Onderzoek dat de Rabobank en Kpmg vorige week presenteerden geeft een ontluisterend beeld over de innovatiekracht van Nederlandse bedrijven. Het laat glashelder zien hoe de praktijk weerbarstiger is dan de leer.
Maar liefst 80 procent van de ondervraagde bedrijven meent dat er geen toekomst is zonder innovatie. Ze geven aan dat er hier ten lande veel innovatieve ondernemingen zijn en dat het klimaat derhalve gunstig is voor grensverleggende ideeën en technieken. Als nieuwe mensen worden aangesteld, checken werkgevers of zij een met een creatieve persoon van doen hebben.
Na zoveel mooie woorden is het verbazingwekkend te moeten constateren dat er van innovatie veel te weinig terecht komt, simpelweg omdat mensen het te druk hebben en directies maar al te vaak menen dat innovatie duur en ongrijpbaar is.
Hoewel het adagium ‘de kost gaat voor de baat uit’ even Hollands is als de koopmansgeest, wint waar het innovatie betreft de zuinigheid. Immers slecht een op de vier bedrijven heeft een medewerker vrijgesteld om zich over innovatie te bekommeren, en bij een op de tien ondernemingen zijn meerdere medewerkers verantwoordelijk voor het uitvinden van nieuwe technieken, producten en toepassingen. Innovatie wordt stiefmoederlijk bedeeld in Nederland.
Oplossingen voor deze impasse worden door de Rabobank en Kpmg niet geboden. De wal zal het schip derhalve keren.