internet vereist producten die het steeds massalere en mobielere verkeer regelen (IP versie 6). Het is een fundamentele verandering in het gebruik van internet, want zodra je je op de backbone van de virtuele snelweg begeeft, krijgt je datapakketje een baan-label toegewezen (voor de technici: Mpls). Dit label bepaalt de route die het pakketje aflegt. Naast de aanhangwagens (‘attachments’) van het data-vrachtverkeer verloopt op de zeshonderdbaans snelweg vooral het tijdskritisch verwerken van kleine pakketjes spraak- en videoverkeer sneller én slimmer. Moeiteloos kun je je collega’s in woord en beeld op je PC zien. Dus als we met z’n allen meer gaan – en vooral mogen – telewerken, lossen we ook het fileprobleem van Nederland op. Mijn voorstel aan de overheid luidt: investeer meer in optisch ‘asfalt’ en maak van Nederland een surfwegennet tot aan de huiskamer!