Hoog opgeleide automatiseerders vinden ‘veel afwisseling’ het belangrijkste criterium om voor een nieuwe baan te kiezen. Ook een hoger salaris en nieuwe uitdagingen oefenen aantrekkingskracht uit op de IT’ers. Dit blijkt uit het Onderzoek Arbeidsmarkt 1999 van VNU Business Publications.
In de strijd om de schaarse automatiseerders is het voor bedrijven belangrijk te weten welke factoren deze professionals aantrekken. Een enkele onderneming benadrukt het belang van onderwijs en opleidingen. Want, zo luidt hun redenering, een automatiseerder komt niet op een zak geld af. Toch blijkt uit het onderzoek dat 40 procent van de IT’ers met een hbo of universitaire opleiding een hoger salaris aangeeft als reden om van baan te veranderen. Daarmee staat de zak geld op de vierde plaats van de zogenaamde pull-factoren, de redenen om een nieuwe functie aan te nemen.
Bovenaan
Een inhoudelijk interessante functie met veel afwisseling staat bovenaan de lijst van de hoog opgeleide automatiseerders. Ruim 57 procent noemt deze factor als trekpleister. Toch vinden IT’ers dit minder belangrijk dan de hoger opgeleiden in het algemeen (68 procent).
Een nieuwe uitdaging en de mogelijkheid een vaste baan te krijgen, staan op de tweede en derde lijst van redenen om ander werk aan te nemen.
Vrije tijd
Opvallend is dat automatiseerders ten opzichte van de andere beroepsgroepen meer waarde hechten aan vrije tijd. Ruim 16 procent noemt deze factor, terwijl van alle ondervraagden slechts 9 procent vanwege veel vrije tijd voor een andere baan zegt te kiezen. Ook de gelegenheid opleidingen te volgen scoort hoog in de IT-branche. Ongeveer 23 procent geeft aan vanwege cursusmogelijkheden voor een andere baan te kiezen.
De voornaamste reden voor automatiseerders om bij een bedrijf te vertrekken is het gebrek aan uitdagingen (44 procent). Ook oninteressante functies (38 procent) en een laag salaris (36 procent) jagen deze professionals weg. Verder spelen slechte promotiekansen, onsympathieke collega’s en het gebrek aan een stimulerende baas een grote rol bij een eventueel vertrek. Wederom vertrekt de automatiseerder sneller bij een bedrijf vanwege te grote werkdruk (24 procent) en te weinig vrije tijd (20 procent).
Secundaire voorwaarden
De bijdrage van de werkgever aan de ziektekostenverzekering is onder de automatiseerders de belangrijkste secundaire arbeidsvoorwaarde. Ongeveer driekwart van de ondervraagden noemt deze bijdrage. De spaarloonregeling volgt op de tweede plaats (71 procent). Ook op het gebied van secundaire arbeidsvoorwaarden hechten automatiseerders grote waarde aan de financiële toeslagen, zoals dertiende maand, winstdeling, vergoeding voor onregelmatige werktijden, bonus- en tantièmeregelingen. Al deze voorwaarden staan bij IT’ers hoger op de lijst dan bij hoger opgeleiden tezamen. Ook optieregelingen en een bonus voor het werven van een nieuwe medewerker zijn belangrijker voor automatiseerders dan voor andere beroepsgroepen.
Negen van de tien IT-professionals willen aan het einde van hun beroepsleven al terugkijkend concluderen dat ze veel plezier hadden in het werk. Verder hoopt 58 een goed belegde boterham te bereiken. Ruim 57 procent wil vooral veel leren.